De oriëntalistische kijk op Turkije

Er is al veel gezegd en geschreven over de Turkse straatprotesten die eind mei losbarstten. Dries Lesage en Meryem Kaçar delen veel van de kritiek op premier Erdogan, maar storen zich aan de Westerse berichtgeving, die belangrijke dimensies van de Turkse protesten minimaliseert of verzwijgt. Op die manier wordt een erg simplistisch beeld van de Turkse realiteit geschapen.

  • CC Black Stove Kemal Atatürk is aanwezig op het Taksimplein. Westerse opiniemakers nemen graag het discours van het extreme kemalisme over, maar volgens Dries Lesage en Meryem Kaçar moet de vraag gesteld worden of de extreme variant van het kemalisme wel zo democratisch is. CC Black Stove

De oppositie tegen Erdogan wordt onnodig geromantiseerd, de regerende AKP gedemoniseerd. Zowel media als publieke opinie schijnen vooral geïnteresseerd in berichten die dit beeld bevestigen, ongeacht de kwaliteit van die informatie. Uitspraken van opposanten worden zelden van wederwoord, kritische duiding of dubbelcheck voorzien. Wat zij zeggen, moeten wij dus voor waar aannemen. Alternatieve perspectieven komen veel minder aan bod. We kunnen ons sinds het begin van de protesten al helemaal geen eerlijke, grondige interviews met Turkse beleidsmakers herinneren. Evenwicht betekent meer dan selectief citeren uit toespraken van Erdogan, of sfeerverslagen waarin zijn kiezers ook een zegje mogen doen.

Wij mogen hopen dat de berichtgeving over Egypte ernstiger wordt opgevat, maar ons vertrouwen heeft alvast een flinke deuk gekregen.

Dubbele standaarden

Wat een verschil met bijvoorbeeld het Israëlisch-Palestijnse conflict. Bij elke crisis komen naast Palestijnse ook Israëlische woordvoerders uitgebreid aan het woord. Ondanks de illegale bezetting en bijhorende mensenrechtenschendingen, behandelen de Westerse media ook rechtse Israëlische perspectieven met respect. Maar als het over Turkije gaat, laat de pers zich vooral door radicale opposanten en anti-Erdogan-media voeden. Dergelijke patronen doen al langer hun werk in de Turkije-berichtgeving. De Turkse staat en het gros van de bevolking figureren a priori als een onveranderlijk, monoliet, barbaars blok met fascistische en/of fundamentalistische neigingen. De vooroordelen zijn zo sterk dat men vaak niet eens wil weten hoe de vork precies in de steel zit.

Zullen de internationale pers en politieke leiders als Angela Merkel op dezelfde manier politieke minderheden steunen, die wekenlang straten en pleinen bezetten om verkozen Westerse regeringen omver te werpen? Nochtans is Turkije niet de enige democratie waar tussen verkiezingen door wel eens iets misloopt. Denk aan de bankencrisis in de VS en West-Europa. Hoewel de crisis vaak wordt voorgesteld als een technisch accident de parcours, heeft zij alles te maken met een door politici gesteund casinokapitalisme. De bevolking werd dom gehouden en de gevestigde pers liet betijen. Daar ligt een immens democratisch deficit. Honderden miljoenen mensen wereldwijd dragen nu de zware sociale gevolgen. We zouden het ook over de afluisterschandalen, de drone-aanvallen en de steun aan buitenlandse dictaturen en staatsgrepen kunnen hebben.

Eenheid in verscheidenheid

Het is stuitend dat de Westerse pers de Turkse protestbeweging niet kritischer heeft bevraagd. Wij erkennen de grote diversiteit aan facties en agenda’s binnen de beweging omtrent het Gezipark op het Taksimplein. Zij bestaat uit aanhangers van de kemalistische oppositiepartij CHP, Alevieten, antikapitalisten, vakbonden, liberalen, een handvol Koerdische nationalisten, moslimdemocraten, milieuactivisten, holebi’s en anderen. Voor elk wat wils, als het ware.

Maar ondanks de diversiteit is er ook een eenheid, en die is heel problematisch.

De Turkse protestbeweging wordt bij ons veelal voorgesteld als een jonge, progressieve middenklasse, die opkomt voor een betere democratie en tegen islamisering. Zij zijn “verwesterd”, dus goed! Links ziet er graag een variant in van de wereldwijde Occupy-beweging tegen een autoritair neoliberalisme. Met zo’n percepties is succes in onze contreien verzekerd. De betogers lieten zich deze sympathieke amalgamen duidelijk welgevallen. Dit is een eerste aspect van hun eenheid. De verschillende componenten spreken erg verschillende doelpublieken in het Westen aan (allerlei progressieven, maar ook Amerikaanse neoconservatieven, het extreemrechtse deel van de Israël-lobby, linkse en rechtse islamofoben, en uiteraard de goegemeente die gewoon bang is van de moslims). Maar deze verschillende invalshoeken vloeiden samen in het beeld van een welkome beweging tegen de boze Erdogan die Turkije naar de Middeleeuwen dreigt te katapulteren. Op die manier vormt de verscheidenheid een sterkte.

De beweging vertoont ook eenheid in het diaboliseren van Erdogan (“dictator”) en zijn achterban (“achterlijke schapen”). Ze is één in het moedwillig laten gebeuren dat vanuit de eigen rangen en in internationale media volop wordt gesimplifieerd en gedesinformeerd over de complexe Turkse realiteit en (recente) geschiedenis (“Turkije gaat de weg op van Iran of Saoedi-Arabië!”, “Erdogan wil vreedzame demonstranten aan de bomen laten ophangen!”, “AKP-meetings lijken op Hitlers partijdagen in Nürnberg!”). Samen hebben ze met volle teugen genoten van de ongenuanceerde buitenlandse beeldvorming over hun land – dat net onder AKP eindelijk in de wereldpolitiek en -economie begon mee te spelen.

Ze zijn ook verenigd in het opportunistisch mobiliseren van de wijdverspreide islamofobie in het Westen. Hun anti-Erdogan-discours sluit immers naadloos aan bij bestaande mentale structuren in het Westen, die voorhouden dat moslims en democratie onmogelijk kunnen samengaan. De moslims – meer dan een miljard mensen – zijn nu eenmaal barbaren. Het komt bij de Geziparkers niet op dat de veralgemenende islamhaat in het Westen, aangewakkerd door figuren als Wilders en Dewinter, veel gelijkenissen vertoont met racisme, en een ontmenselijkende werking heeft. Als ze Erdogan door het aanzwengelen van de buitenlandse kritiek maar kunnen ondermijnen. Zo proberen ze te bereiken wat hen via de stembus niet lukt. Deze campagne tegen een verkozen meerderheid, waarin het buitenland wordt ingeschakeld en Huntingtoniaanse dynamieken worden aangesproken, overstijgt het normale democratische repertorium. Het zijn bedenkelijke praktijken, en de verschillende facties van de protestbeweging zijn er samen verantwoordelijk voor.

Hier en daar zijn sporen te vinden van onderlinge onenigheid, maar de afzonderlijke componenten van de beweging hebben geen belangrijke inspanningen geleverd om zich van andere deelnemende groepen te distantiëren. Nochtans hadden ze alle toegang tot de Westerse media om dit te doen. Gezien deze feitelijke samenwerking en de gevolgen ervan voor het imago van Turkije en de moslimwereld, is het niet geloofwaardig dat sommigen nu klagen dat anderen het protest hebben “gekaapt.”

Islamisering?

Uit talloze verslagen blijkt alvast een massale aanwezigheid van militanten die de erfenis van Mustafa Kemal Atatürk, de stichter van de republiek, willen veiligstellen. Dit gaat niet alleen over de doorgedreven lekenstaat, maar ook de drastische assimilatiepolitiek ten nadele van minderheden zoals de Koerden. Zeker, het kemalisme heeft Turkije veel goeds gebracht, onder meer voor de vrouwen. Overigens stelt ook de AKP het seculiere karakter van de republiek niet in vraag.

Vandaag zien we veel Westerlingen enthousiast naar het erfgoed van Atatürk verwijzen; voor hen is het nog steeds een dam van de Westerse beschaving tegen de oprukkende islamitische horden. Een eeuwenoud thema, waarvan bewezen is dat je er geen harmonieuze multiculturele wereld op kunt bouwen. Bovendien moet de vraag gesteld worden of de extreme variant van het kemalisme wel zo democratisch is.

Door deze strekking nu zo op te hemelen, wordt vergeten dat vóór Erdogan gelovige moslims in Turkije werden gediscrimineerd. Volgens de oude veiligheidsdoctrine van het leger vormden gelovigen zelfs per definitie een gevaar. De secularistische elites hielden alle sleutelposities in handen. Veel meer dan Erdogans AKP stelden zij het idee van een pluralistische democratie in vraag. Dat was voor de Taksimbezetters en het Westen nooit een probleem – een observatie die ook Erdogan in één van zijn “opruiende” speeches heeft gemaakt. Maar nu beginnen de Anatolische moslims zich ook te emanciperen, en dat wringt. De macht en de postjes zullen voortaan gedeeld moeten worden. Erdogan heeft een massa mensen die vroeger niet meetelden, een stem gegeven. Ook dit is democratisering.

In welk spel spelen Westerse opiniemakers mee als ze dan het discours van extreme kemalisten zomaar overnemen? Is het zo erg dat aan de universiteiten nu ook meisjes met hoofddoek worden toegelaten? De hoofddoek van studenten en ministersvrouwen blijkt effectief één van de belangrijkste splijtzwammen. Maar behalve de gerichte restricties op alcoholverkoop (vanaf tien uur ’s avonds kun je geen bier of wodka meer in de winkels kopen, om vijf voor tien wel nog), zijn er na 11 jaar AKP-bewind geen harde bewijzen dat de regering de sharia wil doordrukken.

Door volop mee te doen aan de stemmingmakerij en het recente verleden van onderdrukking en sociaal racisme te helpen uitwissen, duwen zowel Westerse media als politici Erdogans kiezers dieper de loopgraven in. Deze regelrechte confrontatie is niet de toekomst. De radicale secularisten en praktiserende moslimgelovigen zullen ooit tot een betere verstandhouding moeten komen. Zij en andere levensbeschouwelijke stromingen maken samen de kracht van Turkije uit. Omdat de verdraagzaamheid in alle richtingen moet gaan, helpt het Westen de Turken niet door zo zwart-wit partij te kiezen voor de enen en tegen de anderen. 

Vredesproces als fait divers

Momenteel voert de regering-Erdogan historische onderhandelingen met Abdullah Öcalan, de leider van de verboden Koerdische afscheidingsbeweging PKK. Ondanks het vele onrecht en meer dan 40.000 doden zijn deze gesprekken voor de Westerse media maar een randfenomeen. Sappige verhalen over “sluipende islamisering” en brutaal politieoptreden zijn veel interessanter dan een ingewikkeld, maar voor Turkije levensbelangrijk vredesproces. Erdogan probeert de Turken – geïndoctrineerd door nationalistische propaganda en getraumatiseerd door ontelbare PKK-aanslagen – mee te krijgen voor vrede en Koerdische rechten. Deze ondankbare taak vervult hij via talrijke toespraken die nooit onze pers halen. Hoewel ook hij tegen de PKK gevochten heeft, is geen enkele Turkse leider ooit zo ver gegaan. De Koerdische partij BDP mobiliseerde trouwens niet voor de anti-Erdogan-betogingen.  

Desondanks kan de populist Erdogan best nog wat steun/druk vanuit de Turkse samenleving gebruiken. Het moet nog blijken in welke mate de regerende AKP op de legitieme eisen van de Koerdische bevolking wil ingaan. Bovendien willen extremistische Turkse en Koerdische elementen het proces zien ontsporen. De kemalistische en ultranationalistische oppositie in het parlement probeert het de premier ook in dit dossier zo lastig mogelijk te maken. Je hebt in elk geval iemand met het unieke gezag van Erdogan nodig om de mammoettanker die Turkije is, van koers te laten veranderen.

Maar als het van de Geziparkers en hun Westerse vrienden afhangt, zou hij uitgerekend nu moeten opstappen. Na drie maanden is het overduidelijk dat de hoofdstroom van de Taksimbeweging niet wakker ligt van de Koerdische kwestie. Het is onbegrijpelijk dat de demonstranten die met Atatürk-vlaggen stonden te zwaaien, van de Westerse journalisten niet de vraag kregen hoe zij de oorlog en onderdrukking in het zuidoosten denken te stoppen. De pers was meer geïnteresseerd in de nieuwe, maar “kuisere” dresscode van de Turkish Airlines-hostessen. Veel Turken snappen dit niet.

Poging tot staatsgreep

Er worden nog meer dimensies onder mat geveegd. Onze hypothese is dat Erdogans autoritaire stijl samenhangt met de algemene ruwheid van de Turkse politiek. Daarin is het voor een outsider tot het traditionele politieke systeem als de AKP erg moeilijk om zich op een normale manier te handhaven.

In 2007 dreigde het leger op zijn website met staatsgreep indien de AKP’er Abdullah Gül als president zou worden aangeduid. In 2008 probeerden kemalistische aanklagers de regeringspartij via de rechtbank simpelweg te verbieden. Tweemaal nam de Europese Unie de AKP in bescherming. In dezelfde periode vonden massale demonstraties tegen de AKP plaats. Wij geloven niet dat de honderdduizenden die nu op straat komen, plotseling allemaal anderen zijn dan degenen die vijf, zes jaar geleden aan de kant stonden van ondemocratische krachten. Van Erdogan mag je helemaal niet verwachten dat hij dit gelooft.

In de meeste Westerse berichtgeving is deze context gewoon weggetoverd. Het is te gemakkelijk Gezipark te beschouwen als een verhaal dat begint in het jaar nul, met de demonstranten als rechtgeaarde democraten en Erdogan als de grote dictator. Dit doet ons, alle verschillen in acht genomen, denken aan de simplistische schema’s die over het Venezuela van Chavez werden verspreid.

In juni riep de voorzitter van de TV-zender Ulusal op om met miljoenen tegen Erdogan te gaan demonstreren. Hij voorspelde dat Erdogan zou eindigen zoals Adnan Menderes. Die voormalige premier werd in 1960-‘61 na straatgeweld door het leger afgezet en opgehangen… Het is in deze waanzinnige context dat Erdogan bepaalde Turkse media naar zijn hand is beginnen zetten. Dat is niet proper, maar andere strekkingen doen al decennia hetzelfde. Maar ook dit mag de Westerse publieke opinie niet weten.

Daarnaast lopen in Turkije nog twee grote rechtszaken tegen een paar honderd hoge militairen, journalisten en anderen. Zij worden ervan verdacht plannen tot destabilisatie en staatsgreep te hebben beraamd. Hiervoor zouden ook bepaalde massamedia worden ingezet. In deze affaires “Balyöz” en “Ergenekon” zijn in eerste aanleg al zware veroordelingen gevallen. Op de andere gerechtelijke niveaus moeten ze nog hun beslag krijgen. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft geoordeeld dat diverse gevallen van voorhechtenis alvast terecht waren. Op andere punten tikt het Turkije op de vingers.

Wij willen gerust aannemen dat deze complexe megaprocessen in diverse opzichten rammelen en ook onschuldigen kunnen treffen. Maar gezien de reeds bewezen pogingen tot ondemocratische interventie tegen de AKP-regering, is het merkwaardig dat diverse Westerse commentatoren er nu al zeker van zijn dat de verdachten onschuldig zijn en om louter politieke redenen worden geviseerd. Daarentegen is er weinig waardering voor het feit dat onder Erdogan misdaden van het leger en veiligheidsdiensten voor het eerst in de geschiedenis bespreekbaar zijn gemaakt.

Assad mag blijven

Het aanvankelijke politiegeweld tegen de Taksimbezetters was wel degelijk afschuwelijk. Maar veel van die betogers zijn ook geen doetjes. Dat bewijzen de stenen, molotovcocktails en regelrechte veldslagen met de politie. Er werd brand gesticht in het kantoor van de AKP in Izmir. Wij zouden wel eens willen weten wat Angela Merkel zou doen, wanneer duizenden Duitse Autonomen naar haar kantoor in Berlijn oprukten. Elke Westerse overheid zou de activiteiten van zulke groepen op sociale media volgen. Maar als Turkije dit doet, is het censuur. Ons publiek werd overspoeld met details over de repressie, maar kwam weinig te weten over de misdrijven van demonstranten.

Turkije kent bovendien een uitgebreide scene van terreurgroepen, die gesteund worden door grote stedelijke bewegingen. Eén ervan is de PKK met haar mantelorganisatie KCK. Een andere is het sektarische, extreem-linkse DHKP-C, dat alleen al dit jaar (zelfmoord)aanslagen pleegde op de Amerikaanse ambassade, een AKP-gebouw en het ministerie van justitie. Aan bepaalde universiteiten heerst een broeierige sfeer, die gemakkelijk omslaat in politiek geweld. Dergelijke extremistische elementen hebben een sleutelrol gespeeld in de gewelddadige escalatie van de recente protesten. Het is dan ook merkwaardig dat bepaalde NAVO-partners als de VS en Duitsland de Turkse regering over de hele lijn in de hoek hebben gezet. Werkgevers doodschieten en andersdenkenden opblazen, dat moet in Turkije maar kunnen.

Opvallend is dat Turks extreem-links eist dat Erdogan opkrast, maar Assad in Syrië mag blijven zitten. Een respectabel standpunt, dat op zijn minst aanleiding kan geven tot een boeiend debat. De Turkse Syrië-politiek bleek een belangrijk thema te zijn op het Taksimplein. Maar ook hierover liet de Westerse pers na kritisch door te vragen. Als die groepen maar kunnen opdraven als smaakmakers in “het verzet van de Turkse bevolking tegen de verstikkende islamisering.”

Journalisten in de gevangenis

De meeste van de “journalisten” die momenteel in de gevangenis zitten, worden met Ergenekon, de PKK en extreem-linkse terreurbewegingen in verband gebracht. Volgens het Turkse ministerie van justitie zijn sommigen al veroordeeld voor bomaanslagen, moorden en ontvoeringen. Overigens worden in de Turkse pers dagelijks bakken kritiek op de regering gegeven, zonder dat de betrokken journalisten worden vervolgd.

Toch vinden ook wij dat de antiterreurwetgeving te ruim gaat en te veel mensen worden geviseerd. Erdogan heeft wel degelijk journalisten die op zijn zenuwen werkten, geïntimideerd. Maar het is ongenuanceerd de regering als enige verantwoordelijk te stellen voor het paranoïde en repressieve klimaat, wat zowel gevestigde als alternatieve media bij ons doen. Ook anderen moeten in de politieke strijd een democratische ethiek aan de dag beginnen leggen. Ze moeten het geweld, de leugens en de samenzweringen achterwege laten, en zo bijdragen tot de pacificatie. Gehoopt wordt dat vrede met de PKK ook op dit vlak voor een trendbreuk zal zorgen.

Met dit stuk wilden wij geenszins Erdogan of de AKP verdedigen. Zij moeten dringend van stijl veranderen. Zij moeten luisteren naar de mensen in Gezipark die het goed menen. Ze moeten werk maken van fatsoenlijke inspraakprocedures bij stadsvernieuwing. Onder meer door het lanceren van bepaalde complottheorieën over de protesten, zonder harde bewijzen aan te dragen, nemen ook zij een loopje met de waarheid. Ze hebben nu veel werk om te bevestigen dat ze hun democratische meerderheid willen gebruiken voor een inclusieve politiek. Hun indrukwekkende trein van democratische hervormingen is een paar jaar geleden stilgevallen, en moet gauw weer op gang komen. Maar hun kamp is voorlopig voldoende door het slijk gesleurd.

De mate waarin ondertussen grote delen van de realiteit onderbelicht of zelfs verborgen blijven, vinden wij als democraten minstens zo beangstigend als wat bepaalde Turkse media wordt verweten. Niets rechtvaardigt zo’n ongelijke behandeling en eenzijdige beeldvorming over een land dat zich op internationaal vlak aan het emanciperen is. Dit is ook een kwestie van respect voor landen die ietsje verder van onze kerktoren liggen.

Dries Lesage is politicoloog aan de UGent. Meryem Kaçar is advocaat, gewezen senator en van Turkse afkomst. Beiden zijn actief in het Centrum voor Turkse Studies van de UGent, maar spreken in eigen naam. 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.