Kritiek op Grote Groene Muur in China

Kritiek op Grote Groene Muur in China

Mitch Moxley

23 september 2010

De 'Grote Groene Muur' in China, een gigantisch bos dat door mensen wordt aangelegd om verwoestijning en klimaatverandering te bestrijden, is minder effectief dan wordt aangenomen. Experts wijzen erop dat de kunstmatige bossen soms zelf ecologische degeneratie bevorderen.

De Chinese ambities zijn hoog: tegen 2050 moet het kunstmatige bos een oppervlakte hebben van 400 miljoen hectare en meer 42 procent van het Chinese land bedekken.

China heeft momenteel met 500.000 vierkante kilometer al het grootste door mensen aangelegde bos ter wereld. Het Chinese bebossingproject begon in 1978 en drie jaar later besloot het Volkscongres, het hoogste besluitvormingsorgaan in China, dat elke burger ouder dan elf jaar jaarlijks tenminste drie jonge bomen moet planten.  Alleen al in 2009 legde China 5,88 miljoen hectare bos aan.

Woestijn

De voordelen van bebossing zijn volgens voorstanders duidelijk. De bomen houden de woestijn in het westen en noorden van China tegen. De nieuwe bossen zouden ook sneller CO2 absorberen dan de langzaam groeiende oude bossen waar China er maar weinig van heeft. De snelgroeiende populieren en witte berken kunnen volgens hen wel twee keer zoveel opnemen dan de Koreaanse den, spar en lariks.

Andere deskundigen twijfelen echter aan de effecten van de groene campagne. Zij stellen dat het type bossen en hun locatie de effectiviteit beperken. De Grote Groene Muur heeft volgens hen bijgedragen aan een aanzienlijk afname van de boskwaliteit in China. In veel nieuw aangelegde bossen leven maar weinig dieren, leggen ze uit.
 
Jiang Gaoming, hoogleraar aan de Botanisch Instituut van de Chinese Academie voor Wetenschappen, zegt dat de Grote Groene Muur op sommige plaatsen zelfs de ecologische degeneratie heeft versneld door extra druk op waterbronnen te leggen in droge regio’s.

Jiang wijst er ook op dat de bomen die voor het project gepland worden, niet-inheems zijn. “Inheemse bomen spelen een veel belangrijker rol bij het tegengaan van verwoestijning.”

Methaan

In een in mei verschenen studie concluderen wetenschappers van de Universiteit van Oklahoma en de Fundan Universiteit in Sjanghai  dat door het creëren van nieuwe bossen in feite het potentieel om de klimaatverandering te verzachten, afneemt.
 
Uit het onderzoek blijkt dat gebieden waar natuurlijke bossen vervangen worden door kunstmatige bossen, niet bijdragen aan de vermindering van de uitstoot en dat door het beplanten van landbouwgrond de hoeveelheid CO2 die door de bodem kan worden opgenomen, afneemt.

De auteurs van de studie stellen dat de nieuw beplante bodem ook 80 procent minder methaan kan opnemen, een broeikasgas dat schadelijker is dan CO2.