Betere zorg in Peruaanse gevangenissen

Nieuws

Betere zorg in Peruaanse gevangenissen

Ángel Páez

30 oktober 2011

"Ik had tuberculose opgelopen, maar gelukkig ben ik genezen", zegt Hernán Arévalo, vanuit zijn bed in het nieuwe ziekenhuis bij de Peruaanse gevangenis Lurigancho, een van de meest overvolle en gevaarlijke gevangenissen in Latijns-Amerika. "Vroeger kwam je hier dan meestal niet meer levend uit", zegt hij.

De gevangenis San Juan de Lurigancho, dichtbij de stad Lima, had tot vier jaar geleden “geen gezondheidscentrum, maar een voorportaal tot de hel”, zegt Arévalo. Het ziekenhuis werd gebouwd met geld van het Wereldwijde Fonds tegen Aids, Tuberculose en Malaria (Global Fund).

In 2008 telde de gevangenis 10.000 gevangenen. Momenteel zitten er 6000 gevangenen, terwijl het gebouw ontworpen is voor 3500 mensen.  
 
Arévalo (54) is tot twintig jaar cel veroordeeld voor drugssmokkel. Hij heeft er dertien jaar van zijn straf opzitten. “Als je vroeger ziek werd en je moest laten behandelen, kwam je meestal terug met een nog ergere ziekte. Nu krijg ik goed eten en goede medicijnen”, zegt hij.

Minder besmettingen

Het Global Fund gaf tussen 2004 en 2008 in Peru 4,9 miljoen euro uit aan de bouw gezondheidscentra bij de gevangenissen van Lurigancho en Tambopata, in de zuidelijke jungle van Madre de Dios, het moderniseren van de tuberculoseafdelingen en het verbeteren van de gezondheidsinfrastructuur in tien andere gevangenissen.

“In Lurigancho hebben we nu zo’n 420 tuberculosepatiënten en 450 mensen met aids. Dat zijn er veel minder dan een paar jaar geleden, omdat we nu goede voorzieningen en goed opgeleid personeel hebben”, zegt José Best, plaatsvervangend directeur Gezondheid van het Nationale Penitentiaire Instituut (INPE). “De situatie is radicaal veranderd, hoewel er nog enkele problemen zijn.”
 
De grootste uitdaging voor het INPE is voldoende geld zeker stellen om het ziekenhuis draaiende te houden. “Het is aan ons om deze voorzieningen in stand te houden. Daar is geld voor nodig, want de kans om tuberculose op te lopen in de Lurigancho-gevangenis is 27 keer hoger dan op straat”, zegt Henry Cotos, hoofd van de gevangenissen in de regio Lima.

Cotos zegt dat er drastische maatregelen genomen zijn om verspreiding van tuberculose en aids in de gevangenis tegen te gaan, maar dat gevangenen altijd manieren vinden om de veiligheidsmaatregelen te omzeilen. Ook bezoekers raken soms besmet, zegt hij.

Soa’s

Gevangenene Eddy Ruiz, die zich in de gevangenis inzet voor de rechten van homoseksuelen, zegt dat seksueel overdraagbare ziekten een groot probleem zijn in San Juan de Lurigancho.

“Sommige mannen hebben seks met andere mannen, maar ze zijn geen homo. Een andere groep zijn biseksuelen. Er zijn ook travestieten en homo’s die zichzelf prostitueren. De mannen die openlijk voor hun homoseksualiteit uitkomen, hebben soms een vaste partner”, zegt Ruiz.

“Het grootste gevaar komt van degenen die hun seksuele identiteit verbergen, geïnfecteerd zijn en willekeurig anderen infecteren”, zegt Ruiz, die zelf een straf van zes jaar uitzit voor seksueel geweld.