Meten is weten, behalve bij defensie

Om te weten of iets goed loopt, evalueren we het verloop en worden de doelstellingen afgewogen aan de resultaten. Dat gaat zo in de meest uiteenlopende uithoeken van de maatschappij. Als de doelstellingen bereikt zijn, zit het beleid op het juiste spoor, als dat niet zo is, moet er bijgestuurd worden. Logisch, toch? Niet overal blijkbaar.

  • Gie Goris (CC BY-NC 2.0) Belgische militairen bewapenen een F-16 voor een missie in Kandahar, Afghanistan (2009) Gie Goris (CC BY-NC 2.0)

Over de doelstellingen of de resultaten van de militaire missies waaraan België de laatste jaren deelnam weten we bijna niets. Is de regering tevreden van de resultaten van de interventies in Afghanistan, Libië en Mali? Zijn de vooropgestelde doelstellingen behaald? Hebben ze de wereld veiliger gemaakt? Noodzakelijke vragen om te beantwoorden om het in de toekomst beter te doen.

De conclusies van de Britse parlementaire commissie voor buitenlandse zaken zijn vernietigend.

Een ernstige, publieke evaluatie van onze deelname aan deze militaire interventies is hier nooit gebeurd. De Britten deden het onlangs wel. De Britse parlementaire commissie voor buitenlandse zaken publiceerde een uitgebreid rapport waarin de missie in Libië werd geevalueerd: “Libya: Examination of intervention and collapse and the UK’s future policy options”.

Zeldzaam en gedurfd want de conclusies van de commissie zijn vernietigend: de beslissing om te interveniëren was onvoldoende onderbouwd. De Britse regering heeft de situatie in Libië onvoldoende geanalyseerd en haar beslissingen gebaseerd op onvolledige, slecht geïnterpreteerde informatie.

Onvolledige informatie, gebrekkige analyse

Tijdens operatie Unified Protector in 2011 hielp een internationale coalitie onder NAVO vlag de Libische rebellen om dictator Kaddafi ten val te brengen met wapenleveringen en luchtsteun. Kaddafi werd inderdaad van de macht verdreven (en gelynched), maar sindsdien heerst er chaos in Libië.

De NAVO missie die een dik half jaar duurde, werd door de Britse commissie buitenlandse zaken ontleed. Daarvoor werden verschillende getuigenissen verzameld uit uiteenlopende hoeken, van professoren en analysten, mensen uit de bedrijfswereld, diplomaten en politici, journalisten, medewerkers van NGO’s enz. De conclusies zijn streng voor de toenmalige regering van David Cameron, over de hele lijn.

Op geen enkel moment werden niet militaire alternatieven ernstig in overweging genomen door de Britse regering.

De beslissing om te interveniëren was volgens de commissie onvoldoende onderbouwd. De regering was slecht op de hoogte van de situatie en de spelers op het terrein. De waaier aan milities werd verkeerdelijk gezien als de verderzetting van het vreedzame verzet tegen Kaddafi. De aanwezigheid van extremistische groepen werd totaal over het hoofd gezien, ondanks de grote groep Libische strijders aanwezig bij Al-Qaeda in Afghanistan en Irak. De juridische basis voor de interventie, resolutie 1973 van de VN Veiligheidsraad, werd opgerekt.

De operatie had het mandaat om burgers te beschermen en stelde een strikt wapenembargo in voor de strijdende partijen in Libië. Maar de coalitie ging veel verder dan enkel het beschermen van burgers. De NAVO en partners hebben via militaire weg Kaddafi verdreven, door luchtoperaties, adviseurs op de grond en de aanvoer van wapens en ander militaire materiaal.

Op geen enkel moment werden niet militaire alternatieven ernstig in overweging genomen door de Britse regering.

Fouten uit het verleden voorkomen

Toen ook de Belgische regering besliste om mee militair te interveniëren in Libië, was een burgeroorlog waarschijnlijk niet de uiteindelijke doelstelling. De vraag ligt dus ook voor ons voor de hand: wat is er misgelopen en hoe kan het beter?

België heeft er de laatste vijftien jaar verschillende militaire operaties opzitten met een bedenkelijk resultaat. In Afghanistan veroverde de Taliban vorige week de provinciehoofdstad Kunduz op de Afghaanse strijdkrachten. Vanaf 2013 waren Belgische militairen aanwezig in Mali, om het geweld in te dijken dat escaleerde na de interventie in Libië en de plundering van de wapendepots van Kaddafi.

Het is momenteel opvallend stil bij defensie.

Sinds augustus 2014 wisselen België en Nederland elkaar af in een coalitie van 12 landen die vechten tegen Islamitische Staat. We weten weinig tot niets over wat de Belgische F-16’s precies uitvoeren in Irak en Syrië. Een gevaarlijke politiek, want het is onder andere de vorige, gefaalde militaire interventie in Irak in 2003 en de burgeroorlog in Syrië die mee het klimaat hebben gecreëerd voor IS.

Het is momenteel opvallend stil bij defensie. Behalve de occasionele persconferentie ontbreekt de meest elementaire informatie over de lopende missies, de wekelijkse rapporten over de buitenlandse missies worden niet meer gepubliceerd en België is nog steeds de minst transparante partner van de coalitie in Irak en Syrië.

Airwars, een project van een groep journalisten, activisten en onderzoekers die de operatie tegen Islamitische Staat – of ‘Daesh’ – in Irak en Syrië (en sinds kort ook Libië) opvolgt, spreekt zijn zorgen uit over de aanhoudende gaten op het gebied van transparantie. België heeft tot nu toe van geen van haar luchtaanvallen in Syrië of Irak de datum of locatie bekend gemaakt.

Vormen burgerdoden waarvoor niemand verantwoording aflegt niet een groter gevaar voor onze veiligheid dan een degelijke transparantiepolitiek?

Behalve een tragische, bloedige oorlog is de strijd in Syrië en Irak ook een propagandaoorlog. Zoveel partijen verspreiden evenveel verhalen om hun eigen zaak te dienen. Het is al verschillende keren voorgevallen dat aanvallen worden toegeschreven aan de andere partij om die in diskrediet te brengen. Zo’n berichten zijn onmogelijk te weerleggen als er niet op regelmatige basis voldoende informatie wordt vrijgegeven.

De coalitie waarin België vecht is ondertussen verantwoordelijk voor minstens 1600 burgerdoden. Slechts voor een fractie daarvan hebben de leden van de coalitie verantwoordelijkheid opgenomen. Zolang België geen data of locaties van haar bombardementen bekend maakt, kan Belgische betrokkenheid niet uitgesloten worden. Burgers (ter plaatse en in België) verdienen het te weten wie verantwoordelijk is voor gemaakte fouten.

Lene Jacobs is medewerker bij VredesactieHet argument dat defensie gebruikt tegen transparantie is “onze veiligheid”. Onze binnenlandse veiligheid en de veiligheid van de piloten in Jordanië. Vormen burgerdoden waarvoor niemand verantwoording aflegt niet een groter gevaar voor onze veiligheid dan een degelijke transparantiepolitiek?

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.