Een verhaal van mensen

JOPAC … Een verhaal van mensen … Een verhaal dat begon met meer vragen dan antwoorden … Een tocht die nieuwe vragen doet rijzen en die in onnoemelijk veel vormen antwoorden biedt, deelantwoorden, onvolledige antwoorden, opnieuw te bevragen antwoorden, voor verschillende interpretaties vatbare antwoorden …
 Antwoorden die elk op zich aanhef kunnen zijn van nieuwe verhalen met weer duizend mogelijke wendingen en weer andere vragen en bedenkingen. En zo is het goed, en zo zal het altijd blijven, en zo blijven we bezig, op zoek naar een waarheid, op zoek naar een mooi verhaal. En gezien er evenveel waarheden en verhalen zijn als er mensen zijn, is de zoektocht oneindig en uitzonderlijk boeiend.
Aftasten, vragen stellen en luisteren naar duizend en een verhalen, naar even zo vele stiltes, kijken naar duizend en een gezichten. Duizend en een handen schudden, oude en jonge vingers, stevige poten en slappe pollekes, aarzelende en zelfzekere handen, nieuwe en bekende handen. Allemaal vertellen ze een verhaal, een kleine geschiedenis, van bedrijvigheid op het veld, het jachtige bestaan in een miljoenenstad, het leven in een bergdorp.
Het zijn handen van taxichauffeurs, boeren, winkelhouders, mijnwerkers, poetsvrouwen, bedelaars, ijsjesverkopers, van straatkinderen, huismoeders, oma’s met kleinkinderen in verre vreemde landen, studenten en marktkramers.
Het zijn de mensen. Ze hebben veel en willen nog. Ze hebben niets en geven toch. Overal op deze aardkloot hoor je hetzelfde lied: de een heeft wel, de ander niet. De ene klaagt, de ander geeft graag. Het zijn de mensen, ze zijn overal, in dit heerlijke tranendal.
Van Correa’s Ecuador steken we de grens over naar het Peru van Garcia. Na vier paspoortcontroles - het Ecuatoriaanse leger, de Ecuatoriaanse douane, de Peruviaanse douane en de Peruviaanse politie - krijgen we 30 dagen de tijd om Jopac in Peru verder te zetten. We bussen via Piura naar Chiclayo en Trujillo waar we het Egypte van Noord-Peru ontdekken. Ongekende en vergeten glorie in een desolaat landschap: de uitgestrekte stad Chan Chan, de tempel van de maan, de piramides van Tucume, een voor een indrukwekkende getuigenissen van een illustere geschiedenis.
Na een korte stop in Lima laten we ons zakken in zetels waar we de komende twintig uur niet uit zullen komen. We verlaten de kust en stijgen naar Cusco, volgens de Inca’s de ‘navel van de wereld’. Een nachtje later brengt zeven sol (70 oude Belgische franken) ons naar San Jeronimo, een stadje van een kleine dertigduizend inwoners op een vijftal kilometer van het toeristische Cusco. Deze paradijselijke plaats is de zusterstad van het Belgische/Antwerpse Edegem en vormt de nieuwe woon- en werkplaats voor het Jopacduo.
We komen thuis op 3.300 meter boven de zeespiegel, in een onverwoestbaar berglandschap, in een huisje langs een kasseien weg die meer hondenpoten en schoenzolen voelt dan rubberen autobanden. We zitten op toiletten met uitzicht op de Andes en drinken 3 glazen versgeperst fruitsap voor 60 cent op de dagelijkse markt ‘Vinocanchon’, de kleurrijke trots van San Jeronimo. Aan deze markt hangt echter ook een geurtje. Enkele machtige standhouders corrumperen de markt en maken ‘vriendjespolitiek’ tot codewoord.
Daarenboven blijkt de markt een verborgen plaats voor kinderarbeid te zijn. Jongens en meisjes van 8 of 9 jaar helpen bij het laden en lossen van de goederen.
Ook op het kerkhof in San Jeronimo verdient een groepje kinderen geld door graven te poetsen of door bloemen water te geven. Ze zijn niet georganiseerd, hebben geen bepaalde werkgever maar nemen zelf initiatief om op die manier van de bezoekers enkele soles te krijgen. Enkelen gaan die centen onmiddellijk opdoen in ‘internetcafés”. In elke straat vind je wel een huis waar enkele computers staan en eventueel een playstation. Internet - chatten en verslavende computerspelletjes - blijkt een van de voornaamste bezigheden van de San Jeronimaanse jeugd te zijn.
Naast de markt is ook de Plaza de Armas, onze ‘Grote Markt’ een plaats van ferme bedrijvigheid in dit Andesstadje. Rond het plein zijn enkele restaurantjes, kleine winkeltjes, vier internetcafés en het gemeentehuis. Op elk uur van de dag beweegt er wel iets op en rond de Plaza de Armas. Mensen ontmoeten elkaar hier, rusten uit op een bankje of komen hier vlug een telefoontje doen bij de ‘mobiele telefoon’. De hele dag door lopen hier een drietal mensen met fluojasjes rond die roepen ‘llamada llamada’ wat zoveel wil zeggen als ‘telefoontje telefoontje’. Ze hebben elk een gsm van de twee verschillende providers hier aanwezig: Claro en Movistar. Voor 50 solcent kan je van hun diensten gebruik maken.
Dit centrale plein is bovendien dé ontmoetingsplaats bij uitstek voor de jonge generatie van San Jeronimo. Elke dag verzamelen hier groepen jongeren om op een balletje te schoppen of te slaan of om hun muzikale talenten te botvieren. Jahuar Ayna - ‘ Bloed van de Jongere’ en Qausay - ‘Dat je mag leven’ zijn twee bendes jongeren die de Andinomuziek in ere willen houden. Af en toe hoor je op het plein quena’s (panfluiten), pauken en gezang in het Quecha weerklinken. In het Cabildo, het vergadergebouw van de gemeente, op de Plaza, komen bovendien wekelijks twee groepen enthousiastelingen samen.
Zowel de ‘Gemeentelijke Raad van Kinderen en Adolescenten’ als de ‘jeugdraad’ Codijusaje – ‘Coordinación Distrital de Juventud de San Jeronimo’ pleiten voor participatie van niet-volwassenen in het gemeentebestuur. De uiterst geëngageerde dame die de eerste groep begeleidt, wil via de kinderen de ouders opvoeden. De op papier zeer ambitieuze jongeren die de jeugdraad vormen, staan voor de sociale en economische ontwikkeling van hun district. Papieren visies en missies en een mooi filmpje op YouTube beloven veel maar vormen nog geen vruchtbare praktijk. In de overgang van woord naar daad tracht Jopac een handje toe te steken.
De tien of veertien jongeren van de Codijusaje zijn bovendien geen afspiegeling van de jongerengemeenschap in San Jeronimo. Op één uitzondering na studeren ze allemaal aan de universiteit en wonen ze allemaal in het centrum van San Jeronimo. Meer dan de helft van de groep is lid van een jongerengroep van de parochie en bijna allemaal zijn ze op vraag van vrienden bij deze jeugdraad terecht gekomen. Hoewel de beweging die er is enkel kan toegejuicht worden, is representativiteit, net als in Oña, ver te zoeken.
Jonge gezichten uit de landelijke gemeenschappen rond San Jeronimo zien we niet vertegenwoordigd in de Codijusaje. Transportmoeilijkheden? Gebrek aan interesse? De meeste landelijke gemeenschappen worden op relatief onafhankelijke manier beheerd. Ze hebben een eigen ‘presidente’ en een eigen raad. Een heel bijzondere gemeenschap is Sunco, door enkelen spottend een ‘stam’ genoemd. In Sunco, toonbeeld van een ecologische gemeenschap, bezochten we de bibliotheek, naast de sportveldjes en de straat de enige ontmoetingsplaats voor kinderen en jongeren.
Hier wordt huiswerk gemaakt, wordt ‘Ben Hur’ gekeken, wordt vergaderd, wordt gezongen en worden spelletjes gespeeld. Elena, de twaalfjarige voorzitster van de groep kinderen van de gemeenschap, weet ons te vertellen dat in Sunco werkelijk naar de kinderen wordt geluisterd. Het vierkoppig bestuur mag deelnemen in de bijeenkomsten van de volwassenen en mag daar ideeën en meningen laten horen. Van participatie gesproken. De kinderen vertellen bovendien trots over de zeer milieubewuste initiatieven van de gemeenschap.
Ze verzamelen vuilnis, ze sorteren, doen aan herbebossing - met inheemse planten, voeren acties om plasticzakken te vervangen door herbruikbare zakken. Als we deze kinderen vragen naar hun boodschap voor de wereld, zeggen ze in koor dat iedereen moet zorgen voor de omgeving, dat niemand vuilnis mag laten liggen, dat ze milieubewust moeten leven. Van een bewuste jeugd gesproken. Al Gore brengt de grote boodschap in woorden, deze kinderen in daden. Wie komt op het grote scherm?
Vele jongeren in San Jeronimo kunnen niet op kosten van hun ouders gaan studeren. Sommigen werken jarenlang in internetcafés of op de markt om het inschrijvingsgeld en het transport naar school te kunnen betalen, zowel voor het college als voor de universiteit. Renson bijvoorbeeld is zeventien jaar en werkt zes dagen in de week vijftien uur per dag in een internetcafé. Hij verdient 200 soles per maand. Dat is ruw gerekend tweeduizend oude Belgische franken. Motivatie om te werken is het vooruitzicht om in Cusco te kunnen studeren voor administratief bediende in een hotel.
Het meest voorkomende antwoord van de jeugd in San Jeronimo op de vraag ‘Wat wil je later worden?’ is ‘guia de turistas’, gids of reisleider. Hoewel het toeristische plaatje wordt overheerst door Machu Picchu en Cusco, zijn er heel wat meer bezienswaardigheden in deze regio. Naast de indrukwekkende Incaruïnes van ondermeer Pisac, Saqsaywuaman en Q’enko, is er de fenomenale vergeten stad Pikillacta van de pre-Inka beschaving van de Huari’s waar nog heel wat opgravingwerk aan de winkel is.
En er zijn heerlijk rustige stadjes als San Jeronimo waar twee blanke gezichten nu nog elke dag gegiechel uitlokken en waar dagelijks ongedwongen vijftig gastvrije handen worden uitgestoken. Overspannen ‘gringo’-handen zouden maar al te graag ettelijke dollars neertellen voor een weekje in dit ongerepte vriendelijke Andesstadje. Vraag blijft in welke handen deze groene briefjes terecht komen. Is toerisme de reddende engel in moeilijke economische situaties?
Het land van de groene briefjes is de heftige aanvoerder van het leger in de strijd tegen de cocateelt. War on drugs, zo noemen zij het. Hier is coca wat koffie bij ons is. Mijnwerkers en boeren kauwen cocabladeren in combinatie met kalksteen om het harde labeur onder de grond of op het veld te verlichten. Het groene papje achter de kiezen is de ideale remedie tegen vermoeidheid veroorzaakt door de hoogte. De strijd tegen coca is niet alleen een oorlog tegen het witte poeder maar is een gevecht tegen een eeuwenoude traditie, tegen een unieke cultuur.
Met een tas cocathee in de hand, verkent Jopac het Peruviaanse jongerenland…
http://jopac.wordpress.com

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.