Chili trok lessen uit tsunami van 2010

Bij de aardbeving op 1 april in het noorden van het land kondigde de overheid meteen een tsunami-alarm af. Bijna een miljoen mensen werd snel geëvacueerd.

Er vielen uiteindelijk zes doden, mensen die een hartaanval kregen of onder het puin bedolven raakten.

“We hebben veel geleerd, en veel van wat in 2010 niet goed liep, is nu perfect verlopen”, zegt Sergio Barrientos, directeur van de Nationale Seismologische Dienst.

500 doden

Vier jaar geleden “klapte het systeem van seismologische monitoring ineen. We konden toen pas een paar uur na de aardbeving informatie geven. Nu ging het om een veel kleinere aardbeving maar enkele minuten later konden we al de nodige informatie geven.”

President Michelle Bachelet vloog over de zwaarst getroffen zones, Iquique en Arica, op 1800 en 2000 kilometer van  de hoofdstad. “De evacuatie verliep voorbeeldig “, zei ze. “Er was een grote solidariteit. Daardoor zijn er grote problemen geweest. We hebben ons zo tegen een tsunami en andere zware gevolgen kunnen beschermen.”

Bij de aardbeving op 27 februari 2010 kwam het tsunami-alarm te laat. Daardoor kwamen vijfhonderd mensen om. Bovendien werden meer dan tweehonderdduizend woningen vernield.

Tien nieuwe meetstations

In 2012 sloot het Seismologisch Centrum een samenwerkingsakkoord met het ministerie van Binnenlandse Zaken om het sensoren- en communicatienetwerk te versterken. Er werd 5 miljoen euro geïnvesteerd, geld dat onder meer naar tien nieuwe meetstations ging.

Ook de rest van Latijns-Amerika is beter voorbereid, zegt de Unesco. De VN-organisatie bereidt de bevolking in Chili, Peru en Ecuador voor via onderwijsprogramma’s.

Seismologen zeggen dat het noorden van Chili waakzaam moet blijven. De laatste grote aardbeving deed zich 137 jaar geleden voor. In al die jaren heeft zich meer energie opgehoopt dan op 1 april vrijgekomen is, zeggen ze.