De rol van de privésector in de ontwikkeling: brandstof en motor tegelijk?

Op vrijwel elk forum over ontwikkeling wordt keer op keer herhaald, en niet enkel door de traditionele donoren maar ook door veel ontwikkelingslanden, dat de privésector sterker betrokken moet worden. Achter die oproep gaan echter verschillende verwachtingen schuil. 

De discussie start doorgaans met de vaststelling dat het vele biljoenen (dat is: duizenden miljarden) dollars zal kosten om de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development
Goals of Agenda 2030) te realiseren. 

De bestaande publieke middelen voor ontwikkelingssamenwerking zullen niet volstaan. Ontwikkelingslanden moeten daarom zelf meer middelen genereren door domestic revenue mobilization, maar ook de privésector moet over de brug komen. 

Dezelfde boodschap was te horen tijdens de Conferentie over de Financiering van Ontwikkeling in Addis Abeba van juni 2015, die voorafging aan het akkoord over Agenda 2030. 

Kunnen al die verwachtingen worden ingelost? Is de privésector een motor voor ontwikkeling? Hoe krijgt de overheid – en daarmee de belastingbetaler – het meeste waar voor haar geld in een economische en politieke context die momenteel weinig voorspelbaar is?

Lees er alles over in deze MO*paper. (pdf)

Over de auteur

Melanie Schellens bouwde de afgelopen dertig jaar expertise op in uiteenlopende instellingen voor ontwikkelingssamenwerking. Momenteel volgt ze in Washington de werking van de Wereldbank en het IMF. Ze schreef deze MO*paper in eigen naam.

Over de MO*papers

MO*papers is een serie analyses die uitgegeven wordt door Wereldmediahuis vzw. Elke paper brengt fundamentele informatie over een tendens die de globaliserende wereld bepaalt. MO*papers worden toegankelijk en diepgaand uitgewerkt. Ze zijn gratis downloadbaar op www.mo.be. Bij het verschijnen van een nieuwe paper wordt een korte aankondiging gestuurd naar iedereen die zijn of haar e-mailadres bezorgt aan mopaper@mo.be (onderwerp: alert)