Afghaanse papaverteelt moeilijk uit te roeien
Sanjay Suri
24 maart 2005
Het antidrugprogramma dat de regering van Hamid
Karzai in december lanceerde is een succes, maar Afghanistan heeft meer
donorgeld nodig om de papaverboeren te overtuigen om legale gewassen te
verbouwen. Dat zegt de Afghaanse minister van drugbestrijding Dawood Daoud.
130 ton drugs en 395 arrestaties. Dat is de voorlopige balans van het
Afghaanse programma voor drugbestrijding dat Karzai onmiddellijk na zijn
aantreden lanceerde, zegt Daoud in een gesprek met IPS. Er werden intussen
ook 90 laboratoria voor drugproductie vernietigd. Het omvangrijke programma mikt zowel op boeren als op verslaafden, opkopers, buurlanden en instellingen.
De minister van drugbestrijding geeft toe dat hij niet weet wat de totale impact is van de acties. Er bestaan weinig cijfers over de totale
oppervlakte die de papaverteelt - de basis voor onder meer heroïne - inneemt
in Afghanistan. Er was tot hiertoe geen verificatieproces. Daar zijn we nu
mee begonnen. We hebben twintig dagen geleden vijftien teams opgezet die de
totaliteit in kaart brengen.
De papaverteelt in Afghanistan is in ieder geval zeer omvangrijk. De
productie en de verkoop van drugs brengt in Afghanistan naar schatting 2,15
miljard euro op, zo bleek gisteren (woensdag) op een antidrugconferentie in Londen. Dat is zo’n 60 procent van het nationale inkomen.
Sinds de val van de Taliban wordt er opnieuw meer papaver geteeld en heroïne
geproduceerd. De nieuwe regering was erg jong toen ze aan de macht kwam. Alle politieke, economische en culturele instellingen waren met de grond gelijk gemaakt. Er waren geen middelen om de papaverteelt te bestrijden, zegt Daoud. Eerst moesten de politie en het leger heropgebouwd worden.
Als de papaverboeren geen leefbaar alternatief vinden voor het verbouwen van
de winstgevende bloemen, blijft het dweilen met de kraan open. We hebben meer internationale steun nodig, zegt Daoud. Groot-Brittannië
en de Verenigde Staten zijn de voornaamste financiers van het Afghaanse
antidrugprogramma. De Britten hebben zelfs een speciale eenheid opgericht
binnen het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Londen maakt zich zorgen over het stijgende heroïnegebruik in eigen land. 95
procent van de heroïne die in de straten van Londen in beslag wordt genomen
is van Afghaanse makelij. (MM)