Balkan is nog niet van oorlog af

De oorlog in wat vroeger Joegoslavië was, maakt
nog steeds slachtoffers. Het is geen strijd tussen soldaten of burgers meer.
Maar één tussen duizenden nog op te ruimen landmijnen en de argeloze
inwoners van de grensstreken tussen Servië, Kroatië, Bosnië en Kosovo. De
beste ontmijningsspecialisten blijven uit de Balkan weg. Zij krijgen betere
contracten in Afghanistan en Irak.



Sinds het akkoord van Dayton in 1995 een einde maakte aan de oorlog in
Bosnië, verloren zeker vierhonderd mensen het leven toen ze op een landmijn
liepen. Nog eens vierhonderd mensen stierven op dezelfde wijze in Kroatië.
Het aantal amputaties in het ziekenhuis van de Servische hoofdstad Belgrado
loopt in de duizenden. Dikwijls jonge mensen zijn het slachtoffer. Van de
410 Kroatische doden, was één op vier jonger dan achttien.

Je vindt mijnen aan voormalige frontlinies, maar ook in bossen en op velden,
op wegen in en rond verlaten huizen. Tijdens de Joegoslavische oorlogen
zelf stierven minstens drieduizend mensen door een landmijn. Alle strijdende
partijen maakten gebruik van het wapen.

Ontmijningsdiensten begonnen vorige week met het opruimen van 103
mijnenvelden langs de 40 kilometer lange grens tussen Kroatië en Servië en
Montenegro. Het onschadelijk maken van de 11.000 landmijnen die zich daar
bevinden, zal heel lang duren, voorspellen specialisten. “Van de 4.000
vierkante kilometer waar in Kroatië mijnen werden gelegd, is nog maar 400
ontruimd”, zegt Damir Gorseta, de directeur van de Kroatische
ontmijningsdienst. In Bosnië liggen mijnen verspreid over 2.145 vierkante
kilometer. Ze verwijderen kost 300 miljoen euro voor
een operatie die ten vroegste in 2010 klaar is.

Ontmijnen is een uitermate risicovolle bezigheid. In Bosnië stierven sinds
1995 al 36 experts toen ze een mijn wilden onschadelijk maken. Tot overmaat
van ramp verlaten de beste specialisten het land. “Onze mensen kunnen meer
verdienen in Afghanistan en Irak”, zegt Zeljko Travar van de
Ontmijningscommissie van Bosnië.

In Kosovo, een Servische provincie die nog steeds door de Verenigde Naties
wordt bestuurd, zitten de meeste van de 56.000 door Servië geplaatste
landmijnen nog onder de grond. In Servië zelf rijzen andere problemen. Op
zeker veertien plaatsen bevinden zich nog clusterbommen, terwijl op vijf
plaatsen in Belgrado en in acht steden in Servië nog zware bommen niet zijn
ontploft. De explosieven kwamen daar terecht tijdens de luchtaanval van de
NAVO op Servië in het voorjaar van 1999. Alleen de bommen in de Donau werden
onschadelijk gemaakt, om de rivier weer bevaarbaar te maken voor
internationaal verkeer. Voor het opruimen van de andere bommen, wacht
Belgrado op buitenlandse subsidies.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.