Groeiend radicalisme in Bangladesh baart India zorgen

Nieuws

Groeiend radicalisme in Bangladesh baart India zorgen

Tara Shankar Sahay

15 maart 2006

De groeiende invloed van radicale islamitische groeperingen in Bangladesh baart India steeds meer zorgen. Volgens een hoge regeringsfunctionaris wijst veel erop dat de aanslagen vorige week in de heilige hindoestad Varanasi het werk waren van militanten uit buurland Bangladesh.

Bij de aanslagen in het hindoeheiligdom kwamen veertien mensen om. De aanslagen vertoonden volgens de functionaris, die de pers alleen anoniem te woord wilde staan, gelijkenissen met de bomaanslagen die sinds augustus vorig jaar in Bangladesh werden gepleegd. Voor die aanslagen eiste de verboden Jamatul Mudjahideen Bangladesh (JMB) verantwoordelijkheid op.

De zaak ligt diplomatiek gevoelig omdat premier Khaleda Zia van Bangladesh tussen 20 en 22 maart een driedaags bezoek aan India brengt. Onderzoekers wijzen er op dat twee van de gearresteerde verdachten een vals Bengalees paspoort bij zich hadden en gezocht werden door de politie in Dhaka.

Volgens Moloy Krishna Dhar, voormalig mede-directeur van de Indiase Veiligheidsdienst IB, begint de situatie in Bangladesh steeds meer te lijken op die in Pakistan. Daar verkeren islamistische groeperingen op gespannen voet met de overheid, maar ze wisten wel een plek te veroveren in het politieke systeem.

De door de Nationale Partij van Bangladesh (BNP) geleide coalitie van Zia is afhankelijk van de steun van fundamentalistische groepen als de Jamaat-e-Islami en de Islami Oikya Jote. Oppositiegroepen, met name de Awami Liga, beschuldigen die partijen ervan dat ze bescherming bieden aan militante leiders.

De Awami Liga van oud-premier Sheikh Hasina houdt er seculiere standpunten op na en onderhoudt vanouds nauwe banden met India. Hoewel de regering Zia altijd heeft ontkend dat de militanten een bedreiging vormen, werden eerder deze maand twee JMB-leiders gearresteerd, Siddiqul Islam en Shaikh Abdur Rahman. Zij waren eerder, op 28 februari, bij verstek ter dood veroordeeld voor betrokkenheid bij de aanslagen in augustus. In totaal kregen 21 JMB-militanten de doodstraf.

De invloed van de moslimmilitanten in Bangladesh baart India zorgen, aangezien Bengalezen op grote schaal migreren naar India om daar werk en een beter leven te zoeken. De immigratie brengt veiligheidsrisico’s met zich mee omdat de Bengalese immigranten vatbaar zijn voor rekrutering door militante groepen uit Pakistan, zegt Sreedhar Rao, veiligheidsanalist en emeritus-professor aan de Jawaharlal Nehru Universiteit.

Grootschalige immigratie en de toenemende invloed van fundamentalistische groeperingen zorgden de afgelopen jaren voor toenemende spanningen tussen India en Bangladesh. Die spanningen liepen vooral op na 2001, toen Zia aan de macht kwam. Onder Zia’s bewind namen islamitische militanten een agressievere houding aan ten opzichte van de hindoe-minderheid en journalisten, rechters en politici van de oppositie in het land. Hindoes maken 16 procent van de Bengalese bevolking van 145 miljoen mensen uit.

Een granaataanval in januari 2005 kostte oud-minister Sjah Mohammad Kibria van Financiën en vier van zijn partijgenoten van de Awami Liga het leven. De Indiase premier Manmohan Singh weigerde vervolgens een maand later een regionale top in Dhaka bij te wonen. De top van de Zuid-Aziatische Associatie voor Regionale Samenwerking (SAARC) werd uitgesteld tot november. Behalve India zijn ook Pakistan, Nepal, Sri Lanka, Bhutan en de Malediven lid van de SAARC.

In het laatste kwartaal van 2005 keerden de militanten zich tegen het Bengalese justitiesysteem. Daarbij werden twee rechters vermoord. De JMB wil de seculiere rechtspraak vervangen door islamitische wetgeving.

Daarnaast zorgden sporadische vuurgevechten tussen paramilitaire troepen uit India en Bangladesh voor spanningen bij de grens. India’s pogingen om de 4.000 kilometer lange grens tussen beide landen beter af te sluiten voor migranten en infiltranten, stuit op tegenstand van Bangladesh. Dat land ziet de pogingen als het inrichten van een ‘defensieve structuur’ die niet is toegestaan onder de huidige afspraken.

Nadat India een deel van de westelijke grens met Pakistan met hekwerk afsloot, zou de infiltratie van islamisten via Bangladesh zijn toegenomen. India maakt zich vooral zorgen over de groei van de groepering Harkut-ul Jihad al Islami (HUJI) in Bangladesh. HUJI nam in populariteit toe na de afzetting van het Talibanbewind in Afghanistan. (JS/PD)