Economisch herstel niet voor dit jaar

In een rapport van de IADB dat maandag werd gepubliceerd, wordt nog
uitgegaan van een groei van twee procent. Maar in elk geval bevindt de
Latijns-Amerikaanse economie zich in één van de meest kritische periodes
van de voorbije decennia, schrijven de IADB-experts. Ook vorig jaar kreeg
de regio al af te rekenen met een stagnatie. De buitenlandse directe
investeringen in Latijns-Amerika en de Cariben lopen terug en de
grondstoffenprijzen dalen. Positief is dat de inflatie onder controle
blijft.

Latijns-Amerika kreeg in 1999 nog 72 miljard dollar binnen aan buitenlandse
directe investeringen; vorig jaar verminderde dat tot 57 miljard. Ook de
internationale ruiltermen verslechteren vanuit Latijns-Amerikaans standpunt:
wanneer er geen rekening gehouden wordt met olie, zijn de
grondstoffenprijzen sinds de Aziatische crisis van 1997 gemiddeld met 26
procent gezakt. De groei van de internationale handel is afgenomen, wat de
Latijns-Amerikaanse exporteurs verder pijn heeft gedaan.

Het kon allemaal nog erger, schrijft de IADB: een economische recessie moet
de regio niet vrezen, en de inflatie zal waarschijnlijk verder teruglopen.
In de grootste Latijns-Amerikaanse economieën zal het jaarinflatiecijfer
daarmee duidelijk onder 10 procent liggen.

Uitgesproken slecht blijft het alleen in Argentinië gaan. Volgens Jorge
Remes Lenicov, de Argentijnse minister van Economie, heeft het land dringend
nood aan materiële hulp om te verhinderen dat de economische en sociale
crisis nog verergert en de politieke instellingen begint te bedreigen.
Tijdens één van de bijeenkomsten die voorafgingen aan de
IADB-jaarvergadering waarschuwde de minister dat de internationale
gemeenschap niet veel tijd meer heeft om Argentinië ter hulp te schieten en
zo het uitbreken van de absolute chaos te verhinderen. De Braziliaanse
president Fernando Henrique Cardoso drong er nog eens op aan dat het
Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de internationale financiële
gemeenschap Argentinië onmiddellijke hulp zouden verlenen.

De aanhoudende stagnatie is ook geen goede zaak voor de andere landen in de
regio. De Braziliaanse minister van Planning Martus Tavares, de voorzitter
van de IADB-jaarvergadering, stelt dat de Latijns-Amerikaanse economie met
minstens 3,5 procent moet groeien om met succes de strijd te kunnen
aanbinden met de armoede en de sociale ongelijkheid op het continent. Maar
volgens IADB-voorzitter Iglesias doen de Latijns-Amerikaanse regeringen er
goed aan ook nu maatregelen te treffen om de sociale kost van de stagnatie
binnen de perken te houden. Volgens hem is er absoluut een beleid nodig dat
de groei stimuleert en de spaarquota opdrijft om de afhankelijkheid van
buitenlands kapitaal te verminderen.

Naast de mogelijkheid dat de Argentijnse crisis uit de hand loopt, ziet
Iglesias in de nabije toekomst nog een aantal andere bedreigingen voor de
Latijns-Amerikaanse economie. De burgeroorlog in Colombia kan hoger oplaaien
en Venezuela kan helemaal instabiel worden, waardoor het noorden van de
regio economisch verlamd zou kunnen raken. En heel Latijns-Amerika zou
lijden onder een eventuele toename van het protectionisme in de
industrielanden. Ten slotte is er bij de Latijns-Amerikaanse bevolking
weinig animo voor het beleid dat de meeste regeringen voeren. Volgens een
onderzoek van de IADB heeft bijvoorbeeld 85 procent van de
Latijns-Amerikanen de indruk dat de inkomensverschillen zijn toegenomen. Ook
de IADB zelf is overigens niet boven alle kritiek verheven. Bij de opening
van de jaarvergadering trok een duizendtal betogers door de straten van
Fortaleza. Ze scandeerden IADB, de hongerbank!.