Regularisatie sans-papiers goed voor de economie
De positieve gevolgen van regularisatie van mensen zonder papieren domineren de negatieve effecten. Dat blijkt uit een studie van onderzoeksinstituut IRES van de Université catholique de Louvain (UCL).
Midden juli besliste de regering dat tussen 15 september en 15 december mensen zonder papieren een aanvraag voor regularisatie kunnen indienen. IRES onderzocht wat de economische impact van een dergelijke collectieve regularisatie kan zijn. De resultaten bewezen andermaal wat hoofdredacteur Gie Goris in het septembernummer van MO* reeds aanhaalde: ook immigratielanden worden economisch beter van migratie.
De kosten en baten van een politiek van regularisatie zijn van gelijke aard als die van legale migratie. Omdat veel sans-papiers echter al op de arbeidsmarkt verkeren en reeds profiteren van sociale voorzieningen, kennen zowel de kosten als de baten van regularisatie een minder grote omvang.
Integrale modellen die verschillende effecten tegen elkaar opwegen, tonen aan dat migratiegolven een positief effect hebben op de overheidsfinanciën en dat autochtonen er baat bij hebben. In het geval van regularisatie is het effect veel kleiner, maar nog steeds positief. Enkel de laaggeschoolde autochtonen lopen het risico om te lijden onder de negatieve effecten op de arbeidsmarkt. Gezien de huidige economische omstandigheden, zal de gelimiteerde regularisatiegolf in België slechts een minimale uitwerking hebben op het netto inkomen van de autochtone bevolking.
De onderzoekers kaarten in hun rapport resoluut de onjuistheid van de argumenten in het regularisatie-debat aan: ‘Het cliché dat de geregulariseerde asielzoekers massaal de jobs zullen inpikken van de autochtonen houdt dus niet stand in de bestaande, internationale studies. Het is dus manifest onjuist om de asielzoekers te zien als mensen die kassen van de sociale zekerheid zullen leeg halen. Immigratie heeft een eerder positief effect op de overheidsfinanciën en bovendien zorgt een migratiestroom voor een permanente verjonging van de bevolking.’