Conflict tussen Oeigoeren en politie in Xinjian
Muriel Denayer
07 juli 2009
De Chinese ordediensten smoren studentenprotest in Xinjian in bloed. Minstens 156 Oeigoeren laten het leven bij de confrontatie.
Sinds zondag vindt er in Ürümqi, de hoofdstad van de autonome Chinese provincie Xinjian, een studentenprotest plaats dat gevoerd wordt door Oeigoeren. De aanleiding van dit geweld zijn de rellen die vorige week plaatsvonden in een speelgoedfabriek in Shaoguan. Hierbij kwamen 2 Oeigoerse werknemers om het leven en raakten 118 werknemers gewond.
Xinjian is de meest noordwestelijke provincie van China. Iets minder dan de helft van de inwoners bestaat uit de islamitische Oeigoeren, een Turkisch volk dat volgens Amnesty International als minderheid zowel cultureel als economisch onderdrukt wordt. China voert, naar analogie met Tibet, een beleid van sinificatie. Dit wil zeggen dat de nationale overheid probeert om de Oeigoerse cultuur in een zo groot mogelijke mate ondergeschikt te maken aan de Han cultuur. Het is in Xinjian bijvoorbeeld verboden om in het Oeigoers te onderwijzen.
Armoedegrens
Han-Chinezen worden aangespoord om zich in deze provincie te vestigen zodat het relatieve aandeel Oeigoeren steeds kleiner wordt. Kathy Chen, journaliste bij de Wall Street Journal, stelt dat deze etnische groep het ook economisch moeilijker heeft dan de Han populatie. Bijna 80% van de Oeigoeren leeft onder de armoedegrens met een gemiddeld inkomen van 50 dollar per maand. Het gemiddelde inkomen in Xinjian is ongeveer 340 dollar.
De Oeigoeren ijveren om bovenstaande redenen al jaren voor een onafhankelijke staat. Het actueel conflict tussen de Oeigoeren en de Chinese politie is volgens Chris Hogg, correspondent van de BBC, het ergste conflict dat China kent sinds het Tienanmendrama van 20 jaar geleden.
Het leger en politie gebruiken traangas, wapens en tanks om de demonstranten uit elkaar te drijven. Inmiddels zijn er al minstens 156 mensen gedood en meer dan 800 mensen werden opgenomen in het ziekenhuis. Honderden demonstranten werden gearresteerd door de politie. Om verslaggeving aan de internationale media te beperken, is het momenteel onmogelijk om in Xinjian gebruik te maken van het internet.
Verzet aangemoedigd
De Chinese overheid beschuldigt het World Uyghur Congress (WUC) van aanmoediging en organisatie van het verzet. Het WUC is een internationale organisatie die, door het promoten van de democratische waarden en het verdedigen van de mensenrechten, de belangen van de Oeigoeren wereldwijd behartigt. Het WUC verklaart op zijn website dat de aantijgingen van de Chinese overheid onterecht zijn. Dilshat Rishit, woordvoerder van het WUC, zegt dat deze beschuldigingen gemaakt werden om de aandacht af te leiden van de eigenlijke discriminatie en onderdrukking die aan de bron van het conflict liggen.
In een tekst op hun website wordt gevraagd aan de Chinese overheid om het geweld te staken en in de plaats daarvan de kern van het probleem aan te pakken, namelijk de discriminatie van de Oeigoeren. Verder roept het WUC de internationale gemeenschap op tot actie.