Australië onverwachte klimaatscepticus (*)
Jacqueline Head
16 december 2009
Australië lijdt al jaren onder vernietigende droogte en bosbranden, maar het land ontpopt zich niet als leider in de strijd tegen de klimaatverandering – integendeel.
De belangrijkste oppositiepartij, de conservatieve Liberale Partij, verving haar leider door de klimaatscepticus Tony Abbott, die er op de valreep in slaagde om het emissiehandelsysteem van de regering onderuit te halen.
De nieuwe wet moest de Australische uitstoot met een kwart naar beneden halen tegen 2020 maar kreeg het van beide kanten hard te verduren. De Groene Partij vond de wet te zwak, en de conservatieven hadden het over een nieuwe belasting voor de bevolking.
Tegelijk slaagde een aantal wetenschappers en politici erin om twijfel te zaaien over de menselijke invloed op de klimaatverandering. Het gebeurde allemaal in de aanloop naar de klimaattop in Kopenhagen, waar eerste minister Kevin Rudd gehoopt had om met zijn nieuwe wet aan te tonen dat zijn land een leidersrol speelt in de strijd tegen de klimaatverandering.
Steenkool
“We zitten met een oppositie vol klimaatontkenners, en in de regering zitten klimaathypocrieten: ze begrijpen de wetenschappelijke inzichten maar ze zijn niet bereid om actie te ondernemen”, zegt Christine Milne van de Groene Partij. Ze ziet een belangrijke reden: steenkool. “Steenkool is nog erg dominant in onze economie en de overheid wil onze export niet in gevaar brengen.”
Australië is de grootste steenkooluitvoerder ter wereld, met een geschatte omzet van 14 miljard euro per jaar. Volgens Milne heeft de steenkoolindsutrie een enorme lobbycampagne opgezet om die belangen te vrijwaren. “Dat is erg contradictorisch in een land als Australië, waar bijvoorbeeld in Queensland alleen al 63.000 jobs afhangen van het voortbestaan van het Groot Barrièrerif”, zegt ze. “Iedereen weet dat het in gevaar is door de klimaatverandering. Hoe kun je dan een eerste minister hebben die een nieuwe steenkoolcentrale wil opstarten.”
Australië beschikt zelfs over een heuse “Partrij van Klimaatsceptici”. Voorzitter Leon Ashby noemt alle gedoe rond de klmiaatverandering tijdverlies. “Het hele idee van de uitstootbeperking is zonde van de tijd en het geld”, zegt hij. “We zouden dat beter in armoedebestrijding, onderwijs over watervoorziening stoppen.”
Volgens Ashby is 15 tot 40 procent van de Australiërs het met hem eens. De klimaatbeweging is een “georchestreerde zaak”, gerund door groene lobbyisten en politici die aan de macht willen blijven en als redders van de wereld gezien willen worden.
Publieke opinie
Daar is Ross Gittins, redacteur Economie van de Sydney Morning Herald het niet mee eens. Hij denkt dat de meerderheid van de bevolking wel degelijk actie wil en dat de gebeurtenissen in de politiek niet representatief zijn voor de publieke opinie. “Uit opiniepeilingen blijkt sterke steun voor het nieuwe wetsvoorstel”, zegt hij. Volgens Gittins ligt de bevolking niet wakker van de steenkoolexport.
De kans dat Australië een voortrekkersrol speelt in Kopenhagen is zo goed als onbestaande, zegt Milne. “Het is duidelijk dat Australië zich wegstopt achter de VS”, zegt ze. “Maar als de Amerikaanse president Obama met serieuze actie komt, dan komt onze eerste minister Rudd in een moeilijke positie.”
Volgens de Britse wetenschapsjournalist Fred Pearce zou het erg schadelijk zijn voor Australië als het een klimaatverdrag niet zou ondertekenen. “Australië zou zich op die manier isoleren en de gevolgen voelen in de handel”, zegt hij. Maar als er geen deal komt in Kopenhagen, zijn de gevolgen mogelijk nog erger. “Als er geen akkoord komt, zal de hele wereld de gevolgen ondervinden, en Australië ligt recht in de frontlinie.”