VS houden omstreden conferentie over transgene gewassen voor Afrika

De driedaagse interministeriële conferentie over landbouwtechnologie in de Californische stad Sacramento brengt de ministers van Landbouw, Milieu en Handel uit 120 landen samen. Het is een gezamenlijk initiatief van het Amerikaanse ministerie van landbouw (USDA), de Amerikaanse dienst voor ontwikkelingssamenwerking (USAID) en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Critici stellen dat het een verkoopsstunt is van de Amerikaanse regering, die het verzet tegen transgene gewassen wil breken. De VS hebben vorige maand een klacht ingediend tegen het Europese moratorium op de invoer van transgene gewassen bij de Wereldhandelsorganisatie (WHO). Dat invoerverbod wordt ook overgenomen nageleefd door sommige Europese handelspartners, onder meer in Afrika.

Zo’n 5000 andersglobalistische demonstranten zijn naar Sacramento afgezakt uit protest tegen het Amerikaanse lobbywerk voor transgene gewassen. Deze conferentie is een chantagepoging om de derde wereld genetisch gewijzigd voedsel op te leggen. De landen die transgeen voedsel weigeren, doen dat omdat ze de technologie onnodig en gevaarlijk vinden en omdat ze een ramp blijkt voor kleine boeren, het milieu en de volksgezondheid, zegt Doyle Canning van het Institute for Social Ecology.

De ngo’s hebben een rapport klaargestoomd voor de conferentie waaruit blijkt dat het aanbod van transgene gewassen niet gericht is op een oplossing voor het armoedeprobleem maar op een monopoliepositie voor de grote agrochemische en biotechnologische bedrijven. Genetisch gewijzigde gewassen zijn de instrumenten van de geïndustrialiseerde landbouw, zegt Silvia Ribeiro van de ETC Group, één van de auteurs van het rapport ‘Stemmen uit het Zuiden: derde wereld verwerpt bedrijfsmythes over genetische gewijzigde gewassen’. GG-gewassen zijn erop gericht om de controle over de gewassen uit handen te nemen van de lokale gemeenschappen. Die worden afhankelijk gemaakt van grote agrobedrijven voor hun zaden en pesticiden.

Volgens het rapport is er genoeg voedsel in de wereld om elke mens anderhalf keer te voeden en is het werkelijke probleem de toegang tot het voedsel. Tachtig procent van de landen waar honger heerst, zijn voedselexporterende landen. Het is een mythe dat wetenschap en technologie een cruciale rol spelen in de bestrijding van de honger in ontwikkelingslanden, zegt Anuradha Mittal van de ngo Food First. De bewering dat we transgene gewassen nodig hebben om de armen te voeden is eenvoudigweg ‘poorwashing’, het misbruiken van andermans ellende. Honger is een complex fenomeen dat alleen door technologie niet kan opgelost worden. Voedselcrisissen verdwijnen pas als het sociale en economische klimaat verbetert. De focus moet liggen om de wortels van het probleem, niet op de symptomen. De armen hebben geen boodschap aan technologische mirakeloplossingen. Ze hebben een elementaire sociale bescherming nodig.