Atoomwetenschappers schieten met kanon op malariamug

Nieuws

Atoomwetenschappers schieten met kanon op malariamug

Timothy Spence

17 december 2010

Mannetjesmuggen opsluiten in een kas, ze steriliseren met zware straling en ze dan loslaten op de vrouwtjes. Zo proberen atoomwetenschappers hun steentje bij te dragen aan de strijd tegen malaria.

Het is niet hun bekendste werk, maar de wetenschappers van het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie (IAEA) doen meer dan kerninstallaties inspecteren. Ze zetten hun nucleaire kennis ook in op andere terreinen, zoals onderzoek naar het steriliseren van insecten.

Nu onderzoeken ze of hiermee ook malariamuggen kunnen worden aangepakt. Daarvoor hebben ze in hun Oostenrijkse lab, vlakbij Wenen, een kolonie muggen gekweekt van de soort Anopheles arabiensis, die jaarlijks 500.000 Soedanezen met malaria besmet. Een complex karwei, want de muggen leven maar een maand en de techniek werkt slechts en paar uur in hun leven optimaal.

Broeierige discotheek

De muggen in het lab worden eerst gescheiden naar geslacht. Vervolgens worden ze blootgesteld aan gammastraling, afkomstig van radioactief kobalt, met een voor mensen dodelijk dosis van 100 gray. Tot slot worden ze samen met de vrouwtjesmuggen in een broeikas gezet om te paren. “Alsof ze in een broeierige discotheek zitten”, zegt Jérémie Gilles, een Franse entomoloog die met zeven anderen aan het project werkt.

De kortlevende mannetjesmug is alleen nuttig voor de voortplanting. Het is het vrouwtje dat prikt en malaria kan overbrengen. De onderzoekers hopen dat ze de voortplanting kunnen vertragen door de natuur te overstelpen met gesteriliseerde mannetjes. Dan moeten de gesteriliseerde mannetjes wel net zo goed kunnen paren als de anderen.

Zanzibar

Gilles geeft direct toe dat de situatie in het lab nog heel ver afstaat van de werkelijkheid. De techniek heeft zijn nut elders al wel bewezen, bijvoorbeeld in de jaren vijftig, toen de Amerikaanse landbouw werd geplaagd door fruitetende vliegjes, en ook in afgesloten gebieden, zoals het eiland Zanzibar, waar een tseetseevlieg effectief werd bestreden. De grote vraag is nu of de aanpak zin heeft in de enorme tropische regio’s, waar vijftig verschillende muggensoorten leven die malaria kunnen overbrengen.

Is dit met een kanon op een mug schieten? De techniek kost heel veel tijd en geld. Een belangrijk voordeel is dat muggen er niet resistent tegen kunnen worden. “Maar inderdaad, het malariaprobleem in Afrika gaan we er niet mee oplossen”, erkent Marc Vreysen, hoofd van het project. Het kan hooguit de bestaande, traditionele maatregelen versterken, zegt hij. Nu alleen nog in het lab, maar over tien jaar hopelijk in het wild.