Jobs, jobs, jobs anno 2017: 40 miljoen slaven, 152 miljoen kinderen

Analyse

Jobs, jobs, jobs anno 2017: 40 miljoen slaven, 152 miljoen kinderen

Jobs, jobs, jobs anno 2017: 40 miljoen slaven, 152 miljoen kinderen
Jobs, jobs, jobs anno 2017: 40 miljoen slaven, 152 miljoen kinderen

Iedereen wil werk, maar niemand wil dat die banen eruit zien als een kind dat in een steengroeve werkt, een volwassen man die niet weg kan uit een uitbuitende werksituatie omdat zijn paspoort afgenomen werd of een vrouw die gedwongen in de prostitutie werkt. Toch is dat de betekenis van “werk” voor miljoenen mensen.

In de rand van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties werd een rapport voorgesteld waarin een schatting gemaakt wordt van het aantal kinderen en volwassenen die beschouwd kunnen worden als “moderne slaven”. Het gaat, volgens de Global Estimates of Modern Slavery, over 40,3 miljoen mensen.

CC Richard Messenger (CC BY-NC 2.0)

CC Richard Messenger (CC BY-NC 2.0)

Er is niet echt een scherpe definitie van moderne slavernij, en dat alleen al maakt het verzamelen van gegevens moeilijk. Nochtans is het essentieel om te weten hoeveel mensen, in welke regio’s en in welke economische sectoren uitgebuit worden op een manier waarbij ook van vrijheidsberoving sprake is. De omschrijving die het rapport gebruikt, omvat dwangarbeid, schuldslavernij, gedwongen huwelijk, slavernij of vergelijkbare praktijken, en mensenhandel. Het begrip verwijst naar uitbuitingssituaties die door de slachtoffers niet geweigerd kunnen worden of waaruit ze niet kunnen vertrekken vanwege bedreigingen, dwang, misleiding of machtsmisbruik.

De Britse premier Theresa May maakte van de strijd tegen moderne slavernij een speerpunt van haar aanwezigheid in New York deze week. ‘Het is moeilijk om iets dat zo veel jaren bestaan heeft in de schaduw van onze samenlevingen naar buiten te brengen en te verslaan’, zei ze. ‘Maar als leiders hebben we de plicht dit te doen en als we daarin willen slagen zullen we gezamenlijk moeten handelen, zowel in onze eigen landen als internationaal.’ May voegde alvast de nodige middelen bij haar discours, en verdubbelde haar budget voor de strijd tegen moderne slavernij tot 150 miljoen dollar.

Schokkende cijfers

De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) en de Walk Free Foundation, die samen het initiatief namen voor het rapport, focussen op twee grote categorieën: dwangarbeid en gedwongen huwelijken. Volgens hun gegevens bevinden 24,9 miljoen mensen zich in een situatie van dwangarbeid en leven 15,4 miljoen mensen in een gedwongen huwelijk. Die cijfers komen boven op de studie over kinderarbeid die de IAO eerder publiceerde, en waaruit blijkt dat anno 2016 zo’n 151 miljoen kinderen en minderjarigen werken -waarvan 73 miljoen in jobs die hun gezondheid, veiligheid of morele ontwikkeling rechtstreeks bedreigen.

24,9 miljoen mensen in dwangarbeid, 15,4 miljoen in een gedwongen huwelijk, 151 miljoen kinderen werken

Bij dwangarbeid denken de meeste mensen aan gevangenen die aan het werk gezet worden zonder daarvoor vergoed te worden. Nochtans is dat maar een restcategorie. Het grootste deel van de werkslaven, ongeveer 16 miljoen mensen, werkt in privébedrijven. Zij zijn aan de slag als huishoudster, in de bouw, de maakindustrie, landbouw of visvangst.

Daarnaast zijn 3,8 miljoen volwassen onder dwang aan de slag in de seksindustrie en zijn 1 miljoen kinderen slachtoffer van commerciële seksuele uitbuiting. De seksuele slavernij is voor 99 procent vrouwelijk.

Ongeveer 4,1 miljoen mensen worden door de staat gedwongen te werken, meestal in landbouw of bouwactiviteiten, en dat zijn lang niet altijd gevangenen.

Ook bij de gedwongen huwelijken is de grote meerderheid (88 procent) van de slachtoffers vrouwelijk.

Wie is verantwoordelijk?

‘De cijfers zijn schokkend, onder andere omdat deze onaanvaardbare uitbuiting staat voor miljardenwinsten’, zegt Priti Patel, staatssecretaris voor Internationale Ontwikkeling van het Verenigd Koninkrijk, bij de voorstelling het rapport over moderne slavernij. Haar Belgische collega, Alexander De Croo, benadrukte in zijn interventie -zoals steeds- de belangrijke rol die de bedrijfswereld te spelen heeft.

Het was in zijn korte interventie onduidelijk of hij het bedoelde zoals Sharan Burrow, secretaris-generaal van de internationale vakbondsfederatie ITUC, het even later omschreef: ‘Deze cijfers zijn onverkort een veroordeling van het bestaande economische model. Om hier iets aan te doen moeten de arbeidswetten aangepast worden en hebben we overheden nodig die deze wetten ook doen naleven.’

‘Deze cijfers zijn onverkort een veroordeling van het bestaande economische model’

Daarmee onderlijnde Burrow wat daarvoor ook de VN Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, Ze’eid Ra’ad Al Hussein, zei: ‘De mens is op zichzelf onvoldoende betrouwbaar om de goede dingen te doen. Daarom hebben we goede wetten nodig.’

Maar, zo vraagt Al-Hussein zich in een meer filosofische bedenking af: ‘Hoe mobiliseren we de publieke opinie nog in een wereld die haar schaamte verloren is? Hoe zorgen we voor verontwaardiging over deze moderne slavernij als men gewoon geworden is aan geweld en kwaad?’

Alexander De Croo wijst daarvoor op het belang van ngo’s als waakhonden en op de macht van consumenten. William Swing, directeur-generaal van de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) hamert op de verantwoordelijkheid van de overheid en de politiek: ‘Het overheidsbeleid is in veel gevallen deel of zelfs bron van de problemen waar kwetsbare mensen zoals migranten mee te maken krijgen.’ Hij verwees onder andere naar de restricties op legale migratie die mee verantwoordelijk zijn voor de bloeiende mensensmokkel en zelfs voor de misbruiken die in Libische kampen vandaag voorkomen.

Maar hij klaagt ook de recruteringsagentschappen aan die migranten aan een baan helpen, maar daar exorbitante bedragen voor vragen -wat een van de oorzaken is van schuldslavernij en onvrijheid, aangezien de migranten vaak meer dan een jaar moeten werken om die bedragen af te betalen.

‘Zorg ervoor dat er niet langer zo veel winst mee te maken valt’

‘Tijdens de piek van de trans-Atlantische slavenhandel eind zeventiende eeuw, werden er jaarlijks 4 miljoen mensen verscheept van Afrika naar de Amerika’s’, zei moderator Nikolas Kristof van de New York Times. ‘Vandaag blijken er elke dag 40 miljoen mensen in situaties van slavernij te leven. Hoe moeten we daarmee omgaan?’

Het antwoord van Guy Ryder, directeur-generaal van de IAO, is duidelijk: ‘Zorg ervoor dat er niet langer zo veel winst mee te maken valt. En daarvoor moeten overheden sterker samenwerken met het middenveld. Zo krijgen we beter zicht op de omvang, de achtergronden en de verschijningsvormen van het probleem, en kan het dus ook effectiever aangepakt worden.’ Sharan Burrow bevestigt dat: ‘De eerste acties in het Westen tegen slavenhandel werden gelanceerd door textielarbeiders die weigerden nog langer te werken met katoen dat door slavenarbeid geproduceerd werd.’

De directeur van de VN-organisatie tegen drugs en criminaliteit (UNODC), Yuri Fedotov, zag in de donkere tunnel van moderne slavernij toch ook een klein beetje licht: ‘In 2003 erkende slechts 18 procent van de VN-lidstaten mensenhandel als een misdaad. Vandaag zijn dat al 88 procent van de staten. Dat toont dat het bewustzijn rond dit thema groeit, wat ook de kansen op effectieve actie laat toenemen’, zei hij tijdens een ander event rond het thema, op donderdagvoormiddag.

Eerder deze week ondertekenden alvast 37 landen de oproep om, gelanceerd door het Verenigd Koninkrijk, een einde te maken aan dwangarbeid, moderne slavernij en mensenhandel. België is een van de landen die toetraden, en dus mag er uitgekeken worden naar ‘een nationale strategie waarin een benadering van het probleem ontwikkeld wordt die mikt op zowel vervolging, bescherming, preventie als partnerships; die focust op de grondoorzaken én op onze reactie’ -want dat staat onder andere in de ondertekende tekst.

Goed om in eigen bedrijf te kijken

‘Slavernij is een affront voor de bedrijfswereld’

Het meest pakkende getuigenis tijdens de voorstelling van het Global Estimates rapport op de vierde verdieping van het VN-gebouw in New York kwam van Andrew Forrest, een Australische ondernemer die het initiatief nam voor de Walk Free Foundation. Zijn engagement tegen moderne slavernij ontstond door de confrontatie met meisjes die verhandeld en uitgebuit waren.

Voordat hij zijn Stichting lanceerde, onderzocht hij de toeleveringsbedrijven waarmee zijn bedrijf samenwerkte, waarbij hij vaststelde dat een Brits bedrijf in het Midden-Oosten gebruikmaakte van ongeoorloofde praktijken, zoals het in beslag nemen van de paspoorten van Aziatische migrantenarbeiders. ‘Slavernij is een affront voor de bedrijfswereld’, zegt Forrest. En dus is de “belangrijke rol van het bedrijfsleven”, waarvoor minister De Croo pleitte, alleen te begrijpen als een opdracht aan ondernemers en bedrijven om het eigen huis in orde te brengen en onmiddellijk een einde te maken aan deze uitbuiting en moderne slavernij.