‘Mensenrechten van ziekenhuismedewerkers moeten beter worden beschermd’
Amnesty International: overheden verantwoordelijk voor dood van meer dan 3000 gezondheidswerkers


Hanne De Vleeschouwer
13 juli 2020
Wereldwijd zijn sinds het begin van de coronacrisis meer dan 3000 gezondheidswerkers overleden aan COVID-19, stelt Amnesty International. ‘Maar dat sterftecijfer ligt waarschijnlijk nog veel hoger.’
UN Women/Pathumporn Thongking (CC BY-NC-ND 2.0)
Wereldwijd zijn sinds het begin van de coronacrisis meer dan 3000 gezondheidswerkers overleden aan COVID-19. Dat blijkt uit een nieuw rapport van Amnesty International. In dat rapport stelt de organisatie verschillende regeringen verantwoordelijk voor de dood van duizenden mensen uit de medische en sociale zorg.
‘H_e_alth workers silenced, exposed and attacked’: zo luidt de titel van het nieuwste rapport van Amnesty International. De ngo verzamelde cijfermateriaal en menselijke getuigenissen uit 79 verschillende landen. Uit analyse van die gegevens blijkt dat meer dan 3000 gezondheidswerkers zijn overleden aan het virus.
‘Wij geven ongeveer 12 procent van ons persoonlijk maandsalaris uit om onszelf te beschermen’, getuigt een arts uit Mexico-stad.
Het gaat hier niet alleen om dokters en verpleegkundigen, maar ook schoonmakers, ambulancechauffeurs en maatschappelijk werkers werden in rekening genomen. Met 545 sterfgevallen telt Rusland het hoogste cijfer, gevolgd door de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Brazilië en Mexico.
‘Het globale sterftecijfer ligt waarschijnlijk veel hoger dan 3000’, klinkt het bij Amnesty. Dat komt omdat niet elk land een correct beeld schetst van zijn aantal sterfgevallen. ‘Zo hield Frankrijk niet van alle ziekenhuizen gegevens bij, terwijl Rusland en Egypte hun sterftecijfers betwisten.’
Tekort aan beschermingsmateriaal
Amnesty International stelt de regeringen van de verschillende landen verantwoordelijk voor al deze overlijdens, omdat ze hun gezondheidswerkers niet konden beschermen tegen het virus. Dit door een gebrek aan beschermingsmateriaal, onveilige arbeidsomstandigheden of onvolledige informatie.
Gezondheidswerkers uit bijna alle landen die Amnesty onderzocht meldden een ernstig tekort aan persoonlijke beschermingsmiddelen. Hierbij zitten ook landen die mogelijk de ergste fase van de coronacrisis nog zullen meemaken, zoals India, Brazilië en verschillende landen in Afrika. ‘Wij geven ongeveer 12 procent van ons persoonlijk maandsalaris uit om onszelf te beschermen’, getuigt een arts uit Mexico-stad in het rapport.
Volgens Sanhita Ambast, researcher en adviseur bij Amnesty International, dreigen handelsbeperkingen het wereldwijde tekort aan beschermingsmaterialen te verergeren. In juni hadden de handelsblokken van de Europese Unie en de Euraziatische Economische Unie, mede met 56 landen, maatregelen genomen om de uitvoer van sommige beschermingsmaterialen te beperken of verbieden. ‘Tekorten in landen die afhankelijk zijn van invoer zullen op die manier alleen maar groter worden’, aldus Ambast.
Autoritaire represailles
Bovendien klaagt Amnesty wantoestanden aan in meerdere landen, waarbij gezondheidswerkers door de autoriteiten worden onderdrukt. In ten minste 31 landen die Amnesty onder de loep nam, kregen gezondheidswerkers die staakten of protesteerden het deksel op de neus.
‘Onze autoriteiten dwingen artsen te kiezen tussen de dood en de gevangenis.’
Zo uitten gezondheidswerkers in Egypte kritiek op de veiligheidsmaatregelen en corona-aanpak van hun land. Negen van hen werden vastgezet onder het mom van het ‘verspreiden van nepnieuws’ en ‘terrorisme’. ‘Onze autoriteiten dwingen artsen te kiezen tussen de dood en de gevangenis’, zegt een Egyptische arts.
Dat is volgens Sanhita Ambast in strijd met hun recht op vrijheid, vereniging en vergadering. ‘Mensen die werkzaam zijn in de zorg hebben het recht hun stem te verheffen als ze onheus worden behandeld. Ze helpen de regering bij het bestrijden van de coronacrisis, maar kunnen dit niet doen als ze te bang zijn om zich uit te spreken, of zelfs in de gevangenis zitten.’
In de Verenigde Staten werd verpleegkundige Tainika Somerville ontslagen nadat ze een video op Facebook had gezet met de oproep voor meer beschermingsmiddelen. ‘Wij waren als personeel niet op de hoogte dat we met coronapatiënten werkten. Dat moesten we via de media te weten komen’, aldus Somerville. Ook in Rusland riskeren twee artsen hun ontslag nadat ze hun beklag deden over een gebrek aan bescherming.
Ambast vindt de tegenreactie van sommige autoriteiten bijzonder verontrustend. ‘Gezondheidsmedewerkers in de frontlinie zijn de eersten die weten of het overheidsbeleid faalt. Autoriteiten die ze het zwijgen opleggen, kunnen niet serieus beweren dat ze prioriteit geven aan de volksgezondheid.’
Koppen uit verschillende Engelse publicaties in de periode van 19 maart tot 23 mei 2020.
Onvoldoende informatie
Naast een tekort aan beschermingsmateriaal en autoritaire represailles, is ook foutieve informatie gevaarlijk tijdens de crisis. Zo verklaarden Pakistaanse ministers dat hun ziekenhuizen over de nodige middelen beschikken, terwijl deze patiënten in kritieke toestand moesten wegsturen vanwege een tekort aan bedden en beademingsapparatuur.
Die foute informatie zorgde voor heel wat onrust onder de Pakistaanse bevolking. Artsen werden gewelddadig aangevallen en ziekenhuizen werden beschadigd, omdat mensen het zorgend personeel niet meer geloofden. ‘We zijn fysiek en mentaal uitgeput. De grootste reden voor onze stress, is de houding van het bestuur en het gebrek aan kennis die mensen hebben over de ziekte’, aldus een Pakistaanse gezondheidswerker.
‘Regeringen onderschatten het belang van goede informatie over het virus.’
Zulke incidenten vonden ook plaats in onder andere Mexico en de Filipijnen. Daar werden ziekenhuismedewerkers overgoten met chloor en bleekmiddel. ‘Hieruit blijkt dat mensen onvoldoende geïnformeerd worden en dat regeringen het belang van goede informatie over het coronavirus onderschatten’, klinkt het bij Amnesty International.
Bovendien klaagt de ngo de oneerlijke lonen aan. Artsen in Zuid-Soedan ontvingen sinds februari geen salaris, en ook in Guatemala bleken 46 medewerkers niet betaald te worden voor hun werk in coronaziekenhuizen.
Aanbevelingen
Sanhita Ambast: ‘We roepen alle staten die getroffen werden door het coronavirus op om onafhankelijk van elkaar hun aanpak te evalueren. Waren ze goed voorbereid en hoe reageerden ze op een pandemie? Hierbij moeten ze ook nagaan of de mensenrechten in de zorg en andere essentiële beroepen voldoende werden beschermd. Zo kunnen ze bij een toekomstige uitbraak de mensenrechten en mensenlevens beter beschermen.’
‘Daarnaast moeten de staten een passende vergoeding voorzien voor alle gezondheidswerkers die tijdens hun werk besmet raakten. Ze moeten onderzoek doen naar medewerkers die onrechtvaardig zijn behandeld en hen een effectieve oplossing bieden.’
Ook de Belgische autoriteiten worden opgeroepen hun aanpak te evalueren en verantwoording af te leggen. Sciensano, het wetenschappelijk instituut voor staalanalyses, schatte op 19 juni dat zo’n 600 Belgische gezondheidswerkers werden gehospitaliseerd met COVID-19. ‘Mensenrechten van personeel van essentiële beroepen, bewoners van woonzorgcentra en andere kwetsbare groepen moeten in de evaluatie centraal staan’, zegt Wies De Graeve, directeur van Amnesty International Vlaanderen.