Biodiversiteit is leven

Analyse

Biodiversiteit is leven

Nog tot 30 mei vindt in het Duitse Bonn de negende bijeenkomst plaats van de Conventie over Biodiversiteit. Eén van de meest delicate thema’s op de agenda is de discussie over toegang tot genetisch materiaal uit de natuur.

Sinds die conventie in het leven werd geroepen, na de Top voor Duurzame Ontwikkeling in 1992, is het belang van biodiversiteit alleen maar toegenomen. Zowel de globale opwarming als de bevolkingstoename, de snelle economische groei in een aantal landen en het intensieve internationale transport zetten de biodiversiteit wereldwijd onder enorme druk. ‘Een van de prioriteiten op de conferentie in Bonn is sensibilisering over de noodzaak voor herstel en bescherming van de resterende biodiversiteit’, zegt Els Martens van het Agentschap Natuur en Bos van de Vlaamse Overheid. Ze volgt de internationale aspecten van natuurbehoud en biodiversiteit en neemt zelf ook deel aan de conferentie. ‘Biodiversiteit is leven en de ecosysteemdiensten zijn de peilers van het overleven van de mens op aarde, maar dat besef sijpelt maar heel langzaam door bij het brede publiek.’
De meeste hotspots van biodiversiteit bevinden zich in het Zuiden: het Amazonebekken, de Andes, de Midden-Amerikaanse corredor, Centraal-Afrika, Zuidoost-Azië… Miljoenen armen zijn voor hun dagelijks overleven afhankelijk van wat de natuur hen geeft. De degradatie van de natuur resulteert dan ook in grotere armoede. Maar in de regio’s van die hotspots bevinden zich mineralen en ertsen, petroleum en rijke houtsoorten die voor de economische groei belangrijker worden geacht dan het behoud van de biodiversiteit.
Een kluwen van belanghebbenden in eenzelfde regio zorgt regelmatig voor ernstige conflicten.
Eén van de meest delicate thema’s op de agenda in Bonn is de discussie over toegang tot genetisch materiaal uit de natuur. Die problematiek hangt samen met de vraag welke partijen mogen delen in de opbrengst van dat genetisch materiaal. Bedoeling is om tegen 2010 een internationaal regime te hebben dat wereldwijd kan afgedwongen worden, een soort protocol over wat in het jargon acces and benefit sharing heet.
Een ander heikel discussiepunt is het debat over de geldwaarde van ecosystemen en van de diensten die de natuur verleent. Zulke marktmechanismen zijn op de eerste plaats bedoeld om externe kosten zichtbaar te maken en te verrekenen in de prijs van producten of diensten, maar kunnen ook tot misbruik leiden wanneer geen rekening wordt gehouden met harde duurzaamheidscriteria.
Op Europees niveau is er het project Natura 2000 dat het behoud van  biodiversiteit ondersteunt. In het kader van Natura 2000 werd 18 procent van de Europese zone afgebakend als beschermingszone, zo’n 1,6 miljoen hectare. Het grote probleem is volgens Els Martens ook hier het gebrek aan financiële middelen om duurzaam gebruik van open ruimte te verzekeren en maatregelen voor de bescherming van ecosystemen en soorten te ondersteunen. Het budget voor biodiversiteitsbeheer op Europees niveau is minder dan één procent van het landbouwbudget, terwijl biodiversiteit toch ook alles te maken heeft met gezondheid en kwaliteit van het leefmilieu.. (adw)