Jordanië ontneemt Palestijnen nationaliteit

Nieuws

Jordanië ontneemt Palestijnen nationaliteit

Charles Fromm

02 februari 2010

De Jordaanse regering heeft meer dan 2700 Jordaniërs van Palestijnse afkomst hun staatsburgerschap ontnomen. Dat blijkt uit een gisteren verschenen rapport van mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW).

Het rapport gaat over de periode tussen 2004 en 2008, maar in 2009 continueerde Jordanië het beleid, zegt HRW. De betreffende Palestijnen, die oorspronkelijk op de Westelijke Jordaanoever woonden, hebben geen toegang meer tot openbaar onderwijs en gezondheidszorg.
Jordaanse functionarissen zeggen dat het beleid is ingezet om eventuele toekomstige plannen van Israël om de Palestijnse bevolking op de bezette Westelijke Jordaanoever naar Jordanië over te plaatsen, te dwarsbomen.
Jordanië zou alleen Palestijnen die geen door Israël verstrekte verblijfsdocumenten of identiteitsbewijzen hebben voor de Westelijke Jordaanoever, hun staatsburgerschap afnemen. Volgens Human Rights Watch staat echter nergens in de Jordaanse wet dat het bezit van Israëlische verblijfs- of identiteitsdocumenten een voorwaarde is voor het Jordaanse staatsburgerschap.
Bijna de helft van de 6,3 miljoen inwoners van Jordanië is van Palestijnse afkomst, zegt het VN-vluchtelingencommissariaat (UNHCR).

Complex

Jordanië heeft een complexe relatie met zijn Palestijnse buren. Het land telde relatief weinig inwoners, voordat Palestijnse vluchtelingen na de stichting van de staat Israël in 1948 en de Zesdaagse Oorlog in 1967, de rivier de Jordaan overstaken. De Jordaan is de grens tussen de Westelijke Jordaanoever en Jordanië.
 
Na de Arabisch-Israëlische oorlog van 1948, annexeerde en bestuurde Jordanië Oost-Jeruzalem en de Westelijke Jordaanoever. In 1967 veroverde Israël die gebieden op Jordanië. Jordanië hield echter nog bestuurlijke banden met het gebied tot 1988. In dat jaar werd de band formeel verbroken onder druk van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO).