Kadhafi bemiddelt in voetbalrel Egypte-Algerije

Egypte en Algerije beschuldigen elkaar ervan hun supporters niet voldoende beschermd te hebben tegen aanvallen van rivaliserende supporters. Amr Moussa, de secretaris-generaal van de Arabische Liga, vroeg Kadhafi als voorzitter van de Afrikaanse Unie om tussen de twee landen te bemiddelen.

Bittere rivaliteit

De problemen begonnen toen de bus van het Algerijnse team twee weken geleden met stenen bekogeld werd in aanloop naar een match. Daarbij raakten drie spelers gewond. Egypte won de match met 2-0, waardoor extra wedstrijden in de Soedanese hoofdstad Khartoem nodig werden. In de dagen na die match werden kantoren van Egyptische bedrijven in Algerije aangevallen en geplunderd.
Na de tweede match in Khartoem schreven Egyptische kranten dat Egyptische fans achtervolgd werden met machetes, met krantentitels als “Barbaarse aanvallen op Egyptische fans” en “Algerijnen jagen Egyptische fans op met messen en machetes”.
Volgens Soedanese politie viel er maar een handvol gewonden, maar Egypte trok prompt de ambassadeur terug uit Algerije. De Egyptische president Hosni Mubarak zei dat Egypte niet kon toestaan dat zijn burgers in het buitenland vernederd werden.

Gezicht redden

Volgens Ibrahim Youssri, voormalig Egyptisch ambassadeur in Algerije, geeft de rol van Kadhafi de leiders van beide landen de mogelijkheid om uit het conflict te komen zonder hun gezicht te verliezen. “Maar dat zal niet erg snel gebeuren”, zegt hij. “Mogelijk pas over enkele weken. De rust keert wel langzaam terug. De volkeren van beide landen zien dit met droeve ogen aan. Intellectuelen in Egypte en Algerije hebben zich tegen de ontwikkelingen uitgesproken, die elke logica of ratio missen.”