Humanitaire crisis voor Rohingya dreigt in Zuidoost-Azië
.jpg)
.jpg)
Lina Janssen
14 mei 2015
In Zuidoost-Azië werden dit jaar al dubbel zoveel vluchtelingen gemeld als in dezelfde periode vorig jaar. De meerderheid daarvan zijn islamitische Rohingya, die in Myanmar al jaren het slachtoffer zijn van discriminatie. De vluchtelingencrisis in de regio dreigt te ontsporen nu ook Maleisië en Indonesië weigeren de Rohingya op te vangen.
In de eerste drie maanden van dit jaar zijn ongeveer 25.000 vluchtelingen in Zuidoost-Azië gemeld. Dat zijn er dubbel zo veel als in dezelfde periode vorig jaar, rapporteert de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.
Internationale organisaties en ngo’s vrezen dat er momenteel duizenden vluchtelingen ronddobberen op de zee, voornamelijk Rohingya. Dat Maleisië en Indonesië begin deze week lieten weten dat zij de Rohingya niet willen opvangen, maakt de situatie problematisch.
Geweld en onderdrukking
Rohingya zijn ongewenst in Myanmar en hebben er geen burgerrechten.
De Rohingya vormen een islamitische minderheid in Myanmar. In het overwegend boeddhistische land wonen ongeveer 800.000 Rohingya, amper vier procent van de totale bevolking.
Rohingya leven al generaties lang in Myanmar. Toch worden ze nog steeds als “illegaal” beschouwd door het merendeel van de Myanmarezen, inclusief de overheid. Ze zijn ongewenst en hebben geen burgerrechten in het land.
In 2012 laaide het geweld tegen de islamitische Rohingya op. Volledige moslimwijken werden platgebrand, winkels geplunderd. Het leger van Myanmar trad toen hard op, vooral tegen de Rohingya, en sloot hen op in kampen.
Nurul Islam, voorzitter van de Arakan Rohingya National Organization –een organisatie die de Rohingya probeert te beschermen– vertelt dat het geweld en de onderdrukking ertoe geleid hebben dat honderdduizenden Rohingya op de vlucht sloegen.
Het leger van Myanmar trad hard op tegen de Rohingya en sloot hen op in kampen.
Evangelos Petratros (CC BY-ND 2.0)
Nieuwe koers
Lees ook: De Rohingya’s: verdrukt, verjaagd en vergeten
Bangladesh, dat zelf straatarm en overbevolkt is, weigerde om de vluchtende Rohingya op te vangen. Daarom zochten tot voor kort veel Rohingya hun heil in Thailand. Maar ook daar zijn ze niet langer welkom.
Vorige week troffen de Thailandse autoriteiten tientallen menselijke resten aan in een rubberplantage bij de grens met Maleisië: waarschijnlijk omgekomen door ziekte of honger en begraven door mensensmokkelaars. Sindsdien treden de Thailandse autoriteiten harder op tegen mensensmokkelaars.
‘Uit angst om aan land te gaan, houden de mensensmokkelaars vluchtelingen vast op boten nabij de zeestraat van Malakka, hoogstwaarschijnlijk zonder voedsel of water. In totaal zouden nog 8000 bootvluchtelingen zich op de zee bevinden’, vertelt Nurul Islam.
Die vluchtelingen proberen te ontsnappen uit de greep van de mensensmokkelaars en trachten zelfstandig de kust van Maleisië te bereiken, aangezien Maleisië een relatief welvarend moslimland is.
Bekvechten
Maleisië en Indonesië weigeren beide om nog langer bootvluchtelingen op te vangen.
Op het Maleisische eiland Langkawi zijn volgens lokale autoriteiten de afgelopen dagen al minsten duizend vluchtelingen gestrand. Ook in Indonesië spoelden meer dan 600 vluchtelingen aan, velen van hen ondervoed en verzwakt. Volgens getuigenissen zouden al 300 bootvluchtelingen op zee gestorven zijn. Dat meldt de VN-vluchtelingenorganisatie.
Maar Maleisië en Indonesië weigeren nu beide om nog langer bootvluchtelingen op te vangen.
Maleisië liet woensdag weten dat het voortaan alle boten met vluchtelingen zal terugsturen, tenzij bij een dreigende schipbreuk. Indonesië sleepte daags voordien nog een boot met honderden vluchtelingen uit haar territoriale wateren. De vluchtelingen kregen wel voeding, water en medische spullen mee.
‘De Arakan Rohingya National Organization pleit er voor dat Maleisië, Thailand en Indonesië de gegijzelde vluchtelingen op zee bevrijden en daarna opvangen’, aldus Nurul Islam.
De VN-vluchtelingenorganisatie deelt deze mening. ‘De prioriteit nu is om levens te redden. In plaats van te bekvechten over wie al dan niet verantwoordelijkheid draagt, moeten de betrokken landen de vluchtelingen zo snel mogelijk van zee halen en opvangen’, verklaart Volker Türk, medewerker van De VN-vluchtelingenorganisatie.