Uitblijven 'demografische transitie' belangrijke oorzaak van burgeroorlogen

In landen met een hoge bevolkingsgroei en een snelle verstedelijking waar boeren met een tekort aan land of water kampen, breken veel vaker zware conflicten uit dan in landen die deze factoren beter onder controle hebben. Dat blijkt uit een studie van de Amerikaanse organisatie Population Action International (PAI). De auteurs stellen dat het huidige beleid van de industrielanden op het vlak van de handel in landbouwproducten en de neiging om te beknibbelen op de hulp inzake gezinsplanning, conflicten in arme landen in de hand werken.


De studie van PAI is gebaseerd op academisch onderzoek dat de voorbije 25 jaar in 180 landen is uitgevoerd. De resultaten, die zijn samengevat in het 100 bladzijden tellende rapport ‘The Security Demographic: Population and Civil Conflict After the Cold War’, draaien vooral rond de zogenaamde ‘demografische revolutie’. Dat is het proces waarbij gezinnen steeds kleiner worden en mensen gemiddeld steeds langer gaan leven. Ontwikkelingslanden waar de demografische revolutie goed opschiet, blijken minder burgeroorlogen en andere zware sociale conflicten te kennen dan landen waar de overgang hapert.

Landen die nog helemaal aan het begin van de demografische transitie staan, hebben acht keer vaker te maken met ernstige sociale onlusten dan landen die het proces helemaal doorlopen hebben. Gebieden waar jonge volwassenen meer dan 40 procent van de volwassen bevolking uitmaken, krijgen meer dan twee keer vaker met conflicten te maken dan landen waar de bevolkingspiramide meer in evenwicht is. Landen waar de bevolkingsgroei in de steden meer dan vier procent bedraagt, glijden dubbel zo vaak af in burgeroorlogen dan landen waar de verstedelijking niet zo snel gaat.

Costa Rica, Thailand en Tunesië, volgens de PAI-onderzoekers landen die kunnen terugkijken op een succesvolle demografische transitie, zijn paradijzen van sociale stabiliteit in vergelijking met Afghanistan, Ethiopië en Nepal, landen met een onevenredig groot aantal jongeren, snel groeiende steden en een gebrek aan akkerland en irrigatiemogelijkheden.

In het rapport worden nog 21 andere landen opgesomd met demografische kenmerken die in de toekomst zware conflicten doen verwachten. De meeste van die landen liggen in West- en Oost-Afrika, het Midden-Oosten en Zuid-Azië.

Volgens Robert Engelman, ondervoorzitter voor onderzoek van de PAI en één van de auteurs van het rapport, kunnen de resultaten van het onderzoek gebruikt worden om conflicten te voorkomen. Landen in de gevarenzone moeten zelf proberen hun demografische ontwikkeling bij te sturen en de problemen die voortkomen uit de schaarste aan land en water op te vangen, en dienen daarvoor ook de nodige internationale hulp te krijgen. Het effect van die maatregelen kan zelfs berekend worden. Gemiddeld doet een daling van het jaarlijkse aantal geboorten met vijf kinderen op duizend inwoners de kans op grote conflicten met vijf procent zakken, rekenen de auteurs van de studie voor.

Natuurlijk spelen er op het terrein ook andere factoren mee die conflicten in de hand werken, zoals etnische wrijvingen en wapengeweld in de buurlanden. Anderzijds zijn er elementen die het risico op conflicten verkleinen in landen die met demografische problemen worstelen: het gemak waarmee arme mensen kunnen emigreren bijvoorbeeld, landhervormingen of een snelle economische ontwikkeling in de steden.

Voor een deel hebben ontwikkelingslanden waar de demografische transitie blijft steken, dat aan zichzelf te wijten. Meestal heeft de bevolking er onvoldoende toegang tot voorbehoedsmiddelen, informatie over gezinsplanning en tot gezondheidszorgen in het algemeen. Vrouwen worden er vaak gediscrimineerd of kunnen nauwelijks naar school gaan. De landbouwgrond is slecht verdeeld of het ontbreekt kleine boeren aan middelen en kennis om goede oogsten binnen te halen.

Maar ook de industrielanden krijgen kritiek van de onderzoekers. Ze besteden wel degelijk aandacht aan de regio’s die opgesomd worden in het rapport, maar dan vooral in het kader van de oorlog tegen het terrorisme en om de aanvoer van olie en aardgas te verzekeren. Veel rijke landen geven ook behoorlijk wat ontwikkelingsgeld uit aan gezinsplanning en initiatieven om meisjes en vrouwen een betere toegang tot onderwijs te bieden. Maar onder druk van de anti-abortusbeweging heeft de Amerikaanse regering bijvoorbeeld de kraan dichtgedraaid voor hulporganisaties en gezondheidsinstellingen die zich niet voldoende distantiëren van vruchtafdrijving. Daardoor zijn de programma’s voor gezinsplanning in heel wat Afrikaanse en Aziatische landen in de problemen gekomen. En dan zijn er de landbouwsubsidies. Japan, de Europese Unie en de VS pompen massa’s geld in hun landbouwsector, wat de wereldmarktprijzen doet dalen en miljoenen kleine boeren in de ontwikkelingslanden dwingt hun akkers te verlaten en naar de steden te trekken.

rapport :



xml=6

REF.: WD DV IP

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.