Balen in Congo

Een eerste politieke protestgolf rolt over het land. Een vingeroefening voor wat de komende maanden zal volgen.

  • Foto op Facebook Traangas in Goma Foto op Facebook
  • Foto op Facebook Lavablokken op de rijweg in Goma Foto op Facebook
  • © Ivan Godfroid Zo leeg zag u de hoofdweg van Uvira nog nooit © Ivan Godfroid

Vandaag hadden we een afspraak met twee rijstcoöperaties net buiten de stad Uvira, in Zuid-Kivu. We zouden met hen een stand van zaken opmaken, als baseline voor ons nieuw vijfjarenplan dat in januari van start gaat. Maar toen we de afspraak hadden vastgelegd, wisten we nog niet dat de politieke oppositie die dag een nationale betoging zou afkondigen.

Hun ordewoorden zijn drieledig:

  • President Kabila moet de grondwet respecteren zoals alle Congolezen en afzien van zijn ambities om aan de macht te blijven na 20 december.
  • Het grondwettelijk hof, dat eerder liet weten dat Kabila aan de macht kan blijven tot een andere president wordt verkozen, moet ook toezien op de toepassing van artikel 73 van de grondwet: 90 dagen vóór het einde van het mandaat moeten de presidentsverkiezingen worden afgekondigd.
  • Solidariteit met de slachtoffers van de seriemoorden in Beni en verontwaardiging over het onvermogen/de onwil van de regering om in te grijpen en klaarheid te brengen.

In Kinshasa werd de betoging toegelaten. In Noord-Kivu beet de gouverneur echter hard van zich af en verbood elke betoging op het hele grondgebied. In Zuid-Kivu wisten we niet goed wat nu beslist was. We contacteerden in Uvira wat mensen van het middenveld en alle adviezen waren gelijklopend: ’s ochtends vroeg best eerst op verkenning gaan vooraleer buiten te komen.

Betonijzers

Uvira staat bekend als een verhitte stad. En daarmee wordt niet bedoeld dat de temperatuur er hoger oploopt dan elders in Oost-Congo, ook al kan het behoorlijk stomen op een hoogte van nog geen duizend meter. In Congo heet dat “basse altitude”. En daar is het zweten geblazen!

Inwoners van Uvira blijken een nogal hitsig karakter te hebben. Op het vlak van betogen kunnen ze al wat ervaring voorleggen: tegen de stroomonderbrekingen, tegen het onvermogen van het bestuur om de groeiende stad van drinkwater te voorzien, ook al ligt het aan de oever van het diepste meer van Afrika, het Tanganyikameer.

Erg prikkelbaar zijn die betogers. Onderduiken tot ze uitgeraasd zijn, is het stoïcijnse antwoord van het gros van de bevolking op die geweldenaars die niet moeten onderdoen voor de Franse casseurs. Ze hebben zo hun eigen methodes ontwikkeld, zoals betonijzers dwarslassen op de stalen brug die toegang verschaft tot de enige invalsweg van de langgerekte stad. Daar komt niemand nog door.

Allemaal mannen en overwegend jong

Vanochtend om 7 uur trok onze collega Raphaël al uit op verkenning. Hij meldde sterke concentraties van politiemannen, sommigen in een gladiatorenachtig pak, de oproerpolitie. Verder zo goed als geen wagen. Wel driewielers, brommers en voetgangers, die kunnen snel wegduiken als er heibel uitbreekt.

Om halfnegen besloten we het erop te wagen. Maar niet met onze dienstwagen. Om één of andere reden wordt elke witte dienstwagen van een NGO over dezelfde kam geschoren als de wagens van MONUSCO, en die wilden ze vandaag niet op straat zien. Dus zochten we een anonieme personenwagen om de stad uit te rijden. Raphaël zou dan later onze wagen gaan ophalen, als alle spanning zou verdwenen zijn, terwijl wij in de coöperaties aan het werk zouden zijn.

De hoofdweg van Uvira, parallel aan de oeverlijn van het Tanganyikameer, is altijd een ware heksenketel, waar voertuigen van alle slag luid toeterend en dansend door de putten van wat ooit asfalt moet zijn geweest, een wedstrijd lijken te houden in dikke stofwolken. Nu waren we haast het enige vierwielig voertuig.

Zo leeg zag u de hoofdweg van Uvira nog nooit

© Ivan Godfroid

Opgelucht reden we verder. Tot er ineens een bos veelkleurige vlaggen opdoemde midden op de weg. Raphaël gooide het stuur meteen naar links, van de baan weg. De buik van de personenwagen schuurde over een paar uitstekende rotsen. “Ik had het nog gezegd dat we beter nog wat waren binnen gebleven”, siste hij tussen zijn tanden. Ik begreep hoe diep zijn Uvira-trauma moet zijn, maar zag geen reden tot paniek. We bleven vanop een veilige afstand toekijken en zagen dat twee wagens in tegenrichting ongehinderd langs de zich klaarmakende betogers konden rijden. Dus zou ons dat toch ook moeten lukken!

Uitgerekend op dat moment kwam een lange rij gewapende politiemannen aangewandeld in ganzenpas. We gleden langs hen én de betogers, en voor ons lag nu een verlaten weg richting Kamanyola.

De betogers waren verrassend goed voorzien van spandoeken en vooral partijvlaggen. Politici hebben geïnvesteerd, dat zie je meteen. Ik schatte het aantal betogers op hooguit tweehonderd. Allemaal mannen en overwegend jong.

Toen Raphaël later op de dag terugkeerde met onze dienstwagen, kon hij melden dat de betoging zonder incidenten was verlopen, blijkbaar een zeldzaamheid in Uvira.

Blunder op blunder

Ook in Bukavu werd betoogd, zonder incidenten. Gouverneur Marcellin Cishambo had de betogingen toegelaten en werd dus beloond met een ordelijk verloop. In Bunia en Beni hebben de ordediensten de eerste betogers al meteen vroeg op de dag geïntimideerd zodat die alle lust verloren om zich te hergroeperen. Maar elders in Noord-Kivu leidde de krampachtige houding van gouverneur Julien Paluku Kahongya tot chaos.

In Butembo schoot de politie met traangas en met scherp, eigenlijk zonder duidelijke reden, en vielen twee doden in de chaos. Ook in Goma liep het uit de hand. In een vulkaanstad zijn stenen snel gevonden. De wegen werden daardoor al gauw onberijdbaar. Eén dode door een politiekogel.

Lavablokken op de rijweg in Goma

Foto op Facebook

Dit is nog maar een eerste vingeroefening van wat een lange periode van spanningen zal worden. De overheid slaagt er niet in om een goede strategie te bedenken. De raadgevers van Kabila slaan de bal voortdurend mis. De regering slaat blunder op blunder en draagt door haar krampachtigheid bij tot het versnelde graven van haar eigen politieke graf. Zomaar twee recente voorbeelden, gelicht uit de recente actualiteit:

INTOX !!!!

Vorige zondag wijdde de staatstelevisie een half uur aan drie foto’s die op Facebook onterecht worden gebruikt om de slachtpartijen van Beni te illustreren. De vaststelling is correct:  de foto’s zijn inderdaad van een ander bloedig incident elders in Afrika en hebben niets met Beni te maken. Het is dus correct daarop te wijzen. De burger moet kritische zin worden bijgebracht over alles wat op internet voor waar wordt gepubliceerd. Maar door zo verongelijkt te gaan gillen dat het om intox gaat (de schreeuwerige rode letters werden voortdurend herhaald), wordt volledig voorbijgegaan aan wat er wel degelijk écht gaande is in Beni. Geen woord daarover. Drie gemanipuleerde foto’s mogen geen voorwendsel zijn voor de regering om verder geen initiatief te nemen om duidelijkheid te brengen in wie nu die moordenaars in het Verre Oosten eigenlijk feitelijk zijn. Dat vergroot alleen nog maar de al erg gapende kloof tussen regering en bevolking.

Straffeloosheid

En dan heb je de minister van buitenlandse zaken die denkt de manier te hebben gevonden om zijn verantwoordelijkheid te ontduiken. Op 25 mei maakte Raymond Tshibanda zich dik over buitenlandse inmenging. De VS en Monusco hadden standpunten ingenomen die duidden op hoe onlogisch het is om enerzijds op te roepen tot een nationale dialoog en anderzijds diegenen waarmee de dialoog zou moeten doorgaan te intimideren, arresteren, mishandelen. De verantwoordelijken voor het alsmaar repressiever beleid zouden wel eens kunnen geconfronteerd worden met internationale sancties. Maar Tshibanda ziet dat helemaal anders.

Volgens hem is de DRC in Afrika één van de meest geavanceerde landen op het vlak van respect voor en bevordering van publieke vrijheden zoals persvrijheid, vrijheid van meningsuiting en andere collectieve en individuele burgerlijke en politieke rechten. Ik verzin het niet zelf, dat zijn echt zijn woorden!

“ Daden van delinquentie, wie ook de daders zijn, zullen in alle omstandigheden steevast worden beantwoord met een totale strijd tegen straffeloosheid “, klonk het stoer. “In geen geval kan dat verkeerdelijk worden voorgesteld als een poging om de publieke ruimte in te krimpen.”

Maar de koning van corruptie, speculatie en belastingontduiking, de Israëlische miljardair Dan Gertler, boezemvriend van Kabila, die miljarden geroofd heeft van het Congolese volk, en meer dan 200 keer wordt vernoemd in de Panama Papers, is het levende bewijs van hoe hol die kreet van de minister feitelijk klinkt. Internationale plundering en straffeloosheid in één klap. Geloof me, dat horen de Congolezen duidelijker dan wie ook.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.