De invloed van de Europese wapenlobby

Analyse

De invloed van de Europese wapenlobby

Op de Europese top van 19 en 20 december buigen de staats- en regeringsleiders van de EU zich over de toekomst van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van Europa. Ze willen afspraken maken over drie onderling samenhangende doelstellingen: operationele effectiviteit (‘de juiste middelen snel en doeltreffend inzetten’), defensievermogens (‘militaire en civiele vermogens afstemmen op de toekomstige behoeftes’) én een sterkere Europese defensie-industrie.

Dat laatste gaat volgens de Europese Raad om ‘de ontwikkeling van een beter geïntegreerde en concurrerende industriële basis voor de Europese defensie-industrie’. Die industrie zou goed zijn voor 400.000 directe en 960.000 indirecte banen, aldus de website van de Raad. Op de informele top van defensieministers begin september in Vilnius formuleerde de EU-Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlands en Veiligheidsbeleid Catherine Ashton de prioriteiten: ‘Hoe kunnen we de 200 miljard euro die EU-lidstaten jaarlijks aan defensie uitgeven efficiënter inzetten? Hoe levert samenwerking meer return op voor die uitgaven? En hoe kunnen we onze missies zo succesvol mogelijk maken door samen te werken met onze NAVO-collega’s?’

De organisatie Vredesactie toont zich bezorgd over de invloed van de wapenindustrie op het Europese beleid: ‘Of het nu gaat over gemeenschappelijke defensietaken, over regels voor wapenexport, over de prioriteiten voor het Europees onderzoeksbeleid, of zelfs over het migratiebeleid, internet, gezondheidszorg of internationaal transport… overal weet de wapenindustrie haar stempel op te drukken. De ceo’s en medewerkers van de wapenindustrie worden gezien als defensie- en veiligheidsexperts en bepalen mee het beleid. Dat deze per definitie een bedrijfsbelang nastreven wordt hierbij gemakkelijkheidshalve vergeten of onbelangrijk geacht.’ Om de aandacht te vestigen op de invloed van de Europese wapenlobby, organiseert Vredesactie op 19 december een actiedag in Brussel: ‘We storen de dagelijkse werking in de Europese wijk en leggen de verwevenheid tussen bedrijven en politiek bloot. Geweldloos maar vastberaden.’