Zes miljoen kinderen slachtoffer van geweld in Latijns-Amerika

De studie komt er vijf jaar na de publicatie van het Wereldrapport over Geweld tegen Kinderen van de Verenigde Naties. Ze werd uitgevoerd door experts van de Universiteit van São Paulo op basis van gegevens die door de verschillende landen zijn aangebracht.
In Asunción zijn nu vertegenwoordigers van de Zuid-Amerikaanse landen samen om de problematiek in de regio te bespreken.

Gedwongen seks

De studie stelt dat de situatie in Latijns-Amerika en de Caraïben maar traag verbetert. Nog steeds zijn zes miljoen kinderen er het slachtoffer van zwaar geweld. Jaarlijks sterven tachtigduizend kinderen door geweld van hun ouders. Verwaarlozing, uitbuiting en lijfstraffen zijn voor veel kinderen dagelijkse realiteit.
In het Engelstalige deel van de Caraïben zeggen bijvoorbeeld vier op tien meisjes onder de twaalf jaar die seksuele betrekkingen hebben gehad, dat ze er de eerste keer toe gedwongen werden.
“De regeringen hebben gefaald in de bescherming van de kinderen tegen elke vorm van geweld, en wie arm en uitgesloten is, wordt het zwaarst getroffen”, zo besluit de studie.

Wetten tegen lijfstraffen

De Braziliaan Paulo Pinheiro, rapporteur voor kinderrechten bij de Inter-Amerikaanse Mensenrechtencommissie en auteur van het rapport van 2006, ziet dat er enerzijds steeds meer coördinatie is in het beleid ten aanzien van kinderen maar hij betreurt anderzijds “de enorme achterstand in de goedkeuring van wetten tegen het geweld.”
Een van aanbevelingen in 2006, benadrukte Pinheiro nog eens, was de noodzaak van wetten die lijfstraffen en de vernederende behandeling van minderjarigen verbieden.

In Latijns-Amerika hebben alleen Costa Rica, Venezuela en Uruguay zulke wetten.
De Braziliaanse vertegenwoordiger Carmen Silveira de Oliveira zegt dat er in 2003 al een wetsvoorstel tegen lijfstraffen was gelanceerd maar dat botste op hevig verzet in evangelische en rechtse kringen. Momenteel ligt een nieuw voorstel op tafel dat volgens Silveira de Oliveira meer kans maakt; het focust niet op de criminalisering van de dader maar op de begeleiding van ouders en leerkrachten naar een mentaliteitswijziging.

Emotionele mishandeling

De auteurs van het nieuwe rapport uiten ook hun bezorgdheid over “de groeiende intimidatie onder leeftijdsgenoten, wat nog in de hand wordt gewerkt door het gebruik van internet” en de “stijging van emotionele mishandeling” door ouders en leerkrachten, een vorm van mishandeling die “nauwelijks zichtbaar is maar veel schade toebrengt omdat het een aanslag is op de zelfwaardering” van de minderjarigen.

Volgens de auteurs is “de werkelijke omvang van deze situatie nog steeds versluierd” als gevolg van de “grote sociale tolerantie” ten opzichte van geweld tegen kinderen.
De internationale ontmoeting in Asunción werd mee georganiseerd door de Global Movement for Children, waarin onder meer Unicef en SOS Kinderdorpen zijn vertegenwoordigd.