De klok van Kaberamaido

In Kaberamaido lijkt de tijd stil te hebben gestaan. Decennia van geweld laten diepe sporen na in het straatbeeld en in de geesten van de mensen. Genezen van geweld vergt tijd, veel tijd.

Een maand geleden suggereerde Martin van Leeuwen me in een reactie op een vorige blogbijdrage om bij gelegenheid zeker Kaberamaido te bezoeken. “Dat was in de 60-er jaren de ‘stad’, waarin de upperclass uit Kampala z’n pakken liet maken”, scheef hij. Ik had al verschillende keren rondgevraagd of iemand zich dat herinnerde, maar vermoedelijk richtte ik me niet tot diegenen die daar veel ervaring zouden kunnen hebben mee gehad, want het deed bij niemand een belletje rinkelen.

Deze week reisde ik van Lira naar Soroti: mits een kleine omweg konden we Kaberamaido even aandoen. Ik stelde aan mijn collega voor om daar te lunchen. Erg zeker of we daar een goede eetgelegenheid zouden vinden was ik niet, maar daar liet ik niets van blijken.

Zodra we de hoofdweg verlaten hadden hobbelden we verder op een typische Afrikaanse rurale ontsluitingsweg. Gelukkig was de laatste regen minstens twee dagen eerder gevallen, zodat de klei intussen weer voldoende hard was geworden om zonder glijpartijen te kunnen opschieten.

Aan beide kanten van de weg is het land volledig bebouwd. Je moet heel goed kijken om de schamele hutten met strooien daken diep tussen de bananenbomen te ontdekken. Blijkbaar leven de mensen hier verspreid tussen hun velden.

Een kleine twintigtal kilometer verderop rijden we het centrum van Kaberamaido binnen. Ik voel me als Lucky Luke die een spookstad uit de Far West betreedt. Dat heeft beslist niet enkel te maken met de bouwstijl. Het lijkt alsof de tijd hier is blijven stilstaan. De afbladdering en de roest hebben hun werk wel verder gezet. Van de benzinepompen in het voormalige tankstation resten enkel de metalen skeletten. Meer dan de helft van de gebouwen lijkt verlaten.

In een zijstraat treffen we het verrassend splinternieuwe Hotel Pakema aan. Ze serveren er voortreffelijke matoke (bananenpuree). Ook al zijn we de enige klanten, het eten is klaar en wordt meteen opgediend. Er is bier, maar het is niet koud. We vinden er ook een man met veel tijd, keurig uitgedost in een polo met het hotellogo ter hoogte van het hart. Hij laat zich graag verleiden tot een babbel.

“Er is beslist een hele goeie kleermaker in Kaberamaido”, beaamt hij. Maar dat de bestellingen uit Kampala zouden zijn gekomen… daarvoor is hij niet oud genoeg om dat nog te weten. Wat hij zich nog wel heel goed herinnert is hoe kort na de staatsgreep van Idi Amin Dada in 1971 het leven in Kaberamaido drastisch kantelde. In 1972 verjoeg de president alle Aziaten. De Indiërs die de spil van het economisch leven vormden moesten van de ene dag op de andere de deuren van hun magazijnen en winkels sluiten. Velen zijn nooit meer opengegaan.

Dan vestigde de dictator verschillende Lugbara in Kaberamaido. Hij deed voornamelijk beroep op leden van etnische groepen uit het Noordwesten van Oeganda waar hij geboren was omdat zijn eigen groep, de Kakwa, veel te klein was. Hun opdracht bestond erin om al wie zich onderscheidde door welvaart of initiatief te verklikken. In de acht jaren van zijn bloedig bewind werden tientallen mensen ontvoerd en nooit meer teruggezien. De meesten hadden een diploma of een bedrijf. Eén van hen was een bekend cardioloog. Vele anderen vluchtten naar Kenia, Tanzania of het Verenigd Koninkrijk. Haal de elite weg uit een gemeenschap en je houdt enkel stagnatie over. Hoeveel decennia duurt het om dat te boven te komen?

Zoveel tijd kregen ze niet. Joseph Kony en zijn Lord’s Resistance Army drongen tot in de omgeving van Kaberamaido door, en ontwrichtten er andermaal het leven tussen 2003 en 2007. De landelijke bevolking kwam terecht in interne vluchtelingenkampen (100.000 mensen in het Kaberamaido district alleen al), de velden bleven onbewerkt, de lokale economie stuikte ineen. President Museveni ondersteunde de oprichting van lokale milities die werden bewapend en ingezet om de kampen te beschermen en de strijd tegen Kony mee op te nemen. Meer dan tweeduizend jongeren traden toe tot de Arrow Boys en 147 van hen kwamen om in de strijd. Nadat Kony werd verdreven werden ze, zoals dat doorgaans gaat met milities, deel van het probleem. Wat moet je aanvangen met jongeren die enkel geleerd hebben met een wapen om te gaan? Sommigen werden opgenomen in leger en politie. Anderen keerden terug naar de boerenstiel, maar namen hun wapens mee. Regelmatig hoor je nog van incidenten met AK47s of ander schiettuig. Het laatste woord is daarover nog niet gevallen.

Als generaties opgroeien in een omgeving waarin bedreiging, geweld en willekeur de boventoon voeren, wat kan je dan verwachten van de ondernemingszin van de bevolking, van hun vertrouwen in de toekomst? Geen wonder dat ontwikkeling dan zo moeilijk van de grond komt.

“Wat is nu de belangrijkste vooruitgang die je in Kaberamaido kon waarnemen in de afgelopen vijf jaar”, vraag ik aan onze gastheer. Hij moet geen seconde nadenken. “Veiligheid. Nooit eerder in mijn leven kende ik een gevoel van echte veiligheid zoals vandaag. Dat is de basis van alles. Voor het eerst sinds lang zie je nieuwe initiatieven. Neem nu dit hotel. De eigenaar woont dan wel in Kampala, maar hij gelooft dat er ooit opnieuw toeristen naar Kaberamaido zullen komen. Het hotel is volledig voorzien van elektrische leidingen omdat ons vier jaar geleden stroom werd beloofd, zoals weleer. Dat zal nu echt niet lang meer duren, en dan zullen we u koud bier kunnen aanbieden. Er is een nieuw benzinestation in het stadje, en het postgebouw werd volledig vernieuwd. Wie weet komt ooit de overzetboot terug op het Kyogameer die Kaberamaido verbond met een veel kortere route naar Kampala? Dat zal de economie een geweldige boost geven. Misschien wordt alles dan wel weer zoals vroeger?

Met een verzadigd gevoel na een lekker maal en een leerrijk verhaal kijkt een mens anders naar de realiteit. De nieuwe elektriciteitsleidingen staan even strak gespannen als de verwachtingen van de bevolking. Het onlangs geopende kleurrijke benzinestation verdringt plaatselijk de grauwheid van de overige vervallen gebouwen. Een man die achterop de fiets een versgevangen vis van wel twintig kilo heeft gebonden zwaait vrolijk naar ons. Een groot bord aan de straatkant nodigt uit tot de wekelijkse veemarkt op vrijdag. Even verderop, op het terrein van de districtsadministratie, staat nieuw materiaal voor wegenonderhoud te blinken. Kaberamaido kreeg in 2001 het statuut van zelfstandig district, en daardoor zijn de diensten, inclusief gezondheidszorg, nu veel dichter bij de mensen gekomen. Zou er na al die jaren van ellende dan toch een definitieve ommekeer volgen? Geef toe (spreek hem drie maal na elkaar luidop uit, en laat de eindklinker wat galmen): Kaberamaido is een naam als een klok. Die zou nog veel beter klinken met enkele positieve associaties, zoals weleer!

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.