Angst voor nieuwe gasoorlog in Bolivia
Franz Chávez
11 mei 2005
Boliviaanse vakbonden en boerenorganisaties beginnen vandaag aan een mars op de hoofdstad. Ze willen een nieuwe wet tegenhouden die de exploitatie van de olie- en aardgasgasvoorraden in het land regelt. Dat thema leidde in 2003 tot de zogenaamde gasoorlog, met 67 doden en het vertrek van de toenmalige president.
Vakbondsleden en kleine boeren, maar ook straatventers, werklozen en mensen uit andere achtergestelde groepen hebben zich verenigd in het Pact tegen de Oligarchie. Ze dreigen ermee in La Paz het parlement en andere overheidsgebouwen te bezetten. Ze eisen een hernationalisering van de olie- en gassector en garanties voor de inheemse gebieden die zich bedreigd voelen door de transnationale bedrijven die de aanzienlijke brandstofvoorraden uitbaten. Ook de Beweging naar het Socialisme (MAS), de grootste oppositiepartij, roept op tot verzet. Op 16 mei wil de partij al haar aanhangers op de been brengen.
16 mei is de uiterste dag voor president Mesa om het ontwerp voor de nieuwe wet over de olie- en gassector te ondertekenen dat nu op zijn schrijftafel ligt. Het parlement keurde de tekst vorige week goed. Alleen het fiat van Mesa is nu nog vereist. De wet voert een bijkomende belasting van 32 procent in voor privé-bedrijven die in Bolivia olie- en gasvoorraden exploiteren, bovenop de 18 procent aan royalty’s die ze moeten betalen.
Maar de linkse oppositie en het Pact tegen de Oligarchie verwerpen die oplossing. Zij willen dat privé-maatschappijen werkelijk de helft van hun winst afdragen, en dat is ondanks de schijn met deze wet toch niet het geval. Bedrijven kunnen immers gedeeltelijk worden vrijgesteld van de bijkomende belasting en de betalingen kunnen worden ingebracht als kosten. Zo komt het nettoresultaat een heel eind onder de 50 procent uit.
Ook de olie- en gasmaatschappijen zijn tegen de nieuwe wet. Zij vinden dat die de rechtszekerheid aantast. Bestaande contracten moeten herzien worden om de nieuwe belasting in te voeren en duidelijk vast te leggen dat de olie- en gasvoorraden eigendom blijven van de Boliviaanse staat.
Volgens Mesa is zelfs zijn kabinet verdeeld over de zaak: sommige ministers vinden dat de olie- en gasbedrijven rustig meer belastingen kunnen betalen, terwijl een andere fractie er de nadruk op legt dat internationale afspraken moeten worden nageleefd en dat er respect moet zijn voor buitenlandse investeringen. Dat vindt ook het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Die instelling knoopte dit jaar aan haar steun voor de wankele Boliviaanse economie een ernstige waarschuwing vast dat er niet mag worden geraakt aan de bestaande contracten in de energiesector.
De MAS, de machtige oppositiepartij onder leiding van Evo Morales, de indiaanse leider van de cocaboeren, eist kort en goed dat 76 recente contracten tussen de Boliviaanse overheid en de private olie- en gasbedrijven in het land vernietigd worden. Alle contractanten moeten er volgens de MAS mee instemmen 50 procent royalty’s te betalen op hun inkomsten.
De 76 omstreden contracten werden tussen 1996 en 2002 ondertekend door de centrumrechtse regeringen van de presidenten Jorge Quiroga en Gonzalo Sánchez de Lozada en bedrijven als het Braziliaanse Petrobras, Repsol uit Spanje, de Amerikaanse oliebedrijven Maxus, Pan American en Exxon, en British Gas en British Petroleum. Die bedrijven investeerden sindsdien ongeveer 3,5 miljard dollar in installaties om aardgas boven te halen en te exporteren naar Brazilië, Argentinië, Mexico en de VS. Ze hebben er vorige week mee gedreigd die investeringen stop te zetten als ze gedwongen worden nieuwe voorwaarden te accepteren.
Plannen om via de Boliviaanse aartsvijand Chili gas uit te voeren naar de VS leidden in 2003 tot grootschalig sociaal protest, waarbij 67 mensen de dood vonden. De incidenten leidden tot het vertrek van president Sánchez de Lozada. Hij werd opgevolgd door Mesa, die in principe tot augustus 2007 aan kan blijven maar al meermaals met ontslag heeft gedreigd naar aanleiding van opflakkerend sociaal protest.
Na Venezuela bezit Bolivia de grootste aardgasreserves van Zuid-Amerika. Vorige week tekende de regering een intentie-overeenkomst met Mexico om dat land aardgas te gaan leveren. Voor een echte overeenkomst is het wachten op de nieuwe wet. Het aardgas zal volgens de Boliviaanse regering worden uitgevoerd via de Peruaanse haven Ilo, een alternatief voor de nog altijd omstreden Chileense uitvoerhavens.
Boliviaanse waarnemers maken zich zorgen dat de aanhoudende conflicten over de aardgasvoorraden en de bestuurlijke instabiliteit in Bolivia kunnen leiden tot een totale ineenstorting van de staat of zelfs tot een interventie van landen als Brazilië, Argentinië of de VS. (PD/ADR)