VN willen verdrag over lichte wapens, VS tegen

139 landen stemden voor de resolutie en 24 landen onthielden zich. Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland, nochtans grote wapenproducenten, stemden voor het verdrag, net als enkele andere belangrijke wapenexporteurs als Bulgarije en Oekraïne. Tot de voorstanders behoren ook Colombia, Oost-Timor, Haïti, Liberia en Rwanda, landen die geplaagd worden door geweld. De wapenproducenten Rusland, China, India en Pakistan onthielden zich.

De voorstanders van een verdrag willen de achterpootjes sluiten waardoor lichte vuurwapens steeds weer in conflictgebieden terechtkomen, waar ze tot mensenrechtenschendingen leiden en de ontwikkeling ondermijnen. Strenge nationale wetten volstaan niet om de internationale wapenstromen aan banden te leggen. VN-experts schatten dat de beschikbaarheid van lichte vuurwapens de voorbij drie jaar een miljoen mensenlevens heeft gekost.

De beslissing is “een historische stap om een einde te maken aan de onverantwoorde en immorele wapentrafiek”, zei de secretaris-generaal van de mensenrechtenorganisatie Amnesty International, Irene Khan. Organisaties als Amnesty en Oxfam kregen voor hun campagne de steun van een comité van 15 nobelprijswinnaars voor de vrede.

De Verenigde Staten stemden tegen omdat ze vinden dat de bestaande regelgeving moet volstaan. De houding bewijst voor Helen Huges van Amnesty in Londen dat het Washington niet menens is met de noodzaak van en efficiënte internationale controle op wapenhandel. Hughes gaf wel toe dat de controle in de VS op de productie en verspreiding van wapens “relatief streng” is. De Verenigde Staten gaven in 2005 48 procent uit van wat de hele wereld spendeerde aan wapens.

De resolutie zet een groep experten aan het werk die de haalbaarheid, de omvang en de krachtlijnen van het verdrag gaan onderzoeken en in 2008 met een voorstel moeten komen. De VN-secretaris-generaal moet op de algemene vergadering van 2007 al met een rapport voor de dag komen.