Is dit akkoord het einde van de ontwikkelingswereld?

Nieuws

Is dit akkoord het einde van de ontwikkelingswereld?

Is dit akkoord het einde van de ontwikkelingswereld?
Is dit akkoord het einde van de ontwikkelingswereld?

De Internationale Conferentie voor de Financiering van Ontwikkeling heeft een gezamenlijke slottekst goedgekeurd. De Verenigde Naties zijn enthousiast, de ngo's ontevreden. Onder de woorden speelt de machtsverschuiving van het Noorden naar opkomende machten in het Zuiden.

VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon noemt de Addis Ababa Action Agenda -zoals de gezamenlijke slottekst genoemd werd ‘een kritieke stap vooruit op weg naar het opbouwen van een duurzame toekomst voor iedereen.’ Hij noemt de tekst ook ‘de fundering van een hernieuwd partnerschap voor een duurzame ontwikkeling die niemand zal achterlaten’.

De woorden van de secretaris-generaal weerspiegelen vooral de opluchting van de organisatoren van deze “Geld voor Ontwikkeling” conferentie dat er sowieso overeenstemming bereikt is tussen de 193 lidstaten. De maandenlange onderhandelingen hadden een compromistekst opgeleverd die tijdens de conferentie nog op een drietal punten gecontesteerd werd door de ontwikkelingslanden, verzameld in de G77.

Toch weer Noord-Zuid

Volgens Jan Van de Poel, beleidsmedewerker van 11.11.11 en aanwezig in Addis Abeba, wilden de ontwikkelingslanden onder andere een duidelijkere verwijzing naar “gezamenlijke maar verschillende verantwoordeljikheden” bij het financieren van otnwikkeling. Dat is internationaal jargon dat ontstaan is binnen de klimaatonderhandelingen en verwijst naar de grotere rol die rijkere landen moeten spelen, omwille van zowel grotere capaciteit als historische verantwoordelijkheid.

‘Er is algemene erkenning in Noord en Zuid dat echte samenwerking op vlak van fiscaliteit broodnodig is’

Die verwijzing zou de centrale stelling van het slotdocument -dat elk land op de eerste plaats zelf verantwoordelijk is voor zijn ontwikkeling- een belangrijke nuance verleend hebben. De EU blokkeerde deze toevoeging echter, met als argument dat het openbreken van een compromistekst het bereiken van een akkoord helemaal op de helling zou zetten..

Ook de andere twee punten die de G77 wou wijzigen -steun voor een VN-belastingautoriteit in plaats van te vertrouwen op OESO-initiatieven en het installeren van een apart opvolgingsspoor voor Finanicing for Development binnen de VN- haalden de slottekst niet.

‘Er is algemene erkenning in Noord en Zuid dat echte samenwerking op vlak van fiscaliteit broodnodig is, en dat is goed’, zegt Jan Van de Poel. ‘Toch schuiven rijke landen concrete maatregelen om dat te realiseren zoals een VN-belastingautoriteit voor zich uit. Uiteindelijk zijn gewone burgers het slachtoffer die de rekening van fiscale spielerei van grote bedrijven en rijke individuen gepresenteerd krijgen.’

Nieuwe Wereldorde

In de persmededeling van de Verenigde Naties wordt enthousiast gemeld dat de AAAA ‘meer dan honderd concrete maatregelen bevat in verband met alle bronnen van financiering’. Van de Poel stelt dan weer dat hij net actie mist in deze Action Agenda.

‘In hoeverre is dit nieuwe akkoord een overblijfsel uit de oude wereldorde en in hoeverre draait het om een nieuw tijdperk van ontwikkelingssamenwerking met nieuwe spelers, nieuwe geldstromen en nieuwe regels?’

De internationale coalitie van middenveldorganisaties Civicus leest het resultaat van de conferentie als het begin van het einde van de wereldorde die ontstond na de tweede wereldoorlog. ‘Rijke landen lijken niet in staat of niet bereid om de officiële ontwikkelingshulp te vergroten -ook al bevindt die zich op een fractie van het niveau dat ze zelf beloofd hebben.’

Anderzijds, zegt Civicus,  leveren de de nieuwe financieringsoplossingen die mikken op het wederzijds versterken van publieke en private investeringen voor ontwikkeling bijlange niet op wat ervan verwacht werd.

Bovendien merkt Civicus op dat opkomende machten zoals Brazilië en India eisen dat er op een andere manier gewerkt wordt en dat ze hun eigen ontwikkelingsinstellingen creëren.

Met het oog op de VN-Top over Duurzame OntwikkelingsDoelen in september is dé vraag volgens Civicus dan ook  ‘in hoeverre dit nieuwe akkoord een overblijfsel is uit de oude wereldorde en in hoeverre het draait om het verwelkomen van een nieuw tijdperk van ontwikkelingssamenwerking met nieuwe spelers, nieuwe geldstromen en nieuwe regels’.

Ook andere stemmen op de conferentie zien in de vernieuwde benadering van ontwikkelingsfinanciering een teken dat er nieuwe tijden aankomen, of dat daar dringend werk van gemaakt moet worden. In een interview met Achim Steiner, directeur van de VN-milieu-organisatie UNEP, zegt ook hij:

‘Vandaag zijn er heel duidelijk grenzen aan wat de Noordelijke staten kunnen of willen doen, terwijl die officiële ontwikkelingshulp sowieso al veel marginaler geworden is in vergelijking met de groeiende economieën, en meer bepaald met de inbreng van buitenlands en binnenlands privékapitaal, in het Zuiden. Het Noorden heeft publieke middelen beloofd om in het Zuiden bij te dragen tot armoedebestrijding, en het Zuiden rekent ook op die middelen. Alleen voel je op de conferentie in Addis Abeba en in de tekst die hier goedgekeurd wordt dat de traditionele verhouding tussen Noord en Zuid kantelt.’

Lees het uitgebreide interview met Achim Steiner over privé-kapitaal, klimaat en duurzame ontwikkeling nu zaterdag op MO.be.