Spanje wil windenergie verdubbelen

Nieuws

Spanje wil windenergie verdubbelen

05 augustus 2008

Spanje, de tweede grootste windenergieproducent in Europa, plant een verdubbeling van de huidige productie tegen 2012, maar een herziening van de subsidies dreigt die ontwikkeling af te remmen.

Op dagen dat het hard waait, is windenergie goed voor 40 procent van de Spaanse vraag, maar het jaarlijkse gemiddelde draait rond de 10 procent. Het gros van de elektriciteit komt uit kernenergie, dat 20,7 procent van het totaal voor haar rekening neemt.

In mei trof de regering van de socialistische Eerste minister José Luis Rodríguez Zapatero maatregelen om te snoeien in de overheidssubsidies voor energieproductie uit hernieuwbare bronnen. Dat werd op heftig protest van het maatschappelijke middenveld onthaald.

Een coalitie van de twee grootste vakbonden in Spanje, milieubewegingen als Greenpeace en verenigingen voor hernieuwbare energie en windenergie waarschuwt dat deze besparingen de toekomst van windenergie in Spanje bedreigen. In een gezamenlijke verklaring stellen de organisaties dat windenergie één van de weinige domeinen is waarin Spanje uitblinkt, technologisch en zakelijk gezien. “Windenergie schept werkgelegenheid en kan de hoogste groeicijfers voorleggen inzake investering in onderzoek, ontwikkeling en innovatie.”

Ze benadrukken ook dat windenergie momenteel de hoeksteen vormt van de Spaanse inspanningen om te voldoen aan het Kyoto-protocol en de Spaanse afhankelijkheid van geïmporteerde energie verkleint.

Volgens de regering toont de groei in de sector aan dat die kritiek onterecht is. Het systeem waarbij nationale nutsbedrijven verplicht zijn groene stroom boven de marktprijs aan te kopen (de zogenaamde “feed-in tariffs”) werd aangepast aan de reële condities, maar de steun aan hernieuwbare energiebronnen werd niet opgezegd, aldus de regering-Zapatero.

Economisch potentieel

Het Spaanse ministerie van Milieu en dat van Industrie en Handel werken inmiddels aan de ontwikkeling van windenergie op zee. Ze plaatsen offshore windturbines in de territoriale wateren rond het Iberische schiereiland en de Canarische Eilanden voor de noordwestelijke kust van Afrika.

Het project creëert een enorme vraag naar staal. De turbines komen immers bovenop een 100 meter hoge stalen toren die 250 ton weegt. De rotoren en de onderdelen van de generator, waaronder een versnellingsschakelaar om de draaisnelheid te verhogen, zorgen voor 100 ton extra. De hele installatie is nagenoeg volledig uit staal vervaardigd.

Als de regering haar plannen om het windmolenpark uit te breiden doorvoert, zal er 360 miljoen ton staal nodig zijn. Dat betekent een enorme markt voor onder meer staalfabrikanten, smelterijen, en elektriciteits- en elektronicabedrijven. Volgens bronnen binnen het ministerie van Milieu heeft hernieuwbare energie voor 180.000 nieuwe banen gezorgd in Spanje, waarvan 96.000 in de sector van de windenergie.

Windturbines worden ook verkocht in het buitenland. Gamesa bijvoorbeeld telt onder zijn klanten zes van de zeven grootste operatoren van windmolenparken. Een andere Spaanse firma, Iberdrola, bouwt windparken in Frankrijk en verstevigt haar leiderspositie in de wereld met 7.949 megawatt aan geïnstalleerde capaciteit.

Ter vergelijking: Duitsland haalt jaarlijks 17.743 megawatt uit windenergie, gevolgd door Spanje met 9.653 en de VS met 8.500 megawatt. Bij de ontwikkelingslanden is India koploper met 4.300 megawatt per jaar, waarna China en Egypte volgen met respectievelijk 756 en 143 megawatt.