Handel in tijgerhuiden vertienvoudigd

Een rapport van de Britse natuurbeschermingsgroep Environmental Investigation Agency (EIA) baseert zich op de dramatische toename van het aantal tijgerhuiden dat in India, Nepal en China in beslag werd genomen. Meer dan de helft van de overblijvende 5.000 dieren leeft in India, en dat land is zonder twijfel de belangrijkste bestemming van huidensmokkelaars. Volgens de Wildlife Protection Society of India werden tussen 1994 en 2003 in India 784 keer huiden van tijgers, luipaarden of otters in beslag genomen.

Vooral rijke Chinezen en Europeanen zouden de huiden kopen, zo vernam de EIA van handelaars in de Tibetaanse hoofdstad Lhasa. Voor een enkel tijgervelletje moet je in Lhasa minstens 10.000 dollar neertellen. Indiase huiden zouden nog steeds eerst naar China worden gesmokkeld, maar daarna komen ze zowat overal terecht. In 2000 waren tijgerhuiden openlijk te koop in Dubai in de Verenigde Arabische Emiraten. In Jeddah in Saudi-Arabië kan je naar verluidt luipaardhuiden kopen voor een slordige 2.500 dollar per stuk.

Tijgers staan sinds 1975 op de lijst van bedreigde diersoorten, waarvan de handel aan strenge regels is onderworpen. In totaal staan 30.000 dier- en plantensoorten opgelijst in drie categorieën. De tijgers horen in de categorie van soorten waarvoor de strengste toezichtregels gelden. Met recht, want intussen zijn diverse tijgerpopulaties al uitgestorven.

In India werden tussen 1994 en 2003 meer dan 1.400 mensen in staat van beschuldiging gesteld op verdenking van smokkel van tijgers, luipaarden of otters. Maar toch kon de Wildlife Protection Society of India maar in 14 gevallen bewijzen vinden dat de mensen veroordeeld en gestraft werden. 22 gesnapte smokkelaars werden later opnieuw betrapt. Volgens de EIA toont dat aan dat de huidige Indiase natuurbeschermingswetgeving hen absoluut niet afschrikt.

De EIA vindt dat de Conventie over Internationale Handel in Bedreigde Diersoorten eindelijk afdwingbaar moet worden. De betrokken landen moeten dringend beter samenwerken om de overtreders te straffen. De Conventie is al bijna dertig jaar oud, maar de toepassing ervan is nog steeds volledig voor rekening van de 166 lidstaten. 1.500 vertegenwoordigers van die lidstaten zijn nog tot 14 oktober bijeen in de Thaise hoofdstad Bangkok om zich te buigen over een honderdtal voorstellen en resoluties over uiteenlopende planten- en dierensoorten. (ADR/MM)