50 miljoen kinderen per jaar officieel nooit geboren
Thalif Deen
04 juni 2002
Meer dan 50 miljoen van de kinderen die in 2000
werden geboren, duiken nergens op in de geboorteregisters van hun land. Dat
zegt Unicef, de kinderrechtenorganisatie van de Verenigde Naties. Volgens
Unicef wordt de geboorte van vier op tien kinderen op deze planeet niet
gemeld bij de autoriteiten. Het is tijd dat de overheden in de
ontwikkelingslanden daar iets aan doen, want een kind zonder geboorteakte
maakt minder kans op onderwijs, gezondheidszorg en vormt een makkelijk
doelwit voor krijgsheren, koppelbazen en mensensmokkelaars.
De registratie van borelingen is veel meer dan een formele kwestie,
benadrukt de studie van Unicef, die vandaag (dinsdag) wordt vrijgegeven.
Een geboorteakte is misschien het belangrijkste stukje papier dat een mens
ooit kan bezitten, zegt Carol Bellamy, de directrice van Unicef. Zonder
registratie is het van bij het begin tegen de bierkaai vechten. Volgens
het rapport zijn kinderen zonder geboorteakte een stuk kwetsbaarder.
Na onderzoek van de cijfers van 2000, de meeste recente statistieken
waarover Unicef beschikt, kwam de kinderrechtenorganisatie tot een aantal
opmerkelijke vaststellingen. 41 procent van de wereldwijde geboortes worden
niet geregistreerd. Dat ligt vooral aan Afrika en Azië, waar registratie van
borelingen geen gewoonte is. In de Afrikaanse landen bezuiden de Sahara ziet
70 procent van de kinderen het levenslicht zonder dat daar officieel akte
van wordt genomen. In Zuid-Azië is dat 63 procent. In absolute termen is
Zuid-Azië met 22,5 miljoen niet geregistreerde kinderen per jaar de kampioen
van de ‘niet-bestaande borelingen’, tegenover 17 miljoen in Afrika. In het
Midden-Oosten en Noord-Afrika werden in 2000 een derde van de borelingen
niet geregistreerd. Oost-Azië telde in dat jaar ongeveer zeven miljoen niet
aangegeven geboortes.
In landen als Rwanda, Cambodja, Niger, China, Indonesië, Turkije en
Nicaragua hebben tussen 26 en 60 procent van de kinderen jonger dan vijf
geen geboorteakte. In zes ontwikkelingslanden worden borelingen beter
geregistreerd. In Uganda, de Filippijnen, Bangladesh, India, Thailand en
Angola leverde de overheid inspanningen om de administratie op punt te
stellen. Algerije, Maleisië, Mauritius en Oezbekistan doen het echt goed wat
betreft geboorteaktes. Algerije staat op één: daar wordt 97 procent van de
baby’s binnen de vijf dagen na de geboorte aangegeven bij de burgerlijke
stand.
De hoofdreden voor het falen van veel andere landen, zegt Unicef, is dat de
drempel van de administratie voor ouders in arme landen veel te hoog is. Ze
hebben geen idee waar ze terecht moeten voor een geboorteakte. De
kinderrechtenorganisatie roept de nationale overheden op om het
registratiesysteem uit te bouwen en te decentraliseren. Analfabetisme is een
tweede belangrijke oorzaak. De hoge graad van ongeletterdheid op het
platteland verklaart waarom op het platteland in Brazilië, India, Haïti,
Honduras en Peru zo weinig borelingen worden aangegeven.
Het bewijs van de leeftijd van een kind is een voorwaarde om kinderen te
kunnen beschermen tegen misbruiken als vroegtijdige rekrutering,
kinderarbeid en kinderhuwelijken. Kinderen die officieel niet bestaan worden
ook makkelijker het slachtoffer van kindermisbruik en van onrechtmatige
detentie en vervolging door het gerecht. Een geboorteakte is geen garantie
op opvoeding, gezondheidszorg en deelname aan de samenleving, maar de
afwezigheid ervan maakt deze fundamentele rechten vaak onbereikbaar voor hen
die aan de zelfkant van de maatschappij leven.
Artikel 9 van het Kinderrechtenverdrag van de VN stipuleert dat alle
kinderen onmiddellijk na de geboorte geregistreerd moeten worden met een
naam en een nationaliteit. Het verdrag werd geratificeerd door alle 193
VN-lidstaten met uitzondering van de VS.