Zuid-Amerikaanse regeringen moeten Chinese mossel halt toeroepen

In Argentinië wordt aan de alarmbel getrokken: als er geen maatregelen genomen worden om de uitheemse mosselsoort onder controle te krijgen, dan komt ook de werking van de kerncentrale van de centrale provincie Córdoba in gevaar. Want ook in het meer van Embalse is de gouden mossel gesignaleerd. Het weekdier klampt zich overal aan vast, dus ook de leidingen van de koelinstallatie dreigen verstopt te raken.

Dit is geen wilde fantasie, want nu al ligt de grote waterkrachtcentrale van Yacyretá geregeld stil omdat de waterfilters mosselvrij gemaakt moeten worden: in het Argentijns-Paraguyaanse stuwmeer zitten een paar honderdduizend gouden mosselen.  

Immigrant

Bioloog Gustavo Darrigran registreerde de eerste Chinese mosselen in 1991 en leidt aan de Universiteit van La Plata (Argentinië) een onderzoek naar de impact van invasieve weekdieren op milieu en mens. “In tegenstelling tot veel uitheemse soorten, heeft deze zoetwatermossel, de Limnoperna fortunei, zich volledig aangepast aan zijn nieuwe milieu en hij verspreidt zich met een snelheid van 240 kilometer per jaar.”

Als een blinde passagier reisde de eerste mosselkolonie mee met schepen die vanuit Azië de oceanen overstaken. Bij gebrek aan natuurlijke vijanden heeft de gouden mossel zich vlot kunnen verspreiden, via kleine rivierarmen heeft ze intussen ook het Braziliaanse São Paulo bereikt. En omdat kleinere boten al eens op een aanhangwagen vervoerd worden, is de mossel ook in het binnenland geraakt. Tot in het meer van Embalse dus, waar een kerncentrale staat.

Globalisering

De bevindingen en waarschuwingen van de bioloog zijn via advocaat Enrique Zárate, gespecialiseerd in milieuzaken, bij de ombudsdienst van het parlement geraakt en nu wordt ook op dat niveau de economische impact van de oprukkende mosselsoort onderzocht.

“Als we resultaten willen zien, zal de bevolking zich van het probleem bewust moeten worden,” aldus bioloog Darrigran. “Zij kunnen makkelijker duurzame maatregelen afdwingen van de regionale overheden. Het is een illusie te denken dat we de soort kunnen uitroeien, maar met een nauwgezette controle kan vermeden worden dat de plaag nog uitbreidt.”

Via de wereldscheepvaart reizen elke dag zo’n drieduizend levenssoorten mee, meestal zonder dramatische gevolgen.