Rusland opent markt voor armste landen

De Unie van Afrikaanse Diplomaten in Rusland is tevreden met de maatregel. “Rusland komt er een belofte mee na die de G8 (de acht grootste industrielanden) deden”, oordeelt Churchill Ewumbue-Monono, het hoofd van de Unie. De VS, de EU, Canada en Japan namen eerder al initiatieven om de armste landen en met name de Afrikaanse landen uit hun marginale positie in de wereldhandel halen.
De VN rekent 50 landen tot de groep van de Minst Ontwikkelde Landen. Daarvan liggen er 34 in Afrika. Betere exportkansen bevorderen de industriële ontwikkeling en de landbouw, zegt Mesag Mulunga van het Namibische ministerie van Handel en Industrie. Namibië behoort zelf niet tot de Minst Ontwikkelde Landen maar wordt op de internationale markt met vergelijkbare problemen geconfronteerd.
Handelsvoordelen mogen landen niet verleiden op hun lauweren te gaan rusten waarschuwt Mulunga. “Ze moeten er voor zorgen dat hun bedrijven competitief worden en tegen een stootje kunnen, zelfs als de handelsvoordelen later wegslijten of opgeheven worden.”
Andere experts zijn sceptischer over de voordelen van preferentiële handelsvoorwaarden. Arme landen varen er alleen wel bij als de handelsvoordelen betrekking hebben op goederen waarin ze echt sterk staan, gelooft Phil Alves, een onderzoeker van het Zuid-Afrikaans Instituut van Internationale Aangelegenheden aan de universiteit van Witwatersrand in Johannesburg.
Over het algemeen halen de allerarmste Afrikaanse landen niet veel uit de handelsvoordelen die de VS toekenden met de Africa Growth and Opportunity Act (AGOA), of de Europeanen met het Alles behalve Wapens-initiatief. “Ik zie geen reden waarom een Russische of Chinese versie daarvan effectiever zou zijn”, zegt Alves.
Ewumbue-Monono is optimistischer. Volgens hem heeft de AGOA de handel tussen de VS en Afrika tussen 2000 en 2006 met 242 procent doen toenemen. Hij geeft wel toe dat er meer nodig is dan handelsvoordelen toekennen. Afrikaanse exporteurs moeten ook kunnen rekenen op inspanningen om het wegtransport te vergemakkelijken en om de administratieve procedures te vereenvoudigen. Capaciteitsopbouw en industriële samenwerking kunnen ook helpen.