VS kopen foute wapens voor strijd tegen terrorisme (rapport)

Het budget van het Amerikaanse ministerie van Defensie, het Pentagon, steeg de voorbije vier jaar. De VS geven evenveel uit aan wapens als de volgende vijfentwintig landen in het lijstje van de landen met de grootste legers. Uit het Amerikaanse defensiebudget voor 2005, 230 miljard dollar, kan 56 miljard dollar bespaard worden door nutteloze wapenprogramma’s te schrappen, stellen de experts. Vijf miljard daarvan moet worden geïnvesteerd in militaire projecten die nuttig zijn in de strijd tegen het terrorisme.

Het schrappen van het programma voor de Comanche-helikopter was alvast een goed begin, vindt Marcus Corbin van het Centre for Defence Information (CDI). Het rapport noemt nog tien andere conventionele wapens, straaljagers, oorlogsbodems, duikboten en tanks, die geen prioriteit zijn in de strijd tegen het terrorisme. De uitgaven voor een national missile defense – een rakettenschild - moeten op een laag pitje worden gezet tot er betere technologie voorhanden is. Andere besparingsposten zijn de afbouw van het nucleaire arsenaal en het opdoeken van onnodige militaire basissen.

De experts willen een deel van het uitgespaarde geld herinvesteren in nuttig militair materiaal, zoals veiligheidsvesten en betere bepantsering voor Amerikaanse soldaten die in vijandig gebied moeten opereren. De soldaten kunnen ook een extra opleiding gebruiken voor operaties tegen terroristen, vredeshandhaving en de heropbouw van landen als Afghanistan en Irak.

De rest van het geld moet dienen voor een geïntegreerde aanpak van het veiligheidsprobleem. Nuttige civiele uitgavenposten zijn de diplomatie, de internationale communicatie en projecten voor de afbouw van bestaande wapenarsenalen. Het zogenaamde Nunn-Lugar-initiatief helpt Rusland bijvoorbeeld om zijn kerntuigen kwijt te raken en gaat op zoek naar andere bezigheden voor werkloze wapeningenieurs en atoomwetenschappers.

Extra geld voor ontwikkelingssamenwerking moet voorkomen dat mislukte staten broeihaarden van terrorisme worden. Op de VN-conferentie over de Financiering van de Ontwikkelingssamenwerking in het Mexicaanse Monterrey (2002) hield de Amerikaanse president George Bush een klinkende rede over het verband tussen ontwikkeling en veiligheid. Het bleef bij woorden, want het Amerikaanse parlement kreeg niet de opdracht meer geld uit te trekken voor ontwikkelingssamenwerking.

Het rapport pleit tenslotte ook voor meer middelen voor binnenlandse veiligheid. De lokale politie, de brandweer en de havenpolitie moeten in het geval van een aanslag snel kunnen reageren. We spenderen momenteel veel te veel geld aan de foute wapens voor het foute slagveld, zo besluit de tekst, Een steeds groter budget voor defensie volstaat niet om onze veiligheid te garanderen.