Birmese junta zit na verkiezingen nog stevig in het zadel

Afgelopen zondag werden voor het eerst in twintig jaar weer verkiezingen gehouden in Birma (Myanmar). Maar in feite is er niet veel meer gebeurd dan dat de generaals de macht hebben overgedragen aan dictators in burgerkleding.

Volgens een rapport van de Britse Burma Campaign waren de verkiezingen de vijfde stap in een plan van zeven stappen “naar democratie”, een plan dat ontworpen is door de junta om strenge internationale sancties te voorkomen. Die sancties werden aangekondigd na een bloedbad in 2003. Een militie die banden heeft met de junta, deed toen een mislukte poging om oppositieleidster Aung San Suu Kyi te vermoorden. Bij de actie vielen minstens zeventig doden.  

In de aanloop naar de verkiezingen van afgelopen zondag, verdubbelde het aantal politieke gevangenen. Er was sprake van totale censuur voor de onafhankelijke pers, gewelddadige intimidatie van oppositiepartijen, een golf van standrechtelijke executies in provincies waar minderheden wonen en er werden talloze verkiezingswetten ingesteld die de vrijheid van meningsuiting aan banden legden.

Vluchtelingen

De nieuwe grondwet, opgesteld door de oude generaals, maakt elke democratische verandering in het land onmogelijk. De wet geeft alle politieke macht aan de Nationale Defensie en Veiligheidsraad (NDSC) die beheerst wordt door het leger, in plaats van aan het parlement. Een kwart van zetels in het parlement en in regionale organen is gereserveerd voor het leger. 

Op 9 november, twee dagen na de verkiezingen, vluchtten 20.000 Birmezen uit de regio Myawaddy naar Thailand. De dorpelingen werden gedwongen hun huizen te verlaten, soms op blote voeten, als gevolg van confrontaties tussen het leger en troepen van het Democratische Boeddhistische Karen Leger (DKBA). Aanhangers van de beweging zijn woedend over manier waarop het militaire regime zichzelf legitimeert.

Zipporah Sein, algemeen secretaris van de Nationale Karenunie, zei dinsdag tijdens een persconferentie dat de gebeurtenissen bij de grens bewijzen dat de verkiezingsuitslag weinig anders zal doen dan het land voorbereiden op een burgeroorlog.

Sein benadrukte dat democratie in Birma alleen bereikt kan worden “als alle etnische groepen daarbij betrokken worden.”

VN

Khin Maung Nyein, correspondent van de Birmese dienst van Radio Free Asia (RFA), zegt wanhopig te zijn over de situatie in Birma. Onafhankelijke journalistiek is er volgens hem niet mogelijk. “Verslaggevers en medewerkers van radio- en tv-stations mochten niet naar binnen bij stembureaus, behalve onder leiding van een gids”, zegt hij.
 
Bob Dietz, programmacoördinator Azië van het Comité voor de Bescherming van Journalisten (CPJ), zegt dat de verkiezingen weinig zullen veranderen in het land. “De mensen die aan de macht waren, hebben eenvoudig hun militaire uniform ingeruild voor burgerkleding. Ze hebben nog steeds de macht in handen.”

De Verenigde Naties (VN) liggen inmiddels onder vuur van de internationale gemeenschap wegens gebrek aan daadkracht en het negeren van aanbevelingen van de speciale rapporteur voor de mensenrechten in Birma.

Namens de Birmese politieke gevangenen haalde Waihnin Pwint Thon in september uit naar secretaris-generaal Ban Ki-moon, die volgens hem niet in staat is Birma verantwoordelijk te houden voor misdaden tegen de menselijkheid.

Het Birmese regime doet telkens beloften die niet waargemaakt worden, zei Thon, en de VN wachten af of er iets verandert. “Terwijl zij afwachten en toekijken, overlijden er politieke gevangenen, worden er vrouwen verkracht en burgers vermoord.”

Mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty International en Human Rights Watch vragen al maanden om een commissie die moet onderzoeken of Birma zich schuldig heeft gemaakt aan oorlogsmisdaden. Ook doen ze een beroep op de VN-secretaris-generaal om zijn mandaat te gebruiken om in dit opzicht onafhankelijk van de Algemene Vergadering te handelen.