Chileens mensenrechtenmuseum is heikele kwestie
Daniela Estrada
26 december 2008
De Chileense president Michelle Bachelet legde onlangs de eerste steen voor een Museum voor Herinnering en Mensenrechten. De collectie van het museum en de boodschap die het wil uitdragen, zijn nog onderwerp van discussie. “Het is onmogelijk iedereen tevreden te stellen.”
“Het museum brengt de mensenrechtenschendingen in herinnering die begaan zijn tijdens de militaire dictatuur van 1973 tot 1990, gebaseerd op twee waarheidsrapporten”, zegt María Luisa Sepúlveda, directeur van de Presidentiële Mensenrechtencommissie die in 2006 door Bachelet werd opgericht.
De rapporten waar Sepúlveda naar verwijst, zijn de resultaten van het werk van de Nationale Waarheids- en Verzoeningscommissie en de Nationale Commissie voor Politieke Gevangenschap en Marteling. Het werk van de commissies leidde tot de identificatie van meer dan drieduizend dissidenten die ‘verdwenen’ of werden vermoord tijdens de rechtse dictatuur van generaal Augusto Pinochet. In dezelfde periode werden meer dan 35.000 mensen gemarteld.
Het museum wil waardigheid geven aan de slachtoffers en de samenleving voorlichten, “zodat dit niet meer kan gebeuren”, zegt Sepúlveda. Die voorlichting vertellen over de gebeurtenissen die tijdens de dictatuur plaatsvonden, laten zien hoe solidariteit zich manifesteerde en aandacht geven aan de pogingen om de mensenrechten te beschermen.
Wantrouwen
De collectie van het museum wordt samengesteld in overleg met Corporación Casa de la Memoria, een overkoepelend orgaan van drie Chileense mensenrechtengroepen, en het audiovisuele productiebedrijf Nueva Imagen.
Lorena Pizarro, hoofd van Groep van Verwanten van Gedetineerde en Verdwenen Slachtoffers (AFDD) vindt dat het museum “een van de onderdelen” van een breder overheidsbeleid op het gebied van onderwijs over mensenrechten moet zijn, een beleid dat nu niet bestaat. AFDD is niet direct betrokken bij het nieuwe museum. Het wil eerst zien hoe het project zich ontwikkelt, alvorens steun te verlenen. “We zijn tegen het soort gedenken dat uiteindelijk uitmondt in niet-gedenken, omdat het zoekt naar gedeelde verantwoordelijkheid en de nadruk legt op vergeving en verzoening”, zegt ze. “Het is nodig dat de waarheid wordt vertelt over de dictatuur en hoe de staatsgreep tot stand is gekomen. De slachtoffers moeten gerehabiliteerd worden en we moeten aan toekomstige generaties hun strijd en verzet laten zien.”
Dat het project wantrouwen oproept, komt volgens Pizarro omdat na het herstel van de democratie in 1990, Chili vooral vooruit keek zonder na te denken over hoe dat precies moest. “De waarheid over de gebeurtenissen werd hier opgeofferd.”
Rechtvaardiging
Het museum krijgt ook kritiek uit een andere hoek van het politieke spectrum, waar men zich zorgen maakt over de geschiedenis het museum wil laten zien. Ángel Soto, hoogleraar geschiedenis aan de particuliere Los Andes Universiteit, die gelieerd is aan de ultraconservatieve katholieke beweging Opus Dei, noemt het museum een waardevol initiatief, maar zet vraagtekens bij het startpunt van de geschiedenis.
Als dat startpunt 11 september 1973 is, toen de democratische regering van de socialistische president Salvador Allende gewelddadig omver werd geworpen, “eindigen we wellicht met een museum met een erg selectief geheugen, omdat de oorzaken van de staatsgreep dan buiten beschouwing blijven”, zegt hij.
“Hoe weten we dat dit geen officiële geschiedenis wordt, ten dienste van bepaalde doelen?” De repressieve organen van de dictatuur, zoals het inmiddels opgeheven Nationale Inlichtingendirectoraat (DINA) en de opvolger, het Nationale Informatiecentrum “kwamen niet uit het niets”, zegt hij. Soto pleit ervoor vertegenwoordigers uit alle sectoren van de samenleving te betrekken bij de inrichting van het museum.
“Er zijn diverse serieuze oorzaken aan te wijzen voor de militaire coup”, reageert Sepúlveda, “maar mensenrechtenschendingen zijn nooit te rechtvaardigen. Dat is het uitgangspunt van het museum. Het is onaanvaardbaar om zelfs maar te denken dat je marteling of verdwijningen van een mens kunt rechtvaardigen, omdat diegene tegen een politiek systeem is dat jij wilt introduceren. Die boodschap willen we uitdragen.”
Sepúlveda denkt dat het onmogelijk is iedereen tevreden te stellen. “Er is altijd een spanning geweest tussen de slachtoffers en de antwoorden van de overheid. Ook zijn er mensen die de kwestie niet willen aankaarten, omdat ze vinden dat de mensenrechtenschendingen tot op zekere hoogte te rechtvaardigen zijn.”