Een eerlijke ondernemer in Congo

Baanbreker

Wie rijk wil worden in Congo, moet in de politiek gaan, zo luidt het gezegde. Alle andere mensen die iets willen ondernemen, moeten daar de gevolgen van dragen. Toch zijn er ook mensen die met succes een onderneming opstarten. Philémon Kivuvu Musul kreeg daar een Belgische prijs voor.

Philémon Kivuvu Musul ontving onlangs de prijs voor Governance (Goed bestuur) van bedrijven in de Democratische Republiek Congo, een prijs die wordt uitgereikt door de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden en wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting. Kivuvu ontvangt de 25000 euro omdat hij niet alleen de succesvolle KMO Camalco heeft opgestart en leidt, maar dat tevens op een sociaal verantwoorde en transparante manier doet. Camalco exploiteert en verwerkt kalksteen in de provincie Bas-Congo en Kinshasa.

Kalksteen vormt de basis van cement, wat in een land als Congo waar veel wordt gebouwd, een belangrijke grondstof is. Het zakencijfer bedroeg eind 2013 ruim twee miljoen euro, bijna een verdubbeling tegenover 2012. Camalco werd opgestart in 2007: toen stelde het vijftien mensen tewerk, intussen heeft de onderneming al 62 mensen in dienst.

Wie het niet heeft meegemaakt, kan het zich amper voorstellen maar in Congo stoot bijna elk initiatief op onwillige en corrupte ambtenaren.

Philémon Kivuvu betaalt zijn mensen op tijd, en neemt ook hun gezondheidskosten voor zich. En herinvesteert de winsten: onlangs werden zes nieuwe vrachtwagens gekocht. Klinkt dat allemaal wat gewoontjes?  Kan best zijn maar in Congo is het niet zo evident. Congo is nu eenmaal, luidens de Wereldbank en de ervaringen van vele Congogangers, een van de moeilijkste landen ter wereld om zaken te doen. Wie het niet heeft meegemaakt, kan het zich amper voorstellen maar in Congo stoot bijna elk initiatief op onwillige en corrupte ambtenaren. ‘Ik blokkeer je zodat je mij zou betalen om voort te kunnen.’

Er wordt vaak beweerd dat wie rijk wil worden in Congo, best politicus wordt, eerder dan zakenman?

Laat ons zeggen dat ik de uitzondering ben die de regel bevestigt.(glimlacht)

Hoe bent u ertoe gekomen ondernemer te worden in een land dat volgens de Wereldbank een van de moeilijkste ter wereld is om zaken te doen?

Ik heb vele jaren gewerkt voor de Ontwikkelingsbank van de Landen van de Grote Meren en voor de Cimenterie Nationale. Die laatste produceerde cement, en was een gemengd bedrijf met zowel privaat als publiek kapitaal. Het bedrijf deed het niet goed maar ik wist wel dat er nood is aan het product, dat er een markt voor is. Zo ben ik begonnen met de productie van kalkpoeder dat met behulp van een oven in cement kan worden omgezet.

Hoe bent u van start gegaan?

Aanvankelijk moesten klanten ons eerst betalen en zorgden wij dan voor het kalkpoeder. Ik ben er – na een soort proefperiode van zes maanden - in geslaagd het vertrouwen te winnen van het Libanese netwerk. U moet weten dat er verschillende zakennetwerken zijn in Kinshasa: het Libanese, het Indiase, het westerse,… Het is zaak om te infiltreren in een van die netwerken: zo kan je je verzekeren van voldoende cliënteel. Na zes maanden proefperiode waarin we het goed hadden gedaan, zei de man die me bij de Libanezen had geïntroduceerd: ‘Je bent de onze’ en zo was ik gelanceerd.

Dat betekent dat de markt in Kinshasa niet zomaar open is voor iedereen?

Je kan geen abstractie maken van die netwerken, dat zijn realiteiten. De westerse vrienden zijn maar bij mij gekomen toen hun leverancier problemen kende. En dan moest het plots heel snel gaan: om drie ’s nachts is men me komen vinden voor negen ton kalkpoeder.

Hebt u geen last gehad van de Congolese staat die toch vaak elkeen die iets onderneemt, blokkeert om zo geld te kunnen aftroggelen?

Ik heb dat probleem niet echt gehad. Mijn grote voordeel is dat mensen mij kenden en dat ik het milieu kende. Eens ik mijn vergunning had als onderneming, viel het best mee. Ik kan me voorstellen dat de staat soms meer probeert los te weken bij buitenlanders. Natuurlijk, als de douane een tol heft, is dat normaal en dat betalen wij uiteraard. Iets anders is dat ambtenaren zelf wetten gaan schrijven en denken dat zij net na God komen. Zo heb ik een vervuilingstaks niet betaald omdat mijn advocaat erop wees dat de wet vereist dat de vervuiling eerst wordt gemeten. Je moet de wet kennen en de omgeving waarin je functioneert. Als je die kennis niet hebt, ben je inderdaad uiterst kwetsbaar.

Je moet de wet kennen en de omgeving waarin je functioneert. Als je die kennis niet hebt, ben je inderdaad uiterst kwetsbaar.

Maar verkeren de talloze zeer kleine ondernemers en zelfstandigen van Kinshasa niet in die situatie?

Ja, voor hen is de situatie inderdaad gecompliceerd. Zij zijn kwetsbaar. Want het verschijnsel van de ambtenaar die meent alleen God boven zich te hebben, is genoegzaam bekend in Congo. Maar wie goed ingelicht is, is niet weerloos en hoeft de willekeur niet te ondergaan. De DGRAD, een afdeling van het ministerie van financiën, eiste een taks, maar toen een andere afdeling van dezelfde administratie – Kinshasa-Est – dezelfde taks nog eens opeiste, heb ik via een brief van mijn advocaat laten weten dat we dit niet aanvaardden, en dat we desnoods naar de rechtbank zouden gaan. We hebben er daarna niks meer van gehoord. 

Waarom stelt de Congolese staat zich zo op?

Velen zijn daar verantwoordelijk voor. Ook de Belgische kolonisator die het land en vooral zijn bevolking niet heeft voorbereid op de onafhankelijkheid. Congo telde vier universitairen in 1960. We zijn ook nu nog het enige land waarvan de leider geen universitair onderwijs en zelfs geen volledig secundair onderwijs heeft genoten.

Nochtans lijkt het land nu heel wat meer economische groei te kennen?

Vergis je niet. Die groei concentreert zich vooral in enkele centra: Kinshasa, Lubumbashi, Goma en Matadi. Buiten die centra heerst grote miserie, schreeuwende armoede, of je nu in de Kasai bent, Bandundu of de Evenaarsprovincie.

Vergis je niet. Die groei concentreert zich vooral in enkele centra: Kinshasa, Lubumbashi, Goma en Matadi. Buiten die centra heerst grote miserie,

Wat moet er gebeuren om daarin verandering te brengen? Volstaat het alle ruimte te scheppen voor de ondernemers?

Neen. De staat moet de nodige infrastructuren bouwen. Wegen, scholen, watervoorzieningen… Dat is essentieel. Daarzonder kan de economie niet echt van de grond komen.

Er waren toch de vijf werven van de president?

Ik zie daar niet al te veel van.

Zijn de Chinezen niet bezig om die werven te bouwen?

Ik heb mijn twijfels. Het is juist: ze bouwen wel enkele wegen, vooral de grote assen, maar absoluut noodzakelijk is dat de boeren hun oogsten naar de markten kunnen brengen en daartoe volstaat het herstel van enkele hoofdwegen niet. Bovendien leren de Chinezen, anders dan destijds de Belgen, de Congolezen  niet om de wegen te onderhouden. Ik vraag me dus af hoe lang die nieuwe wegen zullen meegaan. Vergeet ook niet dat we een schitterend netwerk van rivieren hebben, in de tijd van de kolonie deed dat in grote delen van het land dienst als het belangrijkste transportnetwerk. Helaas worden die rivieren niet bevaarbaar gemaakt: de vaarroutes worden niet duidelijk aangegeven met vaarboeien en dergelijke.

U staat dus sceptisch tegenover de Chinese inbreng?

De Chinezen doen de rijkdom te weinig circuleren. De Chinees komt, blijft in zijn eigen hoek zitten en vormt de mensen niet of te weinig. En ze betalen hun mensen heel slecht. Ik snap niet dat de Belgen hier zijn vertrokken. Dit is jullie land, jullie hebben het doen geschapen. En jullie kennen het land.

U zelf betaalt uw personeel beter dan Chinese werkgevers?  

Zeker, als ik mijn mensen betaal, kunnen ze eten, en kunnen ze een woning betalen. Ik zorg er ook voor dat hun transport naar en van het werk betaald wordt. Bij de Chinese werkgevers zijn de vergoedingen vaak eerder symbolisch. ik noem het precaire tewerkstelling.

Als ik mijn mensen betaal, kunnen ze eten, en kunnen ze een woning betalen. Bij de Chinese werkgevers zijn de vergoedingen vaak eerder symbolisch. ik noem het precaire tewerkstelling.

 

Hebt u zelf last van de gebrekkige wegen?

In de Bas-Congo gaat het nog. Bovendien hebben we het geluk dat een groot suikerbedrijf de weg heeft aangelegd die wij gebruiken om tot bij de groeve - op 230 km van Kinshasa - te geraken.

Wat moet er gebeuren om de situatie in Congo te verbeteren?

Het grote probleem is de leiding van ons land. Onze leiders kunnen zich vaak niet uitdrukken en nemen onvoldoende hun verantwoordelijkheid. Bovendien geloven ze niet of te weinig in het belang van scholing. Nochtans kan een administratie geen goed werk leveren als ze niet geleid of bemand wordt door geschoolde mensen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.