Negatieve reacties op Europees lobbywerk voor opschorting

De onderhandelingen in Parijs worden beschouwd als de laatste kans voor Iran. Als het land zijn nucleair programma niet opschort, riskeert het sancties door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Op 25 november beslist het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) of het dossier-Iran naar de Veiligheidsraad wordt doorgestuurd.

Hossein Mussavian, de Iraanse hoofdonderhandelaar, kondigde gisteren (zondag) aan dat hij een voorlopig akkoord had bereikt met Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Het is nog niet duidelijk wat de inhoud is van het akkoord en of het gaat om een definitieve opschorting van het nucleair programma. De tekst wordt pas vrijgegeven als de vier regeringen groen licht geven.

Een akkoord dat kerncentrales in Iran uitsluit lijkt onaanvaardbaar in Teheran. Bij de start van de onderhandelingen verklaarde de Iraanse president Mohammad Khatami dat zijn land bereid was een akkoord te tekenen om geen atoomwapens te ontwikkelen als zo’n akkoord erkent dat ook Iran het recht heeft om atoomenergie te produceren.

238 leden van de het Iraanse parlement willen er een wetsvoorstel doorkrijgen dat de regering-Khatami zou verhinderen om het programma stop te zetten. De Europese landen dwingen ons tot een opschorting van het programma voor verrijkt uranium om Iran te vernietigingen op technologisch vlak, zegt Hussain Mozaffar, een hardliner in het parlement. Ons land staat voor een dilemma, want ons zelfrespect staat op het spel.

Veel Iraniërs delen die mening. Uit een peiling van de krant ‘Keyhan’ blijkt dat 78,6 procent van de Iraniërs tegen elke opschorting zijn, of die nu tijdelijk is of definitief. Zij vinden dat Iran hoe dan ook niet mag buigen voor de druk van de VN of de EU. Meer dan 1.375 Iraanse academici en nucleaire wetenschappers hebben een petitie gestuurd naar Khatami om het legitieme recht van Iran op nucleaire technologie voor vreedzame doeleinden niet te verkwanselen tijdens de onderhandelingen.

Afgelopen zaterdag gaf China de Iraanse onderhandelaars steun in de rug. De Chinese minister van Buitenlandse Zaken Li Zhaoxing zag geen reden om de zaak naar de Veiligheidsraad door te verwijzen. Het zou het dossier alleen maar compliceren, zei Li Zhaoxing op een persconferentie met zijn Iraanse collega Kamal Kharazi. De Chinese Buitenlandminister weigerde te antwoorden op de vraag of China zijn veto zou gebruiken in de Veiligheidsraad als het tot een stemming zou komen. (MM)