Waar zijn jullie vrouwen?

Acht koffieboeren nam ik mee over de grens om er te gaan leren van de ervaringen van hun Oegandese collega’s. Een reis vol verrassingen en sterke leerpunten.

Mijn reisgezellen hadden nog nooit een voet op Oegandees grondgebied gezet. Hun hele leven hebben ze gewijd aan de arbeid op hun landbouwgrond, hun voornaamste bron van inkomsten. Dat ging met hoogtes en laagtes. Toen ze jong waren was koffie dé cash crop bij uitstek. Maar de jarenlange ongunstige evoluties op de wereldmarkt en het interne verval in Congo hebben de productie doen ineenstuiken van 120.000 ton midden de jaren tachtig naar iets meer dan een vijfde daarvan vandaag. In 2011 werd nog 21.000 ton geproduceerd, waarvan 8.000 ton werd geëxporteerd. Officieel dan. Congolezen zijn geen koffiedrinkers. Hotels in Kinshasa serveren ingevoerde Nescafé. Het verschil kunnen ze dus nooit zelf hebben geconsumeerd. Het grootste deel wordt naar het oosten gesmokkeld en verschijnt niet in statistieken.

Nu dichtbevolkte landen als China toetreden tot de wereldeconomie wordt ook de planetaire vraag naar koffie snel en duurzaam groter, en dat biedt nieuwe kansen aan de Oost-Congolese boeren die ooit van de beste koffies ter wereld produceerden, en daar nu weer graag willen in investeren. Laten we dat over aan de transnationale ondernemingen, of steunen we de boerenorganisaties in hun streven naar het verwerven van een groter inkomen uit zelf gecreëerde meerwaarde van specialiteitskoffies? Een organisatie als Vredeseilanden kiest uiteraard voor het laatste.

Absolute basisvoorwaarde is het produceren van kwaliteit

De laatste jaren werd het platteland afgeschuimd door tussenhandelaars die geen enkele prijsdifferentiatie kenden voor kwaliteit, met als gevolg dat volgens de wet van de minste weerstand de kwaliteit helemaal onderuit is gegaan. Koffiestruiken produceren nu gemiddeld 200 gr groene koffie, daar waar ze in een goed begeleide teelt 2 kg zouden moeten opbrengen. Koffiebessen worden gedroogd op de grond, met alle gevolgen van kwaliteitsverlies (stof, smaakverandering, schimmels,…). Als er al gekozen wordt voor de natte methode is de waterkwaliteit dikwijls bedenkelijk, het fermentatieproces onvoldoende gecontroleerd of het droogproces, alweer, té geïmproviseerd. En dan heb ik nog niets gezegd over de condities voor opslag en transport.

Een wasstation met enige omvang bouwen vraagt echter middelen die de boeren niet hebben. Het beheer ervan vergt deskundigheid die ze niet makkelijk kunnen verwerven en beschikbaarheid die ze niet hebben. Daarom dat groothandelaars en uitvoerders hun eigen wasstations bouwen en bemannen, zodat de boeren hun versgeplukte bessen maar moeten bezorgen, en vanaf daar nemen de arbeiders van de investeerder het proces over. Alle meerwaarde gaat naar de investeerder. Maar het kan ook anders.

In Oeganda hebben verschillende coöperaties met de steun van Andy Carlton van Twin Trading micro-stations gebouwd, met een grote eigen inbreng (grond, bouwmaterialen, arbeid) waar tussen de 50 en de 100 boeren samen gebruik van maken. Op één jaar tijd produceren ze nu al koffie die zowel biologische als fair trade certificatie heeft verkregen, en die ze bovendien zelf exporteren. Een betere leerschool voor de Congolese boeren konden we ons niet inbeelden. We trokken er dan ook met een delegatie van 8 boeren, twee stafleden van boerenorganisaties en twee collega’s naartoe om van hen te leren.

Mussen

Eén van de bezochte coöperaties ligt aan de voet van het Rwenzori-massief aan de Oegandese kant. Een oude man stapte ons meteen tegemoet. Hij had enkel oog voor de boeren. “Van welke clan zijn jullie, en wat is jullie taboe?”, vroeg hij in het Kikonzo in één adem. Mijn reisgezellen waren verrukt hun eigen taal te kunnen spreken. De Wanande van Oost-Congo en de Wakonzo van West-Oeganda zijn één van de vele slachtoffers van de verdeling van Afrika op de conferentie van Berlijn in 1885. Van de ene dag op de andere bevond eenzelfde volk zich in twee verschillende landen en kregen ze een verschillende naam, enkel en alleen maar omdat de verdeling gebeurde op basis van natuurlijke referenties zoals rivieren, meren en bergketens. Tot de dag van vandaag tellen vele families leden aan de beide kanten van de grens. En ook al zijn de talen het Kikonzo en het Kinande wat uit elkaar gegroeid door de invloeden van respectievelijk het Engels en het Frans, toch kunnen ze elkaar nog behoorlijk vlot verstaan.

Mijn collega Theo boog zich over naar mij en fluisterde me toe: “mijn ouders hebben me nooit gezegd wat mijn taboe is. Ze hebben me dat nooit doorgegeven”. Maar na wat over en weer gepraat met Baylon, de directeur van een coöperatieve unie, kwamen de herinneringen terug. Mussen. Het was hen verboden mussen te eten. En natuurlijk had Baylon als kind op een dag met zijn katapult enkele mussen geschoten om ze boven een geïmproviseerd vuurtje te roosteren en op te peuzelen. Het heeft hem een afstraffing opgeleverd met twee dagen zonder eten, want het taboe doorbreken brengt ramp en ontij mee voor de hele clan.

Grote ogen

De wederzijdse herkenning maakt niet enkel de uitwisseling van informatie spontaner, het moedigt ook aan om vrank uit de hoek te komen. “Waar zijn jullie vrouwen?”, kregen de Congolese boeren algauw te horen. De selectie van de deelnemers aan de reis was gebeurd door de dorpen zelf, op basis van de inlages voor de bouw van toekomstige microstations. Zij zouden immers ook de andere boeren moeten overtuigen om deel te nemen, en dan moet je eerst voldoende legitimiteit uit eigen engagement kunnen voorleggen. Niet toevallig waren het allemaal mannen, want cash crops zijn in Congo nog altijd in handen van mannen. De enige vrouw in ons gezelschap, de uitvoerende secretaris van de boerenvakbond SYDIP, was onverwachts de dag voordien teruggeroepen naar Butembo om haar thesis te gaan verdedigen. Daar stonden we dan met ons eenzijdig mannelijk gezelschap.

Je kunt dat niet in één klap veranderen en zeker niet van buiten uit. Dat kan enkel door op een ander te ontdekken hoe veel sterker je staat als man en vrouw samenwerken. En daar is de Bukonzo Joint cooperative Micro finance society Ltd een prachtig voorbeeld van. De Congolezen trokken grote ogen.

Vrouwen maken het verschil

Neem nu één van hun primaire coöperaties, de Mughete Rural Cooperative, die we hebben bezocht. Opgericht door mannen in 1999, maar na enkele jaren overkop gegaan, tot wanhoop van de vrouwen. Twee van hen hebben de touwtjes dan in handen genomen. Resoluut hebben ze besloten om te herbeginnen op eigen kracht én eerst zonder mannen. Ze zijn begonnen met een grote spaarcampagne onder vrouwen. In 2007 werden ze erkend als instelling voor micro-financiering. Ze hebben een diepgaande probleemanalyse gemaakt, en kwamen uit op drie ontwikkelingsprioriteiten: toegang tot landbouwgrond, overbelasting van de vrouw en slechte kwaliteit van de koffie. Voor elk probleem werden oplossingen gevonden, en er wordt zorgvuldig om de vier maanden opgevolgd welke vooruitgang werd geboekt.

Op het moment van ons bezoek telde de coöperatie 67 leden, waarvan 53 vrouwen en 14 mannen. Maar ze volgen wel de vooruitgang voor alle 302 gezinnen van hun gemeenschap op de voet. Voor het grondbezit werd een officiële akte ontworpen die zowel door de vrouw als de man wordt ondertekend als bevestiging van hun co-eigenaarschap, die ook gevalideerd wordt door de chef terrien. Voortaan vallen weduwen of gescheiden vrouwen niet meer van de ene dag op de andere zonder grond, tenminste, als ze dergelijke eigendomsakte hebben ondertekend. Voor 23 gezinnen is dat al gebeurd, 202 zijn er mee bezig, en 77 hebben nog geen actie ondernomen.

Voor de taakverdeling tussen mannen en vrouwen wordt bekeken welke man in dialoog gaat met zijn vrouw, de huishoudelijke taken mee opneemt, deelneemt aan de opvoeding van de kinderen, beslissingen over verkoop van de oogst in samenspraak met zijn wederhelft neemt, enz. Op dit moment zijn er 70 die dat al doen, 165 die vooruitgang aan het maken zijn, en 67 die daar nog niet aan toe zijn.

En dan heb je de koffiekwaliteit. De cijfers spreken boekdelen. Van de 302 gezinnen hebben er 250 alle afgesproken maatregelen genomen, 41 zijn er nog mee bezig, en 11 hebben nog geen actie ondernomen. Het beste bewijs van de belangrijke plaats die koffie inneemt in hun leven en hun inkomen.

Alles is tekenbaar

Nooit eerder zag ik een rurale gemeenschap zo begaan met veranderingen, vertrekkend van het individu naar de gemeenschap, en met een gemeenschappelijke monitoring van de vooruitgang van zowel hun organisatie als elk gezin in hun dorpsgemeenschap apart. Blijkt dat elk lid van de coöperatie ook een persoonlijke visie heeft geformuleerd, die heeft geregistreerd in een eigen schriftje, en de tussenstappen per jaar heeft gedefinieerd, binnen het groter geheel van onderlinge afspraken binnen de gemeenschap. Indrukwekkend en ontroerend tegelijk. Maar de grootste verbijstering van alle is dat deze mensen ongeletterd zijn.

Alle visies, doelen, plannen en tussenstappen worden niet neergeschreven, maar opgetekend, letterlijk: menselijke figuurtjes in situaties die voor iedereen herkenbaar zijn, op grote tekenbladen aan de muur. Of het nu gaat om probleemanalyse, contextfactoren, activiteiten of tussentijdse resultaten, alles is tekenbaar. De volgende dag zou de voorzitster van de coöperatieve unie op basis van dezelfde methode ons het vijfjarenplan van de hele organisatie voorstellen.

Traditionele cijfers

Hoe ze het probleem van de cijfers oplossen? Door terug te grijpen naar hun tradities. Met de hulp van ouderlingen hebben ze het telsysteem gereconstrueerd dat de Wakonzo/Wanande gebruikten vóór de kolonisatie. Uitermate charmerend daaraan is dat er andere symbolen worden gebruikt voor het tellen van mensen dan geld (vanaf 50). Voor hen is er een duidelijk verschil. Geld wordt met knopen in rietjes geteld, en ook zo opgetekend: één knoop met korte eindjes komt overeen met 50, een knoop met lange eindjes is 100, twee knopen is 1.000, en drie knopen is 10.000. Voor 50.000 staat een x en voor 100.000 een asterix. Vanaf dan worden de symbolen te complex voor mijn westerse ogen om ze nog gemakkelijk te herkennen. Het jaarverslag dat aan de muur hangt leest voor hen als een trein. Ik krijg er een punthoofd van en moet uiteindelijk toch de hulp inroepen van een analfabete vrouw. Met groot gemak leest ze me de financiële resultaten voor. Voor het eerst in mijn leven voel ik aan wat het betekent om ongeletterd te zijn, want in deze situatie ben ik dat.

We krijgen het hele koffieverwerkingsproces uitgelegd, eerst op tekeningen aan de muur, dan in het echt. Ik kraak een drogende koffieboon tussen mijn tanden. Uitstekende kwaliteit. Met grote zorg worden alle onvolkomenheden in verschillende stadia er telkens weer uit gesorteerd. Een tijdrovend werk, maar zeer lonend. De assistent-directeur van de coöperatieve unie, Joseph Kasibirehe, troont ons mee naar een bouwwerf.

Koffie helpt bevallen

“Dit is onze toekomstige materniteit”. Hij wijst ons een ruwbouw in de steigers aan. “We hebben twee containers premium koffie verkocht aan een fair trade organisatie in Japan, en kregen daar een extra premie van 0,44$ per kg bovenop, als we dat geld voor een sociaal doel gebruiken. Met die bijna 17.000 $ die dat opleverde bouwen we nu zelf een hospitaaltje van 20 bedden. Onze vrouwen met complicaties tijdens de bevalling moeten vaak in het holst van de nacht naar het referentiehospitaal op 30 Km, en dat is voor hen onmenselijk, dat begrijp je wel. De regering heeft beloofd hier een dokter aan te stellen, maar toen ze ook ons geld vroegen om de bouwwerf te beheren, hebben we geweigerd. Met hetzelfde geld doen wij tweemaal zo veel als zij, en veel sneller. Nog vóór het einde van het jaar zal ons hospitaal operationeel zijn. Bij hen zou dat jaren vergen en minstens het dubbele kosten”.

Voor we de terugweg aanvatten nemen we de tijd om met onze Congolese groep lessen te trekken uit wat we hebben gezien en gehoord. Het wordt een hele lange muurvullende lijst met enthousiaste vaststellingen en ideeën om mee naar huis te nemen. We hebben ze toch maar opgeschreven in plaats van ze uit te tekenen.

 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.