Damascus vreest Koerdisch domino-effect - analyse

Nieuws

Damascus vreest Koerdisch domino-effect - analyse

George Baghdadi

14 juni 2004

Sinds begin deze maand riskeren Koerdische partijen in Syrië buiten de wet gesteld te worden als ze blijven hameren op de rechten van de Koerdische minderheid in het land. Damascus vreest dat de Syrische Koerden hun Iraakse volksgenoten als inspiratiebron nemen. Die genieten sinds 1991 feitelijke autonomie, en hopen dat de nieuwe Iraakse grondwet hun dat zelfbestuur spoedig definitief toekent. De Syrische regering lijkt voorlopig niet van plan ook maar minimale toegevingen te doen aan de 1,5 miljoen Koerden op haar grondgebied.

Begin juni liet de Syrische geheime dienst aan de veertien inofficiële Koerdische partijen in het land weten dat hun activiteiten niet meer getolereerd zullen worden in afwachting van een wet die de werking van politieke partijen zal regelen. Partijen die zich daar niet aan storen, zouden verboden worden. De waarschuwing is niet via officiële kanalen bekend gemaakt. Verscheidene Koerdische partijen hebben aangekondigd dat ze gewoon actief zullen blijven.

Er heerst grote onrust onder de Syrische Koerden sinds er op 12 maart in de stad Qameshli rellen uitbraken na een voetbalmatch die Koerdische en Arabische fans tegen elkaar opzette. Het geweld sloeg over naar andere steden, en de ordediensten slaagden er pas na vijf dagen in de rust te herstellen. De gevechten kostten aan ongeveer 30 mensen het leven. Van de talrijke Koerden die tijdens de rellen werden opgepakt, werden er volgens mensenrechtenorganisaties begin juni nog altijd honderden gevangen gehouden.

De Koerden, die een kleine 10 procent van de Syrische bevolking uitmaken, klagen dat ze gediscrimineerd worden. Ze eisen de erkenning van hun taal en willen dat hun gronden geregistreerd worden. Ze vragen ook dat naar schatting 200.000 Koerden die nu in Syrië leven maar nog niet erkend worden als staatsburgers, de Syrische nationaliteit krijgen.

Verdergaande eisen zouden erg ongelegen komen voor de Syrische regering. De Koerden leven in een vruchtbaar gebied waar in de ondergrond bovendien grote olie- en gasreserves schuilgaan. Damascus vreest dat ook de Syrische Koerden zullen beginnen te dromen van zelfbestuur, of zelfs op het idee zullen komen zich af te scheiden en aansluiting te zoeken bij Iraaks Koerdistan.

De hardere aanpak van de Koerden kan ook in verband worden gebracht met de reactie tegen de grotere vrijheid die oppositiekrachten de voorbije jaren genoten. Nadat president Bashar Assad in 2000 zijn overleden vader Hafaz was opgevolgd, werden de teugels van het politieke bedrijf duidelijk gevierd. Meer dan duizend politieke gevangenen werden vrijgelaten. Hervormers begonnen steeds luider meer vrijheid en democratie te eisen en uit te varen tegen corruptie en nepotisme. Maar sinds vorig jaar begint de overheid de hervormers weer in toenemende mate achter de veren te zitten. (PD)