Vijftien jaar genetisch gemanipuleerde soja in Argentinië

De werkelijke kosten van de monocultuur

Toen Monsanto vijftien jaar geleden bij de Argentijnse overheid een dossier indiende om toestemming te krijgen voor de teelt van GM soja in dat land, bestond het wetenschappelijke bewijs voor de veiligheid ervan vrijwel alleen uit onderzoeksgegevens van Monsanto zelf. Het bedrijf Monsanto produceert zowel de GM soja als de onkruidverdelger Roundup (glyfosaat), het onkruidbestrijdingsmiddel waar de soja tegen bestand is gemaakt. Het ‘wetenschappelijke’ dossier van Monsanto telde slechts 146 pagina’s. En de goedkeuring vond in recordtijd plaats: 81 dagen tijdens de zomer van 1996.

  • amicor Sojabonen amicor
  • Dario Aranda Een vliegtuig besproeit een veld met pesticiden Dario Aranda
  • Dario Aranda Boeren blokkeren een weg om de stopzetting van het verdrijven van kleine boeren van hun land te eisen in de noordelijke provincie Misiones Dario Aranda
  • Dario Aranda Een protestmars van de Movimiento Nacional Campesino Indígena (MNCI), augustus 2008 Dario Aranda

Sindsdien wordt RoundupReady soja op grote schaal geteeld – en is het gebruik van Roundup ook exponentieel toegenomen. In de EU, waar op hetzelfde moment toestemming werd gevraagd door Monsanto om deze soja te mogen importeren, was het niet veel anders.

Op maandag 21 maart 2011, vier dagen voor het bereiken van dit twijfelachtige vijftienjarig jubileum stuurde het Argentijnse Ministerie van Landbouw een door de agribusiness langverwacht persbericht de wereld in, namelijk dat de totale graanoogst van het seizoen 2010/2011 de magische grens van 100 miljoen ton heeft overschreden. Het was al jaren de droom van de pesticiden- en graanhandelaren, producenten en de ambtenaren op het ministerie om deze mijlpaal te bereiken. Soja vertegenwoordigt maar liefst de helft van deze oogst, 50 miljoen ton. Het soja-areaal is in vijftien jaar gegroeid van 6 miljoen hectare naar 19 miljoen, oftewel 56 percent van het totale verbouwde areaal in Argentinie.

De export brengt 16 miljard dollar op, maar heeft ook andere gevolgen: er werd 190 miljoen liter glyfosaat gespoten, en er is een exponentiële toename van de ontbossing. Er werden 200.000 gezinnen verdreven van hun grondgebied, over acht miljoen hectare land zijn landconflicten gaande tussen sojaproducenten enerzijds en boerengemeenschappen en inheemse volkeren anderzijds. Toch wordt deze manier van produceren aangeprezen als een economisch succesmodel, en nu zelfs als “verantwoord”.

De soja-economie: winst voor weinigen

“Dit economische model is gebaseerd op extreme afhankelijkheid van de sojaproductie. Dit model wordt aangedreven door grote bedrijven en multinationals die het “agribusiness-systeem” vormen. Een groot deel van dit systeem is in handen van slechts enkele bedrijven en individuen”, leggen de economen Miguel Teubal en Thomas Palmisano uit in hun boek over de enorme rol van de sojasector in de Argentijnse economie én politiek. Dit zijn exportbedrijven als Cargill en ADM, grote sojaproducenten als Grupo Los Grobo, zaadbedrijven als Monsanto en Syngenta, en de investeringsgroepen die “sowing pools” worden genoemd.

Op basis van gegevens van het Ministerie van Landbouw, leveren de economen nauwkeurige cijfers over soja als economisch fenomeen: tussen 1997 en 2008 steeg de export van $ 3,2 miljard dollar naar 16.3 miljard. De onderzoekers wijzen erop dat slechts een handvol bedrijven 85 procent van de sojahandel voor hun rekening nemen: Cargill, Noble Argentinië, ADM, Bunge, LDC-Dreyfus, AC Toepfer, Nidera, Molinos Rio de la Plata, AGD en Vicentín.

“Het kwam de regering goed uit om het soja-model te bevorderen omdat het de Argentijnse handelsbalans verbeterde en voor belastinginkomsten zorgde, zeer noodzakelijk om de buitenlandse schuld te kunnen aflossen”, zeggen Teubal en Thomas. Over de belasting die op de sojaexport geheven werd bestonden grote conflicten tussen de regering en ‘el campo’ (lees: agribusiness). Maar beide partijen hadden teveel belang bij het voortbestaan van het soja-model, dat daardoor onaangetast bleef.

Aan de andere kant van de Atlantische Oceaan, in de EU, wordt jaarlijks meer dan 40 miljoen ton RoundupReady soja geïmporteerd uit Argentinie, Brazilie en Paraguay. Dit wordt extra aantrekkelijk gemaakt door een importheffing van 0%. Dat is een gevolg van vroeger gemaakte handelsafspraken tussen de VS en de EU. De goedkope soja is hoofdzakelijk bestemd voor intensieve veehouderij. Zo wordt de markt in Europa en elders overspoeld met goedkoop vlees, eieren en melk, wat kleine boeren weer benadeelt. De intensieve veehouderij levert verder zware milieuvervuiling op voor de directe omgeving.

Gifige regen

“Er bestaat voldoende sterk wetenschappelijk bewijs om te erkennen dat blootstelling aan pesticiden het risico van een nadelig effect op de menselijke gezondheid doet toenemen,” bevestigt de slotverklaring van de Eerste Bijeenkomst van Artsen van ‘Pueblos Fumigados’ (besproeide dorpen), georganiseerd door de Nationale Universiteit van Cordoba (UNC) in augustus 2010. Het was de eerste keer dat een dergelijke bijeenkomst door een publieke universiteit georganiseerd werd. Moleculair biologen, genetici, epidemiologen, endocrinologen en andere medische specialisten uit tien provincies en van zes universiteiten presenteerden gedurende twee dagen hun werk. Met behulp van nationaal en internationaal onderzoek, alsmede patiëntgegevens, legden zij een verband tussen het pesticidengebruik en verschillende soorten kanker, miskramen, geboorteafwijkingen en vruchtbaarheidsproblemen.

Zij stelden dat in Argentinië 300 miljoen liter pesticiden per jaar gebruikt worden. Naar schatting heeft dit directe gevolgen voor 12 miljoen mensen. Zij eisten van de regering dat het spuiten met vliegtuigjes verboden zou moeten worden en dat het spuiten met tractoren aan banden gelegd moet worden, en riepen dringend op tot het toepassen van het voorzorgsbeginsel dat in de Argentijnse wet is opgenomen. Dit betekent dat in het geval van mogelijke milieuschade er beschermende maatregelen genomen moeten worden.

Een honderdtal dorpen uit sojagebieden, verenigd in de campagne “Paren de Fumigar!” (Stop het Pesticidenspuiten), stellen al ruim tien jaar de milieu-en gezondheidseffecten van het pesticidengebruik aan de kaak. Manifestaties, wegblokkades, voorlichtingscampagnes en rechtzaken, met een aantal belangrijke overwinningen. In dorpen in de provincies Formosa, Córdoba, Buenos Aires, Chaco en Santa Fe, zonder uitzondering gebieden met grootschalige sojateelt, hebben rechtbanken het spuiten met glyfosaat binnen een bepaalde afstand tot de bewoonde zones verboden.

De wijk Urquiza in de stad San Jorge is een goed voorbeeld. In 2009 werden twee gerechtelijke uitspraken gedaan die zeiden dat het spuiten in bepaalde gebieden moest stoppen. In februari 2011 werd dit vonnis definitief. Het is de eerste zaak in Argentinië waarin de bewijslast werd omgedraaid: niet de getroffen gezinnen moeten de schadelijke effecten van pesticiden aantonen, maar degenen die de pesticiden gebruiken moeten de onschadelijkheid ervan bewijzen. Dit was welkom nieuws voor de “Pueblos Fumigados”, die doorgaan met het voeren van nieuwe rechtzaken.

De campagne had nog een ander effect, namelijk dat in 2009, presidente Cristina Fernández de Kirchner per decreet een nationale commissie in het leven riep om de gevolgen van pesticiden te onderzoeken. Maar ook die kwam niet tot een eenduidige conclusie, en stelde dat meer onderzoek nodig was naar de schadelijkheid van glyfosaat. Het is gecompliceerd om de schadelijkheid voor mensen aan te tonen omdat daarbij grootschalig epidemiologisch onderzoek nodig is. Maar uit een laboratoriumonderzoek met kippenembryo’s dat vorig jaar gepubliceerd werd door Andrés Carrasco, hoofd van de Nationale Raad voor Wetenschappelijk en Technisch Onderzoek (CONICET) in Argentinië, kwamen duidelijke aanwijzingen dat blootstelling aan glyfosaat in de eerste weken van de zwangerschap kan leiden tot allerlei geboorteafwijkingen – ook bij mensen.

De toelating van glyfosaat

Roundup is wereldwijd overal te koop, in vrijwel elk tuincentrum. Er werd altijd beweerd dat het een relatief minder schadelijk middel was, maar daar is men van terug gekomen. Monsanto is verschillende keren door een rechtbank gedwongen om het etiket ‘milieuvriendelijk’ van de verpakking af te halen. In 1996, op het moment dat de RoundupReady sojateelt begon, werd zowel in Argentinie als in de EU het maximaal toelaatbare residugehalte van glyfosaat in soja in één klap opgevoerd van 0.1 mg/kg naar 20 mg/kg, op verzoek van Monsanto.

Voor de EU is Duitsland verantwoordelijk voor het glyfosaat-dossier. In 2012 had een herziening plaats moeten vinden, om te kijken of de beoordeling van het middel nog wel voldoet aan de laatste stand der wetenschap. Maar door ‘teveel werkdruk’ werd deze beslissing door de Europese Commissie stilletjes uitgesteld naar 2015. Het permanente comité van de EU lidstaten veegde in november vorig jaar het onderzoek van Andrés Carrasco van tafel als niet relevant, omdat het niet uitgevoerd zou zijn volgens bepaalde richtlijnen. Over deze kwestie verscheen niets in de Europese pers, terwijl het in de Argentijnse landbouwpers breed uitgesmeerd werd.

Meer soja, minder bos

De provincie Córdoba is een van de pijlers van het soja-model. De monocultuur heeft zich uitgebreid ten koste van bossen en landerijen die voor veeteelt bestemd waren. De opmars van soja en de verdringing van de veeteelt hebben het tempo van zowel de landconflicten en –ontruimingen, als van de ontbossing opgevoerd.

Marcelo Cabido en Marcelo Zak zijn onderzoekers aan het Multidisciplinaire Instituut van Plantenbiologie (Imbiv) van de Nationale Universiteit van Córdoba en van de Nationale Raad voor Wetenschappelijk en Technisch Onderzoek (CONICET). In hun onderzoek, “Ontbossing, landbouw en biodiversiteit”, analyseerden zij de relatie tussen ontbossing, landbouw en biodiversiteit. Volgens cijfers van de FAO (de VN Voedsel-en Landbouworganisatie) ligt het ontbossingspercentage in Argentinië op 0,8 procent per jaar, wat dubbel zo hoog is als dat van de Amazone (0,38 procent).

Maar in Córdoba maten ze een nog veel ernstiger ontbossingspercentage van 2,93 procent. Dat is bijna vier keer zoveel als het nationale gemiddelde en dertien maal hoger dan het wereldwijde gemiddelde (0,23 procent). “Het tempo waarin de bossen in Cordoba verdwijnen is wereldwijd ongeëvenaard, het overtreft zelfs die van tropische bossen in andere arme landen,” verklaarden de onderzoekers. Ze leggen een direct verband met de oprukkende landbouwgrens, met name de opruk van de teelt van eenjarige gewassen, voornamelijk soja.

Het nationale panaroma is niet beter. De meest recente inventarisatie van inheems bos door het Staatssecretariaat van Milieu onthult dat tijdens de periode 2002-2006, 1.108.669 hectare bos verloren ging. Dat is 277.000 hectare per jaar, wat gelijk is aan 760 hectare per dag oftewel 32 hectare per uur.

Maar het Staatssecretariaat heeft zich nooit formeel uitgesproken over de opmars van RoundupReady soja. Pas in maart 2008, ten tijde van het conflict tussen de regering en de sojaboeren over de exportbelasting op soja7 (Resolutie 125), verspreidde het secretariaat een rapport van twaalf pagina´s over de verschuiving van de landbouwgrens, en bevestigde wat boerenbewegingen en milieuorganisaties al jaren riepen: “Sojaproductie leidt tot milieuproblemen, zoals ontbossing, bodemdegradatie (…) De uitbreiding van soja is een recente en krachtige bedreiging voor de biodiversiteit in Argentinië.”

Landhervorming op zijn kop

Met de opkomst van soja, en gedurende de regeringen van de afgelopen vijftien jaar, is in Argentinië een landhervorming in omgekeerde richting uitgevoerd: in het belang van grootgrondbezitters en “sowing pools”, ten koste van de boeren en inheemse volkeren. Volgens de Nationale Boeren en Inheemse Beweging (MNCI), is het andere directe resultaat van de soja-expansie dat 200 000 gezinnen verdreven werden van hun voorouderlijk land naar de sloppenwijken in de grote steden. Bovendien bevordert het de concentratie van landeigendom. De landbouwstatistieken van 2002 bevestigen dit. Tien procent van de grootste bedrijven hebben 78 procent van het land in handen, terwijl 60 procent van de kleinste bedrijven slechts vijf procent van de landbouwgrond in handen hebben. In 1988 telde Argentinie nog 422.000 boerenbedrijven; in 2002 waren dit er nog maar 318.000. Het Nationaal Onderzoeksinstituut voor Landbouw-Technologie (INTA) noemde de landverdeling “zeer onrechtvaardig”.

Uitzettingen en repressie

Op het gebied van landconflicten worden geen officiële statistieken bijgehouden. Het Argentijnse Agroforestry Chaco Netwerk (Redaf), een platform bestaande uit sociale bewegingen, milieu-NGO’s en experts, presenteerden in oktober 2010 een rapport waarin 164 land-en milieu-conflicten beschreven worden. Deze conflicten betreffen in totaal bijna acht miljoen hectare (gelijk aan 390 maal de stad Buenos Aires) en 950 000 mensen, vooral inheemse volkeren en boeren. Het gaat hierbij alleen nog maar om de zes noordelijke provincies: Salta, Formosa, Chaco, Santiago del Estero, het noorden van Santa Fe en Córdoba. In veruit de meeste conflicten is er sprake van schending van landrechten, en het merendeel begon vanaf het jaar 2000. Het rapport stelt: “Dat valt samen met de groei van het agro-export model in de Chaco regio, aangedreven door de internationale vraag naar soja”.

Op 13 maart 2010, in het dorpje San Nicolas in de provincie Santiago del Estero, kwam Sandra Juarez om bij een confrontatie met een bulldozer die afstevende op het land waar haar familie altijd heeft gewoond. Op 23 november, tijdens een gewelddadige confrontatie met de politie, werd in de provincie Formosa Roberto López gedood, van de gemeenschap “La Primavera” van het Qom volk. Dit gebeurde tijdens een wegblokkade die zij hielden om hun aanspraak op het recht op hun voorouderlijk land kracht bij te zetten. Beide moorden zijn ongestraft gebleven. De overheid is hoofdverantwoordelijke voor het oplossen van die conflicten, maar volgens inheemse volkeren en boerenbewegingen heerst er straffeloosheid en ontbreekt het aan politieke wil om de problemen op te lossen.

Een verantwoord product?

De toekomst belooft nog niet meteen verandering. De Argentijnse overheid heeft een “Strategisch Agrobusiness Plan 2010-2016”, waarin staat dat de sojaproductie moet groeien met nog eens 20 miljoen ton. Dit zal de genoemde problemen weer verder intensiveren. Aan de Europese kant maakt de Roemeense landbouwminister Valeriu Tabara, zelf een voormalig werknemer van Monsanto, zich hard voor toestemming om RoundupReady soja vanaf 2012 ook in de EU te telen. Tegelijkertijd gaan er echter ook steeds meer stemmen op, ook bijvoorbeeld in het Europees Parlement, tegen de intensieve veehouderij en de massale soja-importen, en voor het lokaal produceren van veevoer. Verschillende milieuorganisaties werken hier al jaren aan.

Maar er speelt ook een ander, meer agribusiness-vriendelijk initiatief om de problemen van de sojateelt zogezegd aan te pakken. De bedrijven die de sojaketen domineren, zoals Cargill, ADM, Bayer, Monsanto en Syngenta, hebben de kans gekregen om hun ‘verantwoorde’ gezicht te laten zien, in de zogenaamde “Ronde Tafel voor Verantwoordelijke Soja”. Deze Ronde Tafel is een initatief van het Wereld Natuur Fonds (WWF) en de Zwitserse supermarktketen COOP. De bedoeling was om een nieuw label te ontwikkelen voor ‘verantwoorde’ soja. Het was essentieel voor de bedrijven dat RoundupReady soja ook in aanmerking zou komen voor zo’n label. In 2005 ging het overleg van start met een eerste conferentie in Foz do Iguaçu, op de grens van Brazilië, Paraguay en Argentinië.

Er ontstond echter al meteen protest. Sociale en boerenbewegingen organiseerden een tegenbijeenkomst ter plaatse. De Ronde Tafel ging door, maar het verzet ertegen ook. In 2010 ondertekenden 230 maatschappelijke en milieu-organisaties opnieuw een verklaring tegen dit project.

Zes jaar na het eerste overleg zijn de criteria voor dit label eindelijk rond. Critici vinden het een lege doos. De sojaproductie wordt hiermee ‘groengewassen’, stellen zijn. De criteria staan grotendeels al in de lokale wet. Er worden geen duidelijke doelen gesteld omtrent de vermindering van pesticidengebruik en ‘verantwoorde’ soja-expansie mag, zelfs op nog te ontbossen gebied.

Aan de Ronde Tafel nemen geen boeren-, inheemse of sociale bewegingen deel, en slechts een beperkt aantal NGO´s. Met het aanbod om soja ‘biodiesel’ te certificeren voor de Europese markt, draagt de Ronde Tafel nog eens extra bij aan de uitbreiding van de sojateelt. Ze heeft zich als eerste aangemeld bij de Europese Commissie, die op dit moment bezig is te bepalen welke keurmerken agrobrandstoffen mogen certificeren om het 10 procent bijmengingpercentage voor 2020 te halen.

De Europese industrie, zoals veevoederlobby FEFAC, laat een dubbel gezicht zien. Ze neemt deel aan de Ronde Tafel, maar pleit tegelijkertijd bij de EU voor afbraak van het verbod op niet toegelaten en dus illegale genetisch gemanipuleerde producten in voedsel en veevoeder. Het idee van deze bedrijven is duidelijk: als het Europese publiek met behulp van een ‘panda-label’ overtuigd kan worden dat RoundupReady soja ‘verantwoord’ is, dan zal het verzet tegen genetisch gemanipuleerde gewassen en monoculturen in het algemeen afnemen, lijkt de gedachte te zijn. Maar of ze dit zal lukken, is nog maar zeer de vraag.

Dario Aranda is freelance journalist en schrijft regelmatig voor de Argentijnse krant Pagina12 (darioaranda.wordpress.com). Nina Holland werkt voor Corporate Europe Observatory (www.corporateeurope.org, nina@corporateeurope.org)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.