Mensensmokkel: een spel van kat en muis

Mensensmokkelaars beleven gouden tijden. Maar bij de presentatie van hun jaarverslag beklemtoonde Myria (Federaal Migratiecentrum) maandag dat er dringend nood is aan een specifiek regeringsactieplan in de strijd tegen mensensmokkel.

  • Josh Zakary / Flickr (CCby-nc 2.0) ‘De toestroom in Griekenland en Italië is geen ver-van-ons-bed-show.’ Josh Zakary / Flickr (CCby-nc 2.0)

In het jaarverslag dat Myria (Federaal Migratiecentrum) gisteren presenteerde staan meerdere concrete cases beschreven van onlangs opgerolde netwerken in België. Mensensmokkel gaat meestal veel verder dan alleen het transport organiseren. Sommige netwerken produceren en verkopen valse verblijfsdocumenten, paspoorten en visa. Er wordt voor onderdak gezorgd tijdens de reis en soms wordt er samengewerkt met advocaten in het land van bestemming. Die verzinnen tegen betaling passende levensverhalen voor tijdens een asielaanvraag. Vaak bleken de netwerken zich naast mensensmokkel ook bezig te houden met drugs- en wapensmokkel.

België als transitland

Aangezien België vooral een transitland is, concentreren de activiteiten van de smokkelaars zich in ons land vooral langs de snelwegen en havens. Uit onderzoek bleek dat er tussen rivaliserende netwerken regelmatig gevochten werd om de controle over parkings langs de snelwegen. In sommige gevallen moest het ene netwerk het andere betalen om een parking te mogen gebruiken. Maar net zo goed waren er netwerken die samenwerkten en onderling “personeel” uitwisselden.

Tussen 2010 en 2014 kwamen er bij de parketten 1389 mensensmokkelzaken binnen. Door een probleem van dubbeltelling heerst er een beetje onduidelijkheid over het exact aantal veroordelingen en uitgesproken gevangenisstraffen. In 2014 zouden er tussen de 45 en 66 definitieve veroordelingen uitgesproken zijn inzake smokkel. Van de veroordeelden hadden er een 18-tal de Belgische of Afghaanse nationaliteit .

De slachtoffers 

Veel smokkelnetwerken bieden hun klanten de mogelijkheid om te kiezen tussen twee betalingsformules. Bij smokkel “met garantie” moet (het grootste bedrag) pas betaald worden bij aankomst in het land van bestemming. Bij smokkel “zonder garantie” ligt het te betalen bedrag een stuk lager, maar is men zijn geld al kwijt voordat de reis begint. Doorgaans schommelden de tarieven tussen 1500 en 7000 euro. 

Voor jonge kinderen werd soms extra geld gevraagd.

Uit het jaarverslag blijkt dat de smokkelaars op verschillende manieren misbruik maken van hun slachtoffers. Zo dwingen ze hun slachtoffers regelmatig om in precaire omstandigheden te werken om zo hun schulden te kunnen terugbetalen. Sommige ouders die hun dochter naar Europa stuurden moesten extra geld betalen om de garantie te krijgen dat hun dochter onderweg niet verkracht zou worden. Ook voor jonge kinderen werd soms extra geld gevraagd omdat ze met hun gehuil een groter risico vormden om ontdekt te worden.

Volgens Wim Bontinck (hoofd van de cel Mensenhandel bij de Federale Gerechtelijke Politie) maakt meer dan 80 procent van de illegale immigranten tijdens hun reis minstens 1 keer gebruik van een georganiseerd netwerk. Mensen die het slachtoffer zijn van mensensmokkel en bereid zijn om een verklaring af te leggen tegen hun smokkelaars, kunnen in België een aanvraag indienen om een bijzonder beschermingsstatuut te bekomen. Maar slechts een kleine minderheid maakt hier gebruik van uit vrees voor represailles tegen zichzelf of familieleden in hun land van herkomst. Vaak zijn ze ook niet geïnteresseerd in de procedure omdat ze België als een doorreisland beschouwen en hun kansen niet willen hypothekeren om hun eindbestemming te bereiken.

West-Vlaanderen is de provincie waar veruit het grootst aantal slachtoffers wordt onderschept. De cijfers van slachtoffers die aangetroffen worden door West-Vlaamse politiediensten tonen aan dat tussen 2007 en 2014 vooral veel Iraniërs, Irakezen en Afghanen werden gesmokkeld. In 2014 werden er ook veel Syriërs, Indiërs, Pakistanen en Eritreëers gevonden bij acties tegen smokkel.

Onderzoeksmethoden en hun beperkingen

Mensen die naar Europa willen komen zien vaak geen andere optie dan dit te doen via de smokkelnetwerken. De vraag naar smokkelaars is zo groot dat de strijd ertegen lijkt op dweilen met de kraan open. Wanneer één netwerk op een bepaalde plaats wordt opgerold, staat er dikwijls al snel een ander netwerk klaar om hun plaats in te nemen.

Het is ook problematisch dat de slachtoffers zelden informatie willen verstrekken over hun smokkelaars. In zijn bijdrage aan het jaarverslag benadrukt Frank Demeester (Referentiemagistraat mensenhandel-mensensmokkel van het arrondissement West-Vlaanderen) dat het daarom belangrijk is om bij onderschepping te onderzoeken of de slachtoffers informatie (zoals briefjes, tickets, telefoonnummers enzovoort) bij zich dragen die naar de smokkelaars kunnen leiden.

Wim Bontinck vindt dat de strijd tegen mensensmokkel de laatste jaren een stuk efficiënter gevoerd wordt. ‘Wij beschikken federaal momenteel over minder personeelsleden dan vier jaar geleden, maar er wordt efficiënter met onze middelen omgesprongen. Door verschillende arrondissementen samen te voegen, beschikt elk arrondissement nu over een sterkere ploeg. Er is minder coördinatie nodig, wat tijds- en energiebesparend werkt.’

Ook Jean-francois Minet –werkzaam bij FOD Justitie en Voorzitter van het Bureau van het ICC (Interdepartementale CoördinatieCel van de strijd tegen mensenhandel– en smokkel)- zegt dat financiële middelen niet zaligmakend zijn. ‘Het belangrijkste is hoe de middelen gebruikt worden. Zo beschikt sinds 2011 elk gerechtelijk arrondissement op elk niveau van het parket officieel over een gespecialiseerde magistraat. Zij organiseren op lokaal niveau regelmatig coördinatievergaderingen met politiediensten en de sociale inspectie om te zien waar acties zinvol zijn.’

Voorstellen om de strijd efficiënter te voeren

In het jaarverslag van Myria staat dat er nooit echt werk is gemaakt van een apart uitgewerkt regeringsplan voor de strijd tegen mensensmokkel. Binnen het ICC (dat voorgezeten wordt door de minister van justie en alle actoren die betrokken zijn bij de strijd tegen mensenhandel- en smokkel groepeert) wordt nu aan een specifiek Federaal Actieplan voor de strijd tegen de mensensmokkel gewerkt.

De toestroom in Griekenland en Italië is geen ver-van-ons-bed-show.

België is voor vele migranten slechts een transitland, maar volgens Bontinck hebben we er alle belang bij om de strijd tegen mensensmokkel op een internationaal niveau aan te pakken. ‘De toestroom in Griekenland en Italië is geen ver-van-ons-bed-show. Veel van die mensen reizen naar hier, om in ons land te blijven of een weg te zoeken naar Groot-Brittannië of Scandinavië. Zo blijven ook de netwerken hier in leven. Daarom hebben we er alle belang bij om smokkel op een internationaal niveau aan te pakken en onze experten naar die landen te sturen waar de voordeuren van Europa staan.’

Bontick zegt dat er in de schoot van EUROPOL een permanentie informatie-uitwisseling is tussen Europese landen over smokkelnetwerken. Ook binnen EUROJUST is er een internationale samenwerking. Demeester schrijft in het jaarverslag dat de “Joint Intervention Teams” die werden opgericht in de schoot van EUROJUST al geleid hebben tot arrestaties in verschillende landen. Hij pleit voor nog intensievere contacten en meer samenwerking met buitenlandse politiediensten en autoriteiten.

Demeester merkt ook op dat de smokkelaars zich steeds meer op het internet begeven om mensen te lokken en hun activiteiten te ontplooien. Hij vindt dat de mogelijkheden van politie en justitie om criminelen die zich op het Wold Wide Web begeven op te sporen ondermaats zijn en hoopt dat er in de toekomst geïnvesteerd wordt in een degelijke vorm van internetrecherche.

Een belangrijk middel om de leiders van de smokkelnetwerken op te sporen is het volgen van de geldstromen. Opbrengsten worden nu meestal ondergebracht in de herkomstlanden van de smokkelaars via het Hawala-banksysteem. Dat is een parallel banksysteem waarbij men geld kan overmaken zonder dat hier enig spoor van terug te vinden is. Demeester vindt dat er meer controle op dat systeem moet komen.

Repressie alleen volstaat niet

Het verder ontwikkelen van legale en veilige migratiekanalen is één van de beste manieren om mensensmokkel te bestrijden.

Een ander wapen in de strijd tegen mensensmokkel is het herbekijken van de Europese migratiepolitiek. Wim Bontinck: ‘Er zou beter gecommuniceerd kunnen worden over de bestaande migratiepoorten naar Europa, zoals arbeidsmigratie. Ook het oprichten van hotspots aan de buitengrenzen van Europa waar mensen een asielaanvraag kunnen indienen, kan een oplossing zijn. Mensen moeten dan niet meer clandestien een gevaarlijke reis door half Europa ondernemen om bescherming te vinden.’

In de inleiding van het jaarverslag wijst Francois De Smet (directeur Myria) erop dat repressie niet het enige wapen in de strijd is: ‘Het verder ontwikkelen van legale en veilige migratiekanalen is één van de beste manieren om mensensmokkel te bestrijden.’

Zolang mensen de smokkelaars als een noodzakelijk kwaad zien om hun eindbestemming te bereiken, zal het spel van kat en muis tussen Europese politiediensten en smokkelaars waarschijnlijk onverminderd doorgaan.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.