Olivier Roy over Afrikaanse predikanten en kapitalisme

Analyse

Olivier Roy over Afrikaanse predikanten en kapitalisme

De Afrikaanse megakerken worden door de meeste waarnemers gezien als frauduleuze bewegingen die enkel uit zijn op materieel gewin voor de zeer zichtbare predikanten, terwijl ze de ellende van hun gelovigen alleen maar vergroten.

[annex bij interview met Olivier Roy]
Het probleem is dat de ngo’s of sociale bewegingen die zulke analyses maken, in grote mate de rol overgenomen van de vroegere missionarissen. Het zijn jonge idealisten die hun leven -of toch een paar jaar ervan- opofferen voor een ideaal, met name om de armoede van mensen in het Zuiden te bestrijden.
Ze weten precies hoe dat moet: door gezondheidszorg, door gelijke rechten voor vrouwen en mannen, door ontwikkeling. Ze werken, net als de missionarissen vroeger, via de bemiddeling van lokale partners die de taal en het jargon van de buitenlanders delen en voor hen het werk op het terrein opknappen.
Je kan de vergelijking zelfs doortrekken naar de manier om fondsen te werven: als de zendelingen terugkeren naar huis, gaan ze getuigenis afleggen op lokale bijeenkomsten, waar ze geld krijgen om hun goede werk voort te zetten.
Ten slotte: zoals de gevestigde kerken de nieuwkomers zoals het kimbangisme of andere Afrikaanse kerken afdeden als niet authentieke, syncretistische sekten, zo voelen de ngo’s van vandaag de charismatische kerken aan als concurrenten –onder andere op het vlak van de relatie tussen Afrika en het Westen– en daarom veroordelen ze hen.
De Afrikaanse “sekten” zijn ontstaan uit christelijke gemeenschappen, ze hebben de migratie naar Europa gevolgd, maar ze bekeren nu buiten de eigen diaspora. De leider van de voodoo-kerk in Californië is geen zwarte Antilliaan, maar iemand die uit de mestiezenelite van Mexico komt. Een ander voorbeeld is Sunday Adelaja, de Nigeriaanse pastor die zijn eigen kerk stichtte in Kiev, Oekraïne, en die nu al bijna drie miljoen Oekraïense gelovigen telt.
De kritiek dat deze kerken een extreem individualisme en een ongebreideld kapitalisme prediken, klopt voor een aantal onder hen. De universalistische kerk uit Brazilië, die op dit moment aanhang krijgt in West-Afrika, predikt effectief het Geld. Ook in Ghana zie je kerken die het bewijs van de genade van God vinden in de individuele verrijking, wat een oude overtuiging is die je al terugvindt bij Max Weber, maar die nu tot in het exces uitvergroot wordt met dure auto’s, gouden kettingen en Italiaanse maatpakken.
Ik begrijp dus wel dat de ngo’s daardoor geschokt zijn, maar ze moeten toch goed begrijpen dat de basisvorm van dat materialistische individualisme van hier komt. Als men stelt dat deze sekten de plaatselijke gemeenschapsgeest vernietigen, dan vergeet men toch dat die gemeenschapsgeest eerst en vooral gebroken werd door het westerse kolonialisme en het mondiale kapitalisme.
De zogenaamde kapitalistische kerken doen met andere woorden niets anders dan het uitvergroten wat overtuigingen die door het Westen en door onze missionarissen binnengebracht werden. Voor deze sekten zijn de ngo’s dan ook exponenten van westerse krachten die Afrika in zijn eeuwige staat van achterlijkheid, armoede en afhankelijkheid willen houden.