"Een sociaal en ecologisch zinvolle job geeft meer arbeidsvreugde"

La Ferme Nos Pilifs: een plek om tot rust te komen

La Ferme Nos Pilifs is een boerderij gelegen in de Brusselse rand van Neder-Over-Heembeek, als een groene oase tussen het militair hospitaal en een mozaiek van bedrijfsgebouwen en appartementsblokken. Het bedrijf stelt vandaag 150 arbeidskrachten te werk en groeide uit tot een dienstencentrum met een biowinkel, een herberg, een kinderboerderij, een tuincenter en een beschermde werkplaats, op een oppervlakte van 5 ha. Vorige woensdag 15 juni mocht La Ferme Nos Pilifs de Grote Prijs voor Toekomstige generaties in de wacht slepen. MO* had een gesprek met de gelukkige winnaar, Benoît Ceysens, directeur van de boerderij.

  • Alma De Walsche Benoît Ceysens, directeur van La Ferme de Nos Pilifs Alma De Walsche
  • STG Benoît Ceysens ontvangt de Grote Prijs voor Toekomstige Generaties. STG
  • STG De werknemers van La Ferme de Nos Pilifs poseren na de uitreiking. STG

Waarom denkt u dat de jury voor uw project koos?

Het is een project dat het sociale en het ecologische samenbrengt, maar dat in de loop van de jaren – meer dan 25 nu- ook economisch rendabel geworden is: we werken voor 60 procent met eigen middelen, 40 procent zijn subsidies. Drie vierde van ons zakencijfer — 3,5 miljoen euro – geven wij uit aan lonen. Ik denk dat ons initiatief inspirerend kan werken. We zijn een open bedrijf, mensen kunnen hier rondwandelen, ze zien de zonnepanelen met de uitleg hoeveel die produceren; ze zien het rietveld waar het water gerecycleerd wordt. Het passiefgebouw van de werkplaats, dat een pilootproject is voor het Brussels Gewest.

Van waar die intrigerende naam?

Die komt van “Filipson”, van achter naar voor gelezen. Mevrouw Filipson had hier een centrum voor gehandicapte kinderen. Maar kinderen worden groot, en de vraag wierp zich op waar die terecht zouden kunnen voor een job en een zinvolle activiteit. Ik heb toen in België een hele reeks initiatieven bezocht voor gehandicapten. Ons uitgangspunt was iets bedenken van werk dat nuttig is, een inkomen oplevert en waardering geeft aan de mensen. Dat zijn voor ons de drie belangrijke criteria. Zo zijn we bij dit initiatief gekomen. We zijn in 1984 van start gegaan, samen met mevrouw Filipson, die nog altijd in het project actief is.

Vertel eens iets meer over het concept.

Het is een boerderij die werkt met mensen die door de Cocof (de Franse Gemeenschapscommissie) officieel erkend zijn als mensen met een mentale en/of fysieke handicap. Men engageert zich ertoe deze mensen een nuttige job te geven, waaruit ze waardering en een inkomen kunnen halen. In 1984 waren we met drie maar geleidelijk aan is het project gegroeid, dank zij subsidies die we kregen. In 1991 hebben we dit gebouw van het onthaal en de administratie kunnen zetten, en meer recent een nieuw passiefcomplex waar de beschutte werkplaats functioneert. Met de economische activiteiten die we hier konden ontwikkelen, hebben we ook een rendabiliteit kunnen bereiken. Vandaag hebben we hier 150 mensen te werk gesteld: 120 gehandicapten en 30 mensen om het geheel te coördineren.

En kent u iets van een boerderij runnen?

Helemaal niet, ik ben leraar van opleiding. Maar ik heb altijd mensen kunnen contacteren die een speciale competentie hadden op het betreffende vakgebied. We hebben op dit ogenblik zes beroepen. Voor de tuinbouw hebben we een landschapsdeskundige en inmiddels zeven ploegen die in tuinonderhoud bij particulieren werken. Er is een tuincenter waar men planten verkoopt en toebehoren voor de tuin; er is een herberg, een kinderboerderij. Dagelijks komen hier scholen op bezoek, vaak ook uit de Marollen en uit het centrum van Brussel met kinderen die geen idee hebben van het platteland. Zij krijgen hier wat milieuopvoeding, er wordt hen verteld over het belang van het water, over de kip en het ei. Dan is er de bakkerij. Dat brood wordt verkocht in de winkel, waar ook groenten en andere bio-producten kunnen gekocht worden. En dan het klassieke werk van de beschutte werkplaats, met mailings en uitvoerende werkjes voor bedrijven. Ik coördineer het geheel en zorg dat iedereen over de middelen kan beschikken die nodig zijn om zijn werk uit te bouwen. Vertrouwen in het team en in de werkkrachten is daarbij heel belangrijk.

Niet alleen het sociale is voor jullie belangrijk, ook het ecologische.

Dat is van in het begin een aandachtspunt geweest, omdat het belangrijk is voor de planeet. Maar het is ook heel belangrijk om met het team aan een begeesterend project te werken. Routine is dodend voor de motivatie. Iedereen kan voorstellen doen en kan met eigen initiatieven komen om zijn taken nog beter in overeenstemming te brengen met de ecologie. Dat stimuleert mensen heel erg. Er zijn heel wat tuincentra die mensen zoeken en waar ook ons personeel aan de slag zou kunnen. Waar het ook meer zou kunnen verdienen. Maar hier vinden ze extra motivatie in het feit dat ze werken aan een ecologisch project. Dat samengaan van het sociale en het ecologische maakt dat mensen hier op hun gemak zijn. Ze zijn er ook trots op om hier te kunnen werken. Ons bedrijf heeft al verschillende onderscheidingen gekregen, en nu weer deze onderscheiding. Dat motiveert de ploeg. De sociale en ecologische dimensie levert ook nog eens extra arbeidsvreugde op.

Wat vond u zelf het moeilijkste tot hier toe?

De motivatie behouden van de kaders. Dat is moeilijker dan van de gehandicapten. We zijn hier veeleisend, mensen moeten echt gemotiveerd zijn en veel geduld hebben. Er is een groot verschil tussen een goed vakman te zijn in een of andere materie- tuinbouw bijvoorbeeld- en dat alles doen met gehandicapte mensen. Men moet bereid zijn om compromissen te sluiten, aanvaarden dat een taak niet perfect is afgewerkt of dat het wat trager gaat. Of dat men niet alles kan doen wat gepland was of men graag zou doen.
De andere moeilijkheid waar we hier mee kampen is de impact van de economische crisis op de beschutte werkplaats. Bedrijven moeten besparen en dat voelen wij hier meteen.

Hoe hebben jullie daar op gereageerd?

We hebben gekeken naar onze mogelijkheden: we hebben ruimte, we hebben een ecologische boerderij, en dus besloten we om te starten met groente- en fruitmanden op bestelling. Appels in een zak stoppen of brieven in een omslag, heel erg verschillend is die taak niet. We verdelen nu wekelijks 600 manden. Onze klanten zijn onder meer de bedrijven hier in de buurt. Bv iemand bij Toyota bestelt 10 manden voor hem en zijn collega’s. Wanneer er een aanvraag is van minimum 10 manden, gaan we daar op in. We leveren op de ministeries die vers en biologisch fruit willen. Dat is een heel mooi werk want het is voor de mensen veel concreter dan de mailings. We zijn dit nu nog volop aan het ontwikkelen.

Voor elke handicap geldt: je moet het werk aanpassen aan de persoon en niet omgekeerd. Als je het werk goed organiseert, verdwijnt de handicap.

Het sluit mooi aan bij de andere initiatieven.

 

Klopt. We hebben nu een bakkerij, een restaurant en de winkel. En we proberen nu dezelfde producten in die drie instanties aan te bieden. Dat is niet vanzelfsprekend maar we willen toch ook streven naar bio in het restaurant, ook al is dat een beetje duurder. We willen in de toekomst ook meer vegetarische schotels aanbieden. Brussel gaat ook een campagne starten met “donderdag veggiedag” en we willen daar met ons restaurant bij aansluiten. Het is een initiatief van minister Evelyne Uyttenbroeck, de Brusselse milieuminister.

Komen al die producten voor die manden van deze boerderij?

Dat kunnen we nog niet aan. We kopen aan bij diverse biobedrijven hier in de buurt: Den Diepen Boomgaard, in Grimbergen, Le debut des Haricots, een bedrijfje hier in de buurt, en Jean Pierre Deleener, die ons de groenten levert. Daarnaast ook bij BioFresh en bij GPFL. 600 manden is heel wat!

We merken dat voor onze arbeiders het contact met de klant heel belangrijk is. Het is heel belangrijk voor hen om te weten voor wie ze werken. Op die manier zien ze ook direct in dat het geld naar de boer gaat en niet naar ‘de patron”, dat er geen taboes over zijn. Zij leveren de producten af, zij beheren de kassa en maken de rekeningen. De economische crisis heeft die opportuniteit gebracht en dat heeft zich heel positief ontwikkeld.

Dit is het tweede jaar en we zijn benieuwd om te zien of dit nu een invloed heeft op de afwezigheden. Mensen doen deze job liever, ik heb de indruk dat ze minder afwezig zijn. De personen die in de tuin werken, zijn ook niet vaak afwezig: het zijn kleine ploegen, ze hebben heel concrete afspraken met mensen, en mensen zijn gemotiveerd. Maar in de werkplaats is het anoniemer en daar zien we dat mensen meer afwezig zijn.

Wordt het project goed aanvaard in de buurt?

Heel goed, vanaf de start. Wij zelf nemen ook actief deel aan de activiteiten en feestelijkheden van de wijk. Op de feesten van 21 juli gaan we de bar openhouden. Mensen komen naar hier en praten met de arbeiders. Soms zijn er zelfs afspraken na de werkuren, er ontstaan nieuwe vriendschappen. Mensen nemen de tijd. Je kan niet anders dan hier je tijd nemen want aan de kassa bijvoorbeeld gaat het niet altijd zo snel.

Wat hebt u geleerd in al die jaren?

Dat de notie van “gehandicapte” eigenlijk niet bestaat. Ofwel zijn we allemaal gehandicapt, ofwel niemand. Het is heel relatief. Als je het werk goed organiseert, verdwijnt de handicap. We hadden hier een man met een heel lastig karakter. Hij had een scheef gegroeide hand en een misvorming aan zijn been. In de verschillende werkplaatsen hier – het atelier, de tuin, …- wilde men hem niet omdat het zo moeilijk was om met hem samen te werken. Toevallig kochten we op een bepaald moment een lichte kraan voor de werken in de tuin. Op zekere dag probeerde hij daarmee te werken en dat is een wonderlijk succes gebleken. Die stuurknuppel past perfect in zijn scheefgegroeide hand en hij heeft in de machine ook geen last van zijn been; hij behandelt die machine met een zeer grote omzichtigheid. Hij is ook niet meer karaktergestoord, hij is gewoon een ander mens geworden. Tien jaar lang is die persoon onhandelbaar geweest maar die machine is voor hem de oplossing en dat is er ook duidelijk aan te zien. Voor elke handicap geldt: je moet het werk aanpassen aan de persoon en niet omgekeerd. Een ander persoon is autist. Voor hem moet het werk heel eenvormig zijn, altijd volgens hetzelfde patroon. Hij heeft als taak om de rozen te gieten en hij doet dat met een indrukwekkende toewijding. Nooit vergeet hij er een. We hebben zo iemand nodig die de planten giet. Het alternatief is een sproei-installatie maar die maakt alles in de omtrek nat en verbruikt heel veel water. Pierre giet alle planten pot voor pot. Dat is niet erg efficiënt misschien en het is tijdrovend, maar om dit te compenseren krijgen wij subsidies. Het belangrijkste is geloven in de capaciteiten van mensen en het werk diversifiëren. Daarvoor is vaak veel verbeelding nodig. Maar op die manier werkt het wel goed.

Bekijkt u de buitenwereld ook met andere ogen vanuit uw plaats hier?

Ik denk het wel. Als je op de baan bent, merk je hoe ongeduldig mensen zijn. Ze toeteren en jagen je op. Maar als ze hier op het erf komen, worden ze rustig. Dit bedrijf heeft een positieve invloed op hen. Het is heel belangrijk je te openen voor die wereld van de gehandicapten. Het geeft ook veel vriendschap. De mensen hier zijn blij te kunnen werken, ze zijn ook fier op hun werk. Zo’n ingesteldheid is zeldzaam geworden. Dat doet echt heel veel goed. Ikzelf put veel voldoening uit dit werk.

www.fermenospilifs.be

De voorbije weken kon u op deze website uw stem uitbrengen voor de vier genomineerden.
De andere genomineerden voor de Grote Prijs 2011 waren ACW Limburg, die samenaankoop voor dakisolatie organiseert ; ‘Quelque Chose A Faire’ (Henegouwen), een vzw die elk jaar een honderdtal werkzoekende jongvolwassenen opleidt op vlak van duurzaam bouwen en Voedselteams (Vlaams-Brabant), een netwerk van een honderdtal groepen van consumenten die samen producten aankopen bij lokale producenten.
www.stg.be

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Latijns-Amerika & ecologie
    Alma De Walsche schrijft over ecologische thema’s, van klimaat- en energiebeleid, over landbouw- en voedsel tot transitie-initiatieven en baanbrekers. Ze volgt al enkele decennia Latijns-Amerika, met een speciale focus op de Andeslanden.

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.