Zelfregulering volstaat niet in strijd tegen kinderporno
Stefania Bianchi
06 juni 2003
De Europese Commissie doet niet genoeg in de strijd
tegen de seksuele uitbuiting van kinderen op het internet. Met de
uitbreiding naar Centraal- en Oost-Europa voor de deur, kan de Unie niet langervertrouwen op zelfregulering, zo argumenteerden
kinderrechtenorganisaties op een vergadering van het Europese Sociale en
Economische Comité (EESC).
Het EESC is een forum voor Europese ngo’s. Op de vergadering Een veilig
internet voor kinderen maakten vertegenwoordigers van de computerindustrie
en kinderbeschermingsorganisaties een balans op van de gangbare praktijken.
EESC-lid Ann Davis stelde dat er wettelijk voorschriften moeten komen omdat
de zelfregulering waar de Commissie op aanstuurt, niet werkt. We betwijfelen
of dat de beste manier is om de ideale handelswijze ingang te doen vinden
bij de industrie. De veiligheid moet op andere manieren worden
gegarandeerd.
Het Actieplan voor een Veilig Internet, dat de Commissie onlangs heeft
verlengd tot 2004, volstaat volgens de EESC-leden niet. De Commissie breidde
het nochtans uit tot mobiel internetverkeer, online spelletjes en chatrooms.
De ngo’s dringen aan op een filter- en classificatiesysteem dat ouders
bewuster moet maken van wat hun kinderen op het world wide web zoal kunnen
aantreffen. Om kinderen in het oosten van Europa te beschermen moeten deze
landen nauwer gaan samenwerken met Europol, de Europese politie.
De organisatie Save the Children drong in een rapport begin juni al aan op
strengere nationale wetten. De Europese Unie moet erop toezien dat het
kaderbesluit over de strijd tegen kinderporno in alle lidstaten leidt tot
strengere wetten en zware straffen voor misdadigers, zo vindt de
organisatie.
De ngo’s presenteerden tenslotte enkele verontrustende statistieken. Een
studie wees uit dat driekwart van de bevraagde kinderen op het internet in
aanraking komt met beelden die gemeen, shockerend, brutaal of gewelddadig
zijn. Een op vier zou een dergelijke ervaring voor zijn ouders verzwijgen.
Het aantal pornografische beelden van kinderen op het net wordt op één
miljoen geschat. Een op drie meisjes zou via het internet wel eens seksueel
lastiggevallen worden.