Het Gala van de bureaucratie
Hongerstakers vragen betere arbeidsvergunning
Annegreet Van Puyvelde
08 februari 2011
Verschillende acteurs en theatermakers vragen met het fictieve "Gala van de Bureaucratie" meer aandacht voor een reeds 61 dagen durende hongerstaking in Brussel. De hongerstakers vechten er voor een betere arbeidsvergunning.
Theatermaker Thomas Bellinck organiseerde met de steun van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg en Het Kaaitheater het Gala van de Bureaucratie. Reinhilde Decleir, Jolente De Keersmaeker, Lotte Heijtenis, Wouter Hendrickx en Bruno Vanden Broecke reikten er drie Gouden Administratiestempels uit. In de categorie van de meest rigide overheidsinstantie van 2010-2011 viel de cel Migratie en Asiel van het kabinet van staatssecretaris Melchior Wathelet (CdH) in de prijzen.
De wanhoop nabij
De prijs voor best verborgen hongerstaking van 2010 – 2011 ging naar de 61 dagen durende hongerstaking van 25 sans-permis in de Karthuizerstraat in Brussel. Het gaat hier niet om een klassieke hongerstaking van sans-papiers, maar om een hongerstaking van sans-permis, mensen die beschikken over een tijdelijke verblijfsvergunning van 3 maanden maar niet over een toegankelijke werkvergunning. Aziz, woordvoerder van de sans-permis, nam de trofee in ontvangst. ‘We hebben anderhalf jaar onderhandeld, maar nu zijn we wanhopig. Ze hebben alle deuren gesloten. Het is die wanhoop die ons gedreven heeft tot deze ernstige onderneming.’
Aziz vertelde ons dat ze na een hongerstaking in 2009 een oranje kaart kregen. Deze tijdelijke verblijfsvergunning van 3 maanden laat volgens hem niet toe om werk te vinden of enkel onder zeer beperkende voorwaarden. Met een oranje kaart kan men aanspraak maken op bedrijfsvergunning B. De hongerstakers willen een verblijfsvergunning voor een jaar zodat ze aanspraak kunnen maken op arbeidsvergunning C, waarbij minder strenge voorwaarden worden gehanteerd.
Ook Thomas Bellinck wees op de strenge voorwaarden: ‘Een werkgever moet een werknemer met verblijfsvergunning B aannemen voor minstens een jaar zonder proefperiode. Daarnaast moet hij opdraaien voor alle afgiftekosten van de arbeidskaart, voor alle medische kosten en eventuele repatriëringkosten. Hij moet ook een geschikte woonst voor de werknemer vinden. Als men aan al die voorwaarden voldoet kan men nog steeds enkel aanspraak maken op arbeidsvergunning B als het om een knelpuntberoep gaat.’
Arbeidsvergunning of slavernijkaart?
Onder de aanwezigen was ook Daniel Alliët, pastoor van de begijnhofkerk in Brussel die in het verleden ook bezet werd door hongerstakers. ‘Die kaart B is een halve slavernijkaart. Als een werkgever al een dergelijke werknemer aanneemt, dan weet hij dat hij er de baas over is. Zegt de werknemer na 14 dagen dat hij dat weekend niet wil werken, dan wordt hij ontslagen. Ze zijn dan alles kwijt, ook hun OCMW-bijdrage.’
‘Ze krijgen inderdaad een OCMW-bijdrage’, zegt Bellinck. ‘Maar daar hebben ze niet om gevraagd. Ze willen werken. Niet werken is soms geen kwestie van niet willen werken, maar gewoon een kwestie van niet mogen werken. Het doet mij pijn om elke dag opnieuw mensen te moeten vertellen dat voor hen niet geldt wat voor mij zo evident is en dat ik ook niet zo goed begrijp waarom.’