Azië erkent inheemse rol in goed bosbeheer

Nieuws

Azië erkent inheemse rol in goed bosbeheer

Marwaan Macan-Markar

18 oktober 2007

Miljoenen inheemse bewoners van Azië en de regio van de Stille Oceaan krijgen eindelijk erkenning voor hun sleutelrol in de bescherming van de bossen. Dat bleek onder meer op de conferentie over de toekomst van het bosbeheer in de regio die deze week in het Thaise Chiang Mai werd gehouden door de FAO, de VN-organisatie voor Voedsel en Landbouw.

Maatschappelijke organisaties zijn blij met de erkenning. “Inheemse volkeren hebben een gewijde band met bosgebieden. De samenleving moet met hen samenwerken in de plannen voor de bossen”, zegt Peter Walpole, directeur van het Filipijnse Asia Forest Network. “Deze gemeenschappen woonden in de bossen al lang voordat die als beschermde gebieden werden erkend.”
Voorstanders van deze visie hopen dat de erkenning inheemse volken helpt uit de marge van de samenleving te komen en uit hun armoede te ontsnappen. Veel regeringen in de regio hebben tot nog toe geweigerd om inheemse volkeren al volwaardige burgers te erkennen, zeggen bosdeskundigen.
Op dit moment leven er tussen 210 en 260 miljoen inheemse bewoners in Azië en de regio van de Stille Oceaan, volgens cijfers van de VN. Slechts enkele landen, waaronder India, hebben wettelijke instrumenten om iets aan hun armoede te doen.
Volgens de FAO is het een goed teken dat inheemsen nu worden betrokken bij de aanpak van ontbossing. “Tien jaar geleden werd het beleid nog gestuurd door een nauwe visie”, zegt C.T.S. Nair, chef econoom in het bosdepartement van de FAO. “Maar met de huidige druk op de bossen moet dat nu wel veranderen. Beleidsmakers moeten de relatie tussen de inheemse volken en de bossen gaan begrijpen.”
De FAO wil weten wat landen doen voor hun inheemsen. “Inspraak geven is niet genoeg, ze moeten baat hebben bij de veranderingen.” Daarom ondersteunt de FAO de oproep voor betere lokale instituties. “Ze hebben stabiele structuren nodig die hen kunnen beschermen tegen de snelle veranderingen in het bosbeheer door globalisering.”
De roep om een bredere agenda op deze conferentie komt door de groeiende problemen die ontbossing, de verslechtering van de bodemkwaliteit, klimaatverandering en het toerisme veroorzaken.
Het totale oppervlak aan bossen op aarde wordt geschat op 3,9 miljard hectare, of 30 procent van het aardoppervlak. Azië en de regio van de Stille Oceaan nemen daarvan 700 miljoen hectare voor hun rekening.
“De bezorgdheid om de bossen wordt steeds internationaler door de invloed van ontbossing op klimaatverandering en waterschaarste”, zei Jagmohan Maini, voormalige coördinator van het VN-Forum over Bossen, in zijn toespraak.
Volgens Jan Heino, hoofd van het bosdepartement van de FAO, houdt de handel in bosproducten gelijke tred met de wereldhandel. De vraag heeft een enorme voetafdruk achtergelaten op het beboste gebied in heel Azië. De regio heeft “in tien jaar tijd 10 miljoen hectare bos verloren, met name om te voorzien in de toenemende vraag naar landbouw- en bosproducten. De druk om bio-energie te halen uit gewassen als palmolie vormt een nieuwe bedreiging.”
Tot nog toe stonden de ooggetuigen van deze veranderingen aan de zijlijn. “De inheemse groepen zijn armer geworden doordat het bos is verarmd”, zegt Walpole. “Zij dragen de consequenties van de enorme roofbouw op de bossen.”