Israël wordt mogelijk aangeklaagd voor oorlogsmisdaden

Israël heeft oorlogsmisdaden gepleegd en zou voor een internationaal rechtshof vervolgd moeten worden, zegt Raji Sourani, hoofd van het Palestijnse Centrum voor Mensenrechten (PCHR) in Gaza.
“De herhaalde bombardementen op duidelijk gemarkeerde civiele doelwitten waar burgers schuilden, overtreedt verschillende regels van het internationale recht”, zegt Sourani. De gezant van de Palestijnse Autoriteit (PA) in Groot-Brittannië, Manuel Hassassian, heeft al laten weten dat de PA gerechtelijke stappen wil ondernemen tegen de Israëlische leiders die volgens haar verantwoordelijk zijn voor de oorlogsmisdaden in Gaza.
Hassassian had het met name over het Israëlische bombardement op een school van de Verenigde Naties in het vluchtelingenkamp Jabaliya, waarbij veertig Palestijnse burgers het leven lieten. De voorbije dagen werden nog verschillende andere scholen van de VN geraakt. Bij bombardementen woensdagmorgen vielen vier slachtoffers op een speelplaats nabij een moskee in Gaza-stad.

Groeiende kritiek


Ook de Verenigde Naties riepen op tot een onderzoek, omdat ze naar eigen zeggen voor de Israëlische campagne de precieze coördinaten van alle VN-sites in Gaza doorgegeven hadden aan de Israëli’s.
Het Internationale Rode Kruis op zijn beurt heeft de Israëlische aanval op twee leden van de Rode Halve Maan vorige week scherp veroordeeld. Volgens het Rode Kruis droegen de verplegers fluorescerende vesten, waren hun ambulances duidelijk gemarkeerd en draaiden de zwaailichten.
Nihal Al-Akras, voorzitter van de Palestijnse Comités voor Gezondheidszorg, riep de internationale gemeenschap op om Israël ertoe te bewegen niet langer medische doelwitten onder vuur te nemen. Hij reageerde daarmee op een bombardement op het Ad-Dura ziekenhuis in Gaza-stad en de vernieling van drie mobiele gezondheidscentra van de Deense organisatie DanChurchAid. “We waren tot nog toe in staat om de gewonden te helpen omdat we onze voertuigen ter plaatse en klaar hadden in Gaza”, zei Hendrik Stubkjær, secretaris-generaal van DanChurchAid. “Maar die mogelijkheid van noodhulp is nu vernield. Dat de Israëlische luchtbombardementen de humanitaire inspanningen verhinderen, schokt ons diep.”

Agressie is voorzichtig


Hoewel Israël heeft ontkend dat het moedwillig aanvallen uitvoert tegen burgers, geeft de Israëlische legerleiding tussen de regels toe dat het de levens van Israëlische soldaten voorrang geeft op de veiligheid van de Palestijnse bevolking. Verschillende legercommandanten hebben toegegeven dat hun strategie eruit bestaat om een overweldigende vuurkracht te gebruiken op het terrein om hun soldaten te beschermen tijdens gevechten in stedelijke centra. “Voor ons komt voorzichtigheid neer op agressiviteit”, legde één officier uit. “Van bij de eerste minuut dat we binnentrokken, gedroegen we ons alsof we midden in een oorlog zaten. Als we vermoeden dat een Palestijnse strijder zich in een huis ophoudt, beschieten we het met een raket en twee tankgranaten, waarop een bulldozer de muur aanpakt. Dat veroorzaakt een hoop schade maar het redt de levens van onze soldaten”.
De Israëlische strijdkrachten verloren veel manschappen tijdens de oorlog in Libanon in 2006, en de legerleiding is er zich goed van bewust dat een herhaling de publieke steun voor de oorlog zou uithollen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.